Gemeente Schoten

Zitting van 17 DECEMBER 2019

Van 20:10 tot 23:40 uur.

raadzaal

 

Aanwezig:

Lieven De Smet, voorzitter.

Maarten De Veuster, burgemeester.

Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Véronique D'Exelle, schepenen.

Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, raadsleden.

Rony Lejaeghere, algemeen directeur.

Verontschuldigd:

Ilse Stockbroekx, raadslid.

 

Vanaf punt 5 vervoegt raadslid Tom Van Grieken de vergadering.

Vanaf punt 25 verlaat raadslid Olivier Coppens de vergadering.

Vanaf punt 25 verlaat raadslid Erik Maes de vergadering.

Vanaf punt 30 vervoegt raadslid Erik Maes de vergadering.

Vanaf punt 31 vervoegt raadslid Olivier Coppens de vergadering.

Vanaf punt 49 verlaat raadslid Kurt Vermeiren de vergadering.

Vanaf punt 52 vervoegt raadslid Kurt Vermeiren de vergadering.

Vanaf punt 55 verlaat raadslid Kris Oversteyns de vergadering.

Vanaf punt 56 vervoegt raadslid Kris Oversteyns de vergadering.

 

Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

GOEDKEURING NOTULEN OPENBARE VERGADERING

Gelet op artikel 32 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017;

Gelet op de voorliggende notulen;

Besluit: met 29 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Enig artikel

Goedkeuring te hechten aan de notulen van de vorige openbare vergadering van de gemeenteraad van 28 november 2019.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

GOEDKEURING ZITTINGSVERSLAG GEMEENTERAAD

Gelet op artikel 32 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017;

Gelet op artikel 25 van het huishoudelijk reglement dat stelt dat het zittingsverslag een audio-opname is, die via een webtoepassing ter beschikking wordt gesteld;

Gelet op het zittingsverslag;

Besluit: met 29 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Enig artikel

Goedkeuring te hechten aan het zittingsverslag van de vergadering van de gemeenteraad van 28 november 2019.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Punt bijlagen/links zittingsverslag 28 november 2019
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

ZONAAL VEILIGHEIDSPLAN 2020-2025

Neemt akte:

van het zonaal veiligheidsplan 2020-2025 van de politiezone Schoten.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

POLITIEBEGROTING 2020

Gelet op de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, in het bijzonder artikelen 71 e.v.;

Gelet op het KB van 5 september 2001 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de lokale politie, in het bijzonder de artikelen 8 tot en met 15;

Gelet op de ministeriële omzendbrief PLP 57 betreffende de onderrichtingen voor het opstellen van de politiebegroting voor 2020 ten behoeve van de politiezones van 21 november 2018;

Overwegende dat korpschef Jack Vissers aanwezig is bij de bespreking van dit agendapunt, in toepassing van artikel 29 bis van de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, zoals gewijzigd;

Besluit: met 29 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Enig artikel

Goedkeuring te hechten aan de politiebegroting van het dienstjaar 2020.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

LEVEREN EN PLAATSEN VAN PENDELARMATUREN IN HET POLITIEKANTOOR - GOEDKEURING LASTVOORWAARDEN EN GUNNINGSWIJZE

Gelet op art. 33 (Wet op de geïntegreerde politie) waarbij titel V van de nieuwe gemeentewet van toepassing is op het beheer van de goederen en inkomsten van de lokale politie (art. 236 NGW);

Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen;

Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur;

Gelet op de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen;

Gelet op de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, inzonderheid artikel 42, § 1, 1° a) (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van € 144.000,00 niet);

Gelet op het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen;

Gelet op het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 90, 1°;

Overwegende dat in het kader van de opdracht “Leveren en plaatsen van pendelarmaturen in het politiekantoor” op 4 november 2019 een bestek met ref. 19WVH16 werd opgesteld door de dienst Patrimonium;

Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 23.605,00 excl. btw of
€ 28.562,05 incl. 21 % btw (€ 4.957,05 btw-medecontractant);

Overwegende dat voorgesteld wordt de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking;

Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht voorzien is in artikel 330/724-53: “Uitrusting/buitengewoon onderhoud exploitatie gebouwen”, onder voorbehoud van goedkeuring van de begroting 2020 door de gemeenteraad;

Gelet op de gevoerde bespreking;

Besluit: met 30 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Artikel 1

Goedkeuring te verlenen aan het bestek met ref. 19WVH16 van 18 november 2019 en de raming voor de opdracht "Leveren en plaatsen van pendelarmaturen in het politiekantoor”, opgesteld door de dienst Patrimonium. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten. De raming bedraagt
€ 23.605,00 excl. btw of € 28.562,05 incl. 21 % btw (€ 4.957,05 btw-medecontractant).

Artikel 2

Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.

Artikel 3

De uitgave voor deze opdracht is voorzien in artikel 330/724-53: “Uitrusting/buitengewoon onderhoud exploitatie gebouwen”, onder voorbehoud van goedkeuring van de begroting 2020 door de gemeenteraad.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

ALGEMEEN POLITIEREGLEMENT SCHOTEN 2020

Gelet op artikel 135 van de Nieuwe Gemeentewet;

Gelet op de bevoegdheden van de gemeenteraad, zoals bepaald in de artikelen 119 en 119bis van de nieuwe gemeentewet en gewijzigd door de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties;

Gelet op de artikelen 186 en 187 van het Gemeentedecreet;

Gelet op artikel 134sexies van de nieuwe gemeentewet;

Gelet op de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties;

Gelet op de wet van 19 juli 2013 tot wijziging van de wet van 8 april 1965 betreffende de jeugdbescherming, het ten laste nemen van minderjarigen die een als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd en het herstel van de door dit feit veroorzaakte schade;

Gelet op het decreet van 21 december 2007 tot aanvulling van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid met een titel XVI “Toezicht, handhaving en veiligheidsmaatregelen”;

Gelet op de wet van 15 mei 2007 tot instelling van de functie van gemeenschapswacht, tot instelling van de dienst gemeenschapswachten en tot wijziging van artikel 119bis van de nieuwe gemeentewet;

Gelet op het koninklijk besluit van 21 december 2013 tot vaststelling van de kwalificatie- en onafhankelijkheidsvoorwaarden van de ambtenaar belast met de oplegging van de administratieve geldboete en tot inning van de boete in uitvoering van de wet betreffende de GAS;

Gelet op de uitvoeringsbesluiten van de nieuwe GAS-wet;

Gelet op de ministeriële omzendbrief van 22 juli 2014, waarbij uitleg verschaft wordt bij de nieuwe regelgeving aangaande de GAS, ter vervanging van de omzendbrief OOP30bis;

Gelet op de omzendbrief N. COL 1/2006 -versie 30.01.2014 herzien op 2.07.2014 betreffende de GAS, houdende de opmerkingen en richtlijnen inzake de nieuwe GAS-wet van het College van Procureurs-Generaals bij de Hoven van Beroep;

Overwegende dat de gemeenten, ten behoeve van de inwoners, moeten waken over de openbare orde m.n. de openbare rust, de openbare veiligheid, de openbare gezondheid, de openbare overlast en de zindelijkheid op de openbare wegen, plaatsen en in openbare gebouwen;

Gelet op het Algemeen Politiereglement Schoten zoals goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 20 december 2018;

Overwegende dat het aangewezen is om jaarlijks een gecoördineerde versie van het Algemeen Politiereglement Schoten op te stellen waarin de door de gemeenteraad goedgekeurde wijzigingen en aanvullingen worden verwerkt;

Gelet op het voorstel van de dienst integrale veiligheid om de diverse aanpassingen van het Algemeen Politiereglement Schoten te agenderen voor de gemeenteraad;

Gelet op de wijziging in Hoofdstuk A.1. Openbare Veiligheid en Vlotte Doorgang, Afdeling 1.2. Privatief gebruik van de openbare weg, artikel 8. Gemeentelijke aanplakborden;

Gelet op de wijziging en aanvulling in Hoofdstuk A.1. Openbare Veiligheid en Vlotte Doorgang, Afdeling 1.5. Wensballonnen en Afdeling 1.16. Vuurwerk;

Gelet op de aanvulling in Hoofdstuk A.1. Openbare Veiligheid en Vlotte Doorgang, Afdeling 1.9. Hondenloopzones;

Gelet op de aanvulling in Hoofdstuk A.4. Openbare reinheid – Gezondheid – Milieu, Afdeling 4.12. Verbod op het uitdelen en/of oplaten van heliumballonnen;

Gelet op de aanvulling met een nieuw Hoofdstuk B.13. Bijzonder Politiereglement voor terrassen en uitstallingen en het voorstel om bijgevolg artikel 3 (terrassen) van Hoofdstuk A.1. Openbare Veiligheid en Vlotte Doorgang te schrappen;

Gelet op de aanvulling in Hoofdstuk B.29. Bijzonder Politiereglement inzake de vergunningsplicht voor clubhuizen van motorclubs;

Gelet op de wijziging in Hoofdstuk A.1. Openbare Veiligheid en Vlotte Doorgang, Afdeling 1.11. Openbare vergaderingen en manifestaties;

Gelet op de wijziging in Hoofdstuk B.12. Bijzonder Politiereglement met betrekking tot het organiseren van evenementen en occasionele gelegenheden;

Gelet op de aanvulling in Hoofdstuk B.16. Bijzonder Politiereglement tot organisatie van de Scheldeprijs;

Gelet op de algemene wijzigingen waarbij de term ‘Gemeentedecreet’ wordt vervangen door de term ‘Decreet lokaal bestuur’;

Gelet op het schrappen van het oorspronkelijke Hoofdstuk B.13. Bijzonder Politiereglement voor de kermissen;

Gelet op een aantal aanpassingen en wijzigingen die worden voorgesteld in kader van de principes van de bestuurlijke handhaving;

Overwegende dat overtredingen op bepalingen van het politiereglement kunnen bestraft worden met gemeentelijke administratieve sancties;

Gelet op de gevoerde bespreking;

Gaat over tot de stemming over het amendement van raadslid Piet Bouciqué om in Titel 3, Hoofdstuk B15, Bijzonder Politiereglement voor de exploitatie van nachtwinkels, afdeling 15.2, artikel 3 Vestigingsvergunning en beoordelingscriteria, 4de alinea (pag. 97), volgende woorden toe te voegen: 'Er wordt geen vergunning voor de vestiging van een nachtwinkel verleend indien de vestigingseenheid zich bevindt in één van volgende gevallen: 1. indien binnen een straal van 1000 meter in Schoten of in een aanpalende gemeente, gemeten vanaf de toegangsdeur, een andere nachtwinkel gelegen is

Er zijn 23 stemmen ja en 7 onthoudingen.

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Véronique D'Exelle, Piet Bouciqué,  Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Christof Victor, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Lieven De Smet stemmen ja.

Kurt Vermeiren, Erik Block, Peter Arnauw, Maya De Backer, Dieter Peeters, Olivier Coppens, Erik Maes onthouden zich.

Besluit: het amendement van raadslid Piet Bouciqué goed te keuren.

Besluit: met 27 stemmen ja, 3 onthoudingen

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Peter Arnauw, Maya De Backer, Olivier Coppensonthouden zich.

Artikel 1

Goedkeuring te hechten aan de wijziging in Hoofdstuk A.1. Openbare Veiligheid en Vlotte Doorgang, Afdeling 1.2. Privatief gebruik van de openbare weg, artikel 8. Gemeentelijke aanplakborden.

Artikel 2

Goedkeuring te hechten aan de wijziging en aanvulling in Hoofdstuk A.1. Openbare Veiligheid en Vlotte Doorgang, Afdeling 1.5. Wensballonnen en Afdeling 1.16. Vuurwerk.

Artikel 3

Goedkeuring te hechten aan de aanvulling in Hoofdstuk A.1. Openbare Veiligheid en Vlotte Doorgang, Afdeling 1.9. Hondenloopzones.

Artikel 4

Goedkeuring te hechten aan de aanvulling in Hoofdstuk A.4. Openbare reinheid – Gezondheid – Milieu, Afdeling 4.12. Verbod op het uitdelen en/of oplaten van heliumballonnen.

Artikel 5

Goedkeuring te hechten aan de aanvulling met het nieuwe Hoofdstuk B.13. Bijzonder Politiereglement voor terrassen en uitstallingen, waardoor artikel 3 van Hoofdstuk A.1. Openbare Veiligheid en Vlotte Doorgang mag worden geschrapt.

Artikel 6

Goedkeuring te hechten aan de aanvulling in Hoofdstuk B.29. Bijzonder Politiereglement inzake de vergunningsplicht voor clubhuizen van motorclubs.

Artikel 7

Goedkeuring te hechten aan de wijziging in Hoofdstuk A.1. Openbare Veiligheid en Vlotte Doorgang, Afdeling 1.11. Openbare vergaderingen en manifestaties.

Artikel 8

Goedkeuring te hechten aan de wijziging in Hoofdstuk B.12. Bijzonder Politiereglement met betrekking tot het organiseren van evenementen en occasionele gelegenheden.

Artikel 9

Goedkeuring te hechten aan de wijziging om in Titel 3, Hoofdstuk B15, Bijzonder Politiereglement voor de exploitatie van nachtwinkels, afdeling 15.2, artikel 3 Vestigingsvergunning en beoordelingscriteria, 4de alinea (pag. 97), volgende woorden toe te voegen: 'Er wordt geen vergunning voor de vestiging van een nachtwinkel verleend indien de vestigingseenheid zich bevindt in één van volgende gevallen: 1. indien binnen een straal van 1000 meter in Schoten of in een aanpalende gemeente, gemeten vanaf de toegangsdeur, een andere nachtwinkel gelegen is

Artikel 10

Goedkeuring te hechten aan de aanvulling in Hoofdstuk B.16. Bijzonder Politiereglement tot organisatie van de Scheldeprijs.

Artikel 11

Goedkeuring te hechten aan de algemene wijzigingen waarbij de term ‘Gemeentedecreet’ wordt vervangen door de term ‘Decreet lokaal bestuur’, waarnaar verwezen wordt in verschillende hoofdstukken.

Artikel 12

Goedkeuring te hechten aan het voorstel om het oorspronkelijke Hoofdstuk B.13. Bijzonder Politiereglement voor de kermissen, te schrappen;

Artikel 13

Goedkeuring te hechten aan de voorgestelde, gewijzigde versie van het Algemeen Politiereglement Schoten.

Artikel 14

Te bepalen dat het voorliggend Algemeen Politiereglement Schoten, met de goedgekeurde wijzigingen en aanvullingen, het vorige politiereglement van 20 december 2018 vervangt en opheft vanaf 1 januari 2020.

Artikel 15

Te bepalen dat het aangepaste Algemeen Politiereglement Schoten in werking treedt vanaf 1 januari 2020.

Artikel 16

Het aangepaste Algemeen Politiereglement Schoten bekend te maken overeenkomstig de artikelen 186 en 187 van het Gemeentedecreet en overeenkomstig artikel 15 van de wet van 24 juni 2013.

Artikel 17

Een afschrift van het aangepaste Algemeen Politiereglement Schoten te zenden aan:

- Parket van de procureur des Konings, afdeling politiezaken, Bolivarplaats 20 bus 3, 2000 Antwerpen

- Politierechtbank, Griffie, Bolivarplaats 20 bus 3, 2000 Antwerpen

- Rechtbank van eerste aanleg, Griffie, Bolivarplaats 20 bus 1, 2000 Antwerpen

- Deputatie van de provincie Antwerpen, Desguinlei 100, 2018 Antwerpen

- Igean, milieu & veiligheid, Doornaardstraat 60, 2160 Wommelgem.

Artikel 18

Het college van burgemeester en schepenen te gelasten met de verdere praktische uitvoering van dit besluit.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

SCHORSING ZITTING

Neemt akte:

- van de schorsing van de zitting van de gemeenteraad door de voorzitter om 20.20 uur en opening van  de vergadering van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn.

- van de heropening van de zitting van de gemeenteraad om 21.30 uur.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

MEERJARENPLAN 2020-2025

Gelet op artikel 254 van het decreet lokaal bestuur daterende 22 december 2017 dat stelt dat voor het einde van het jaar dat volgt op de gemeenteraadsverkiezingen een meerjarenplan moet vastgesteld worden;

Gelet op artikel 41 en 78 van het decreet lokaal bestuur, die stellen dat de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn bevoegd zijn voor het vaststellen van de beleidsrapporten;

Gelet op artikel 56 §3 en artikel 84 §3 van het decreet lokaal bestuur die stellen dat het college van burgemeester en schepenen en het vast bureau bevoegd zijn voor het financieel beheer;

Gelet op artikel 171 §4 van het decreet lokaal bestuur dat stelt dat de algemeen directeur in overleg met het managementteam zorgt voor de opmaak van het voorontwerp van de beleidsrapporten;

Gelet op artikel 176 van het decreet lokaal bestuur dat stelt dat de financieel directeur, onder functionele leiding van de algemeen directeur, instaat voor het opstellen, in overleg met het managementteam, van het voorontwerp van de beleidsrapporten.

Gelet op artikel 249 §3 van het decreet lokaal bestuur stelt dat de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn elk het beleidsrapport voor hun eigen deel vaststellen, waarna de gemeenteraad het beleidsrapport in zijn geheel goedkeurt.

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids-en beheerscyclus van de lokale besturen en meer specifiek titel 2 , hoofdstuk 2: het meerjarenplan;

Gelet op het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningstelstelsels en de digitale rapportering van de beleids-en beheerscyclus van de lokale besturen;

Gelet op het voorliggend ontwerp van het meerjarenplan;

Gelet op de bespreking van dit ontwerp in het managementteam van 4 november;

Gelet op de goedkeuring van het ontwerp door het college van burgemeester en schepenen op 21 november 2019;

Gelet op de goedkeuring van het ontwerp door het vast bureau van 21 november 2019;

Gelet op de bespreking van het meerjarenplan 2020-2025 in de raad voor maatschappeliojk welzijn van 17 december 2019;

Overwegende dat deze bespreking zowel voor de meerjarenplanning van het OCMW als voor deze van de gemeente geldt; dat de ingediende amendementen niet opnieuw worden hernomen omdat deze in de raad voor maatschappelijk welzijn werden gestemd;

Gelet op het goedkeuringsbesluit van 17 december 2019 van de raad voor maatschappelijk welzijn van haar deel van het meerjarenplan 2020-2025;

Besluit: met 16 stemmen ja, tegen 6 stemmen neen, 8 onthoudingen

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Christof Victor, Sandra Lauryssen, Kris Oversteyns, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Kurt Vermeiren, Peter Arnauw, Maya De Backer, Dieter Peeters, Olivier Coppens, Erik Maesstemmen neen.

Erik Block, Piet Bouciqué, Tom Van Grieken, Lieselotte Decroix, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanakenonthouden zich.

Artikel 1

De gemeenteraad stelt zijn deel van het meerjarenplan 2020-2025 vast.

Artikel 2

De gemeenteraad keurt het deel van het meerjarenplan 2020-2025 zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn van 17 december 2019 goed. Het meerjarenplan 2020-2025 wordt op die manier in zijn geheel definitief vastgesteld.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

FLUVIUS: BEHEER EN VERLEDDING OPENBARE VERLICHTING

Gelet op het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017;

Gelet in het bijzonder op artikel 41 4° van het decreet lokaal bestuur dat stelt dat de gemeenteraad bevoegd is voor het oprichten van en het toetreden tot rechtspersonen en het beslissen tot oprichting van, deelname aan of vertegenwoordiging in agentschappen, instellingen, verenigingen en ondernemingen;

Gelet in het bijzonder op artikel 41 5° van het decreet lokaal bestuur dat stelt dat de gemeenteraad bevoegd is voor het goedkeuren van beheersovereenkomsten en samenwerkingsovereenkomsten;

Overwegende dat het lokaal bestuur Schoten de overeenkomst met Fluvius wenst aan te gaan om zo in te zetten op de verledding van de openbare verlichting en om de toekomstige uitdagingen aan te gaan;

Besluit: met 30 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Artikel 1

Kennis te nemen van het reglement ‘Fluvius Openbare verlichting en diensten door de distributienetbeheerders aan lokale besturen’, zoals opgesteld en goedgekeurd door de Raad van Bestuur van Fluvius Antwerpen in zitting van 21 mei 2019.

Artikel 2

Zijn goedkeuring te hechten aan de beheersoverdracht inzake de verlichtingstoestellen, lichtbronnen en steunen en desgevallend de semi-openbare verlichtingsinstallaties, daaraan verbonden de automatische overdracht van de eigendom van de in de toekomst nog op te richten verlichtingstoestellen, lichtbronnen en steunen en desgevallend de semi-openbare verlichtingsinstallaties.

En bijgevolg tevens zijn goedkeuring te hechten aan de uitbreiding van de huidige aansluiting van de stad/gemeente bij de opdrachthoudende vereniging Fluvius Antwerpen voor de activiteit openbare verlichting (verlichtingstoestellen, lichtbronnen en steunen) en diensten als onderdeel van ‘licht als dienstverlening’ en zo deel te nemen aan het aanbod Fluvius Openbare verlichting en de opdrachthoudende vereniging te verzoeken om de ‘aanvaarding van de uitbreiding van deze aansluiting’ voor te leggen aan de eerstvolgende algemene vergadering.

Artikel 3

De inbreng die de gemeente heeft gedaan overeenkomstig het artikel 9 van de statuten van Fluvius Antwerpen uit te breiden wat betreft:

-          de verlichtingstoestellen, lichtbronnen en steunen;

-          de semi-openbare verlichtinginstallaties die voldoen aan de vereisten die zijn weergegeven in het reglement.

Artikel 4

De verlichtingstoestellen, lichtbronnen en steunen - op basis van een inventariswaarde 31 december 2018 -  tegen een inbrengwaarde van 225.949 euro in cash (zijnde 25% van de inbrengwaarde) en 677.847 euro in OV-aandelen (zijnde 75% van de inbrengwaarde) in te brengen bij de opdrachthoudende vereniging Fluvius Antwerpen.

De inbreng van de semi-openbare verlichting gebeurt op projectbasis na risicoanalyse en na het in overeenstemming brengen van de installaties aan de geldende wetgeving en regels.

De inbrengwaarde wordt bepaald aan de hand van de economische nieuwwaarde van de steunen en armaturen en is gebaseerd op een gedetailleerde inventaris (voor inbrengen die gebeuren per 1 januari 2020 zal dit wat betreft de voorafgaande actuele raming de inventaris zijn op 31 december 2019, waarna deze zal geactualiseerd worden in functie van de effectieve datum van toetreding).

Artikel 5

Deze beslissingen genomen in de artikelen 2, 3 en 4 gebeuren onder de opschortende voorwaarde van het verkrijgen van een ruling wat de vennootschapsbelasting betreft.

Tevens zal de distributienetbeheerder het nodige doen om de vereiste vennootschapsrechtelijke formaliteiten te vervullen die een inbreng met zich meebrengt en om de statuten dienovereenkomstig aan te passen.

Artikel 6

De voorzitter van de gemeenteraad en algemeen directeur aan te duiden om als gevolmachtigde van het lokaal bestuur Schoten de authentieke akte te ondertekenen alsook de hypotheekbewaarder vrij te stellen van het nemen van een ambtshalve inschrijving bij het overschrijven van de inbrengakte.

Artikel 7

Het college van burgemeester en schepenen te gelasten met de uitvoering van voormelde beslissingen en onder meer kennisgeving hiervan te verrichten aan het secretariaat van de opdrachthoudende vereniging Fluvius Antwerpen.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

AANVULLENDE PERSONENBELASTING

Gelet op de financiële toestand van de gemeente Schoten;

Overwegende dat het noodzakelijk is evenwicht te houden tussen de inkomsten en de uitgaven van de gemeente;

Gelet op de artikelen 464 tot en met 470bis van het wetboek van de inkomstenbelastingen;

Gelet op het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017, en latere wijzigingen;

Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 15 december 2016 waarin besloten werd om de aanvullende personenbelasting vast te stellen op 6,50 % voor de aanslagjaren 2017 tot en met 2019;

Gelet op het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 20 augustus 2019 waarin wordt voorgesteld om het tarief van de belasting op de aanvullende personenbelasting voor de aanslagjaren 2020 tot en met 2025 te behouden;

Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 12 september 2019 waarin de aanvullende personenbelasting voor de aanslagjaren 2020 tot en met 2025 werd vastgesteld op 6,70 %;

Gelet op de gevoerde bespreking;

Besluit: met 22 stemmen ja, 8 onthoudingen

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Erik Block, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Kris Oversteyns, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Kurt Vermeiren, Piet Bouciqué, Tom Van Grieken, Lieselotte Decroix, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanakenonthouden zich.

Artikel 1

Akkoord te gaan om het gemeenteraadsbesluit van 12 september 2019 houdende goedkeuring van het reglement betreffende de aanvullende belasting op de personenbelasting in te trekken.

Artikel 2

Voor de aanslagjaren 2020 tot en met 2025 wordt een aanvullende belasting gevestigd ten laste van de rijksinwoners die belastbaar zijn in de gemeente op 1 januari van het aanslagjaar.

Artikel 3

De belasting wordt vastgesteld op 6,5% van de overeenkomstig artikel 466 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 berekende grondslag voor hetzelfde aanslagjaar. Deze belasting wordt gevestigd op basis van het inkomen dat de belastingplichtige heeft verworven in het aan het aanslagjaar voorafgaande jaar.

Artikel 4

De vestiging en de inning van de gemeentelijke belasting zullen door het toedoen van het bestuur der directe belastingen geschieden, overeenkomstig de bepalingen vervat in de artikelen 466 e.v. van het wetboek van de inkomstenbelastingen.

Artikel 5

Dit besluit zal worden bekendgemaakt overeenkomstig de artikelen 286, 287 en 288 van het Decreet over het Lokaal Bestuur.

Artikel 6

De toezichthoudende overheid zal op de hoogte gebracht worden van de bekendmaking van het reglement overeenkomstig artikel 330 van het Decreet over het Lokaal Bestuur.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

BELASTINGREGLEMENT TAXI

Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen;

Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, en latere wijzigingen;

Gelet op het decreet van 20 april 2001 betreffende de organisatie van het personenvervoer over de weg en tot oprichting van de Mobiliteitsraad van Vlaanderen, en latere wijzigingen;

Gelet op het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017, en latere wijzigingen;

Overwegende dat vergunningen voor het exploiteren van een dienst voor het verhuren van voertuigen met bestuurder en voor het exploiteren van taxidiensten worden afgegeven door de gemeente op wiens grondgebied de exploitatiezetel van de kandidaat-vergunninghouder van een dienst voor het verhuren van voertuigen met bestuurder gevestigd is of waar de exploitant de taxidienst wil exploiteren;

Overwegende dat het Vlaamse Gewest een gemeentebelasting oplegt op de vergunningen voor het exploiteren van een dienst voor het verhuren van voertuigen met bestuurder (VVB);

Overwegende dat de gemeente het billijk vindt om een gelijke belasting te heffen op de vergunningen voor het exploiteren van taxidiensten;

Gelet op de financiële toestand van de gemeente;

Gelet op de gevoerde bespreking;

Besluit: met 30 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Artikel 1

Met ingang van 1 januari 2020 en voor een periode eindigend op 31 december 2024 wordt er een jaarlijkse belasting geheven op de taxivoertuigen waarvoor door het college van burgemeester en schepenen een exploitatievergunning werd afgeleverd voor 1 januari 2020, alsmede een bijkomende belasting indien deze vergunde voertuigen zijn uitgerust met radiotelefonie.

Artikel 2

Het bedrag van de belasting wordt vastgesteld als volgt:

-250,00 euro per voertuig vermeld in de exploitatievergunning

-afwijkend tarief: 450,00 euro per voertuig vermeld in de akte van de vergunning, wanneer de exploitant gebruik maakt van standplaatsen op de openbare weg

-bijkomende heffing: 75,00 euro per voertuig uitgerust met radiotelefonie, vermeld in de akte van de exploitatievergunning, voor taxidiensten zonder standplaats op de openbare weg.

Deze bedragen worden aangepast volgens de schommelingen van het indexcijfer van de consumptieprijzen. Deze aanpassing gebeurt door middel van de coëfficiënt die wordt bekomen door het indexcijfer van de maand december van het jaar voorafgaand aan het belastingjaar te delen door het indexcijfer van de maand 2000.

Artikel 3

De belasting is onverdeelbaar verschuldigd voor het ganse jaar, onafhankelijk van het moment waarop de vergunning werd afgegeven. Ze is verschuldigd door de houder van de vergunning op 1 januari van het belastingjaar of op het moment van de afgifte van de vergunning.

De vermindering van het aantal voertuigen geeft geen aanleiding tot belastingteruggave, evenmin als de opschorting of intrekking van de vergunning of het buiten werking stellen van een of meer voertuigen voor welke reden ook.

Artikel 4

De belastingschuldige is ertoe gehouden om vóór 1 maart van het belastingjaar spontaan aangifte te doen op een daartoe voorbestemd formulier dat door de gemeente ter beschikking wordt gesteld. Bij gebreke van een aangifte of bij niet-tijdige, onnauwkeurige, onjuiste of bedrieglijke aangifte binnen de gestelde termijnen, wordt de aanslag van ambtswege gevestigd volgens de gegevens waarover de gemeentelijke overheid beschikt.

De aangifte blijft geldig tot wederopzegging door de belastingplichtige.

Vooraleer over te gaan tot de ambtshalve vaststelling van de belasting betekent het college van burgemeester en schepenen aan de belastingplichtige, per aangetekend schrijven, de motieven om gebruik te maken van deze procedure, de elementen waarop de aanslag is gebaseerd, evenals de wijze van bepaling van deze elementen en het bedrag van de belasting.

De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig dagen, volgend op de datum van verzending van de betekening, om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen.

Artikel 5

De bevoegde gemeentebeambten zijn gemachtigd om elke vaststelling in verband met deze verordening uit te voeren. De belastingplichtigen zijn ertoe gehouden deze vaststellingen te laten uitvoeren en eventueel te vergemakkelijken.

Artikel 6

De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen. Ze dient betaald te worden binnen de twee (2) maanden na de verzending van het aanslagbiljet.

Artikel 7

De vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van de belasting gebeuren volgens de bepalingen vervat in het gelijknamige decreet van 30 mei 2008, en latere wijzigingen.

Artikel 8

Dit besluit zal worden bekendgemaakt op de webtoepassing van de gemeente overeenkomstig de artikelen 286, 287 en 288 van het Decreet over het Lokaal Bestuur. De toezichthoudende overheid zal op dezelfde dag op de hoogte gebracht worden van deze bekendmaking overeenkomstig art. 330 van het Decreet over het Lokaal Bestuur.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

BELASTINGREGLEMENT AMBULANTE HANDEL

Gelet op het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017, en latere wijzigingen;

Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, en latere wijzigingen;

Gelet op de koninklijke besluiten van 24 september 2006 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante activiteiten en betreffende de uitoefening en de organisatie van kermisactiviteiten en ambulante activiteiten in kermisgastronomie;

Gelet op de financiële toestand van de gemeente;

Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen d.d. 5 september 2019;

Gelet op de gevoerde bespreking;

Besluit: met 29 stemmen ja, 1 onthouding

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Kurt Vermeirenonthoudt zich.

Artikel 1

Met ingang van 1 januari 2020 en voor een periode eindigend op 31 december 2025 wordt er een jaarlijkse belasting gevestigd ten laste van personen die op het grondgebied van de gemeente Schoten een ambulante activiteit, zoals bepaald in de desbetreffende wet op de uitoefening van ambulante activiteiten en de daarbij horende uitvoeringsbesluiten, uitoefenen.

Artikel 2

Het bedrag van de belasting wordt vastgesteld als volgt:

voor ambulante activiteiten zonder gebruik van een voertuig met eigen beweegkracht:

-per dag: 2,50 euro

-per week: 10,00 euro

-per maand: 25,00 euro

-per jaar: 150,00 euro

voor ambulante activiteiten met gebruik van een voertuig met eigen beweegkracht:

-per dag: 5,00 euro

-per week: 20,00 euro

-per maand: 50,00 euro

-per jaar: 300,00 euro

Artikel 3

Zijn van deze belasting vrijgesteld:

de handelsreizigers die enkel stalen rondvoeren of -dragen en geen waren te koop aanbieden.

Artikel 4

De belastingplichtigen die ambulante activiteiten uitoefenen, moeten voorafgaandelijk bij de gemeentelijke belastingdienst een aangifte indienen met opgave van:

de wijze van vervoer waarop zij deze activiteit uitoefenen of gaan uitoefenen;

de periode waarvoor de belasting dient toegepast te worden.

Artikel 5

De belastingplichtige ontvangt van het gemeentebestuur een aangifteformulier dat door hem, behoorlijk ingevuld en ondertekend, voor de erin vermelde datum moet worden teruggestuurd naar het gemeentebestuur Schoten – financiële dienst – Verbertstraat 3 – 2900 Schoten.

De belastingplichtige die geen aangifteformulier heeft ontvangen, is ertoe gehouden, uiterlijk op 30 september van het aanslagjaar, aan het gemeentebestuur de voor de aanslag noodzakelijke gegevens ter beschikking te stellen.

Bij gebrek aan aangifte, bij laattijdige, onjuiste, onvolledige of onnauwkeurige aangifte vanwege de belastingplichtige, wordt de belasting ambtshalve gevestigd op basis van gegevens waarover het gemeentebestuur beschikt.

Vooraleer de belasting ambtshalve wordt gevestigd, brengt het gemeentebestuur de belastingplichtige met een aangetekende brief op de hoogte van de redenen waarom ze gebruik maakt van deze procedure, de elementen waarop de belasting is gebaseerd evenals de wijze van bepaling van die elementen en het bedrag van de belasting. De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig kalenderdagen te rekenen van de derde werkdag die volgt op de verzending van die kennisgeving om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen.

Artikel 6

De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen. Ze dient betaald te worden binnen de twee (2) maanden na de verzending van het aanslagbiljet.

Artikel 7

De vestiging, de invordering en de geschillenprocedure, gebeuren volgens de bepalingen vervat in het gelijknamige decreet van 30 mei 2008, en latere wijzigingen.

Artikel 8

Dit besluit zal worden bekendgemaakt overeenkomstig de artikelen 286, 287 en 288 van het Decreet Lokaal Bestuur.

Artikel 9

De toezichthoudende overheid zal op de hoogte gebracht worden van de bekendmaking van het reglement overeenkomstig artikel 330 van het Decreet over het Lokaal Bestuur.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

BELASTINGREGLEMENT OP AFGIFTE ADMINISTRATIEVE STUKKEN

Gelet op artikel 170, § 4 van de Grondwet;

Gelet op het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, en latere wijzigingen;

Gelet op het decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014, en latere wijzigingen;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning;

Gelet op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO), en latere wijzigingen;

Gelet op het KB van 23 september 1958 houdende algemeen reglement betreffende het fabriceren, opslaan, onder zich houden, verkopen, vervoeren en gebruiken van springstoffen, en latere wijzigingen;

Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen;

Gelet op de omzendbrief KB ABB 2019/2 over de gemeentefiscaliteit;

Gelet op het belastingreglement op milieuvergunningsaanvragen van 25 september 2014;

Gelet op het belastingreglement op de afgifte van administratieve stukken van 21 december 2017;

Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen van 21 november 2019 om de tarieven voor het uitreiken van elektronische identiteitsdocumenten aan te passen ingevolge de melding van de FOD Binnenlandse zaken d.d. 4 november 2019 waarbij de vergoedingen ten laste van de gemeenten worden vastgelegd voor de uitreiking van de elektronische identiteitskaarten, de elektronische verblijfsdocumenten voor vreemdelingen en de kids-ID’s vanaf 1 januari 2020;

Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen van 21 november 2019 waarbij nieuwe tarieven worden voorgesteld in het kader van de omgevingsvergunningen;

Gelet op de financiële toestand van de gemeente;

Gelet op de gevoerde bespreking;

Besluit: met 26 stemmen ja, tegen 4 stemmen neen

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Erik Block, Piet Bouciqué, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Kurt Vermeiren, Peter Arnauw, Maya De Backer, Olivier Coppensstemmen neen.

Artikel 1

Met ingang van 1 januari 2020 en voor een periode eindigend op 31 december 2025, wordt een belasting gevestigd op de afgifte van administratieve stukken. Deze belasting is verschuldigd door de persoon of de rechtspersoon aan wie het stuk wordt afgeleverd.

Artikel 2

Het bedrag van de belasting wordt als volgt bepaald:

1. op de afgifte van reispassen:

- gewone procedure voor een nieuwe reispas: 9,00 euro

- spoedprocedure voor een nieuwe reispas: 30,00 euro.

2. op de afgifte van een elektronische identiteitskaart:

a) 16,10 euro voor de gewone procedure, vermeerderd met 3,90 euro gemeentebelasting

b) 98,60 euro voor de spoedprocedure, vermeerderd met 3,00 euro gemeentebelasting

c) 129,80 euro voor de spoedprocedure met centrale levering in Brussel, vermeerderd met 3,00 euro gemeentebelasting.

3. op de afgifte van een elektronische vreemdelingenkaart zonder biometrische kenmerken:

a) 16,10 euro voor de gewone procedure, vermeerderd met 3,90 euro gemeentebelasting

b) 98,60 euro voor de spoedprocedure, vermeerderd met 3,00 euro gemeentebelasting.

4. op de afgifte van een elektronische vreemdelingenkaart met biometrische kenmerken:

a) 16,60 euro voor de gewone procedure vermeerderd met 3,90 euro gemeentebelasting

b) 98,60 euro voor de spoedprocedure, vermeerderd met 3,00 gemeentebelasting.

5) op de afgifte van een Kids-ID:

a) 6,40 euro voor de gewone procedure, vermeerderd met 0,60 euro gemeentebelasting

b) 88,90 euro voor de spoedprocedure, vermeerderd met 3,00 euro gemeentebelasting

c) 120,10 euro voor de spoedprocedure met centrale levering in Brussel, vermeerderd met 3,00 euro gemeentebelasting.

6) op de afgifte van het rijbewijs in bankkaartmodel en voor de afgifte van het voorlopig rijbewijs in bankkaartmodel: de kostprijs, aangerekend door de federale overheid, vermeerderd met 5,00 euro gemeentebelasting

7) op de afgifte van het internationaal rijbewijs: de kostprijs, aangerekend door de federale overheid, vermeerderd met 4,00 euro gemeentebelasting

8) op de afgifte van een verblijfsvergunning aan vreemdelingen: 0,80 euro of de eventueel later gewijzigde som die de gemeente zelf dient te betalen als reële kostprijs van de kaart, vermeerderd met 2,20 euro gemeentebelasting

9) op de afgifte van een huwelijksboekje: 20,00 euro

10) op de afgifte van een verklaring van eenzijdige beëindiging van de wettelijke samenwoning: de kostprijs gevraagd door de gerechtsdeurwaarder voor de betekening van de verklaring.

11) op de afgifte van allerlei andere getuigschriften, uittreksels, afschriften, legalisaties, vergunningen, enz., die ambtshalve of op verzoek worden uitgereikt:

a) op de afgifte van een uittreksel uit het vergunningenregister: 25,00 euro

b) op de afgifte van een uittreksel uit het plannenregister: 25,00 euro

c) op de afgifte van een planologisch attest: 150,00 euro

d) op de afgifte van een stedenbouwkundig attest of principeaanvraag: 50,00 euro

e) op de melding van een ingedeelde inrichting of activiteit: 50,00 euro

f) op de melding voor het uitvoeren van stedenbouwkundige handelingen: 25,00 euro

g) op de aanvraag voor het houden van een projectvergadering: 50,00 euro

h) op de aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van stedenbouwkundige handelingen:

- gewone procedure: 75,00 euro

- vereenvoudigde procedure: 50,00 euro

- technische werken en terreinaanlegwerken: 50,00 euro

- kleinhandel en vegetatiehandel: 50,00 euro.

i) op de aanvraag van een omgevingsvergunning voor een ingedeelde inrichting of activiteit:

- gewone procedure: 100,00 euro

- vereenvoudigde procedure: 75,00 euro.

j) op de aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden:

- met wegenis: 150,00 euro per lot met een minimum van 375,00 euro

- zonder wegenis: 100,00 euro per lot met een minimum van 250,00 euro.

k) op de vraag tot omzetting van een milieuvergunning verleend voor 20 jaar naar een permanente vergunning: 100,00 euro

l) op de bekendmaking van het verstrijken van elke geldigheidsperiode van twintig jaar van een omgevingsvergunning van onbepaalde duur: 75,00 euro

m) op het verzoek tot bijstelling van milieuvoorwaarden: 75,00 euro

n) op het verzoek tot bijstelling van een verkavelingsvergunning: 250,00 euro

o) op de melding van de overdracht van de vergunning voor een ingedeelde inrichting of activiteit:

- volledige overdracht: 50,00 euro

- gedeeltelijke overdracht: 50,00 euro.

p) op de vergunningsaanvraag springstoffen (K.B. 23.09.58): 100,00 euro

q) op het opnemen van een vergund geachte constructie in het vergunningenregister: 50,00 euro

r) op het digitaliseren van een analoog ingediend dossier: 50,00 euro

s) op de afgifte van een wegsignalisatievergunning zonder omleidingsroute voor de weggebruikers: 50,00 euro

t) op de afgifte van een wegsignalisatievergunning met omleidingsroute voor de weggebruikers: 100,00 euro

u) op alle administratieve verrichtingen in het kader van het verplicht openbaar onderzoek, zoals bepaald in de VCRO, zoals bepaald in artikel 23 van het decreet betreffende de omgevingsvergunning van 24 april 2014 en zoals bepaald in artikels 11 t.e.m. 14 van het Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning: 25,00 euro, vermeerderd met de werkelijke portkosten per adres voor de in het kader van genoemd openbaar onderzoek geschreven en verzonden brieven

v) op het kappen van bomen waarvoor een kapvergunning vereist is: 35,00 euro per vergunningsaanvraag.

Artikel 3

De belasting is niet toepasselijk op:

a) de stukken afgeleverd aan openbare besturen, openbare instellingen en rechterlijke overheden, voor zover het gaat om bestuurlijke doeleinden

b) de ingevolge wetsvoorschriften kosteloos te verstrekken stukken

c) de machtigingen met betrekking tot godsdienstige of politieke demonstraties

d) de afgifte van stukken welke krachtens een wet, een KB of een overheidsverordening reeds aan de betaling van een recht ten behoeve van de gemeente onderworpen is.  Uitzondering wordt gemaakt voor de rechten welke de met het afgeven van reispassen belaste gemeenten ambtshalve toekomen en waarvan sprake is in de tarieven, gevoegd bij de wet op de consulaire-en kanselarijrechten

e) de machtigingen met betrekking tot activiteiten die, als dusdanig, reeds het voorwerp zijn van de heffing van een belasting of een retributie ten behoeve van de gemeente

f) de geldigverklaring van aanvraagformulieren voor vermindering op biljetten van de NMBS, De Lijn en de openbare autobusdiensten

g) stukken afgeleverd aan eenieder die deze nodig heeft om een tewerkstelling te bekomen, te kunnen solliciteren of om deel te nemen aan examens of proeven met het oog op eventuele aanwerving

h) de afgifte conform artikel 2 11) s) en artikel 2 11) t) van een wegsignalisatievergunning met of zonder omleidingsroute voor de weggebruikers voor werken die door of in opdracht van de nutsmaatschappijen worden uitgevoerd, alsook de werken die in opdracht van de gemeente Schoten worden uitgevoerd.

i) op het kappen van bomen die gekapt moeten worden omwille van de openbare veiligheid.

Artikel 4

De particulieren en de private instellingen die wensen dat de gevraagde administratieve bescheiden hun per post zouden toegezonden worden, dienen het bedrag van de verzendingskosten vooraf aan de betrokken dienst over te maken, zelfs indien de afgifte van de te verstrekken stukken kosteloos is.

Artikel 5

De belasting is invorderbaar op het ogenblik van respectievelijk de aanvraag of de aflevering van het stuk.  Zij wordt contant ingevorderd door middel van de afgifte van een kwitantie, een plaat, een vignet of enig ander onderscheidingsteken.

Artikel 6

De belastingsplichtigen moeten bij aanvraag bij het gemeentebestuur een bedrag gelijk aan de vermoedelijke belasting in bewaring geven bij de bevoegde ambtenaar, tegen afgifte van een ontvangstbewijs, dat op elk verzoek van de met toezicht belaste ambtenaren of agenten moet worden getoond. Het in bewaring gegeven bedrag zal van ambtswege als een verworven contante belasting worden geboekt indien geen tegenbericht van de belastingplichtige bij het gemeentebestuur toekomt uiterlijk de dag voor deze waarop het belastbaar feit zich zal voltrekken. Bij gebrek aan contante betaling of in geval deze niet gelijk is aan de reële belastingschuld, berekend op basis van de gegevens waarover het gemeentebestuur nadien beschikt, zal door het college van burgemeester en schepenen worden overgegaan tot opname in een kohier, of respectievelijk terugbetaling van het verschil.

Artikel 7

De vestiging, de invordering en de geschillenprocedure gebeuren volgens de bepalingen vervat in het gelijknamige decreet van 30 mei 2008 en latere wijzigingen.

Artikel 8

Dit besluit zal worden bekendgemaakt overeenkomstig de artikelen 286, 287 en 288 van het Decreet over het Lokaal Bestuur.

Artikel 9

De toezichthoudende overheid zal op de hoogte gebracht worden van de bekendmaking van het reglement overeenkomstig artikel 330 van het Decreet over het Lokaal Bestuur.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

BELASTINGREGLEMENT OP ONBEBOUWDE BOUWGRONDEN IN WOONGEBIED EN OP ONBEBOUWDE KAVELS (ACTIVERINGSHEFFING)

Gelet op het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, inzonderheid artikels 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad;

Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen;

Gelet op de omzendbrief  KB ABB 2019/2 betreffende de gemeentefiscaliteit;

Gelet op het decreet van 23 december 2011 houdende wijziging van het decreet van diverse bepalingen van het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid, hierna afgekort als DGPB; (B.S. 27.01.2012)

Gelet op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, afgekort als VCRO;

Overwegende dat de gemeente het wenselijk acht om potentiële woonlocaties vrij te maken en om grondspeculatie tegen te gaan;

Overwegende dat het wenselijk is om realiseerbare onbebouwde gronden en onbebouwde kavels te activeren in de gemeente;

Overwegende dat de invoering van de activeringsheffing de gemeente toelaat om de eigenaars van die gronden en kavels daartoe aan te sporen;

Gelet op het belastingreglement inzake bslasting op onbebouwde bouwgronden in woongebied en op onbebouwde kavels (activeringsheffing) d.d. 17 december 2015;

Gelet op de financiële toestand van de gemeente;

Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen d.d. 14 november 2019;

Gelet op de gevoerde bespreking;

Besluit: met 30 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Artikel 1

Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder:

Bouwgrond: een perceel grond, met uitsluiting van kavels, dat paalt aan een voldoende uitgeruste weg in de zin van artikel 4.3.5 VCRO en gelegen is in een woongebied of in een woonuitbreidingsgebied dat reeds voor bebouwing in aanmerking komt blijkens een principiële beslissing of op grond van artikel 5.6.6 VCRO

Kavel: het in een verkavelingsvergunning van een niet vervallen verkaveling afgebakend perceel

Onbebouwd: beantwoordend aan de criteria voor opname in het register van onbebouwde percelen, gesteld bij en krachtens artikel 5.6.1 VCRO

Register van onbebouwde percelen: het register, vermeld in artikel 5.6.1 VCRO

Sociale woonorganisatie: een organisatie, vermeld in artikel 2, § 1, eerste lid, 26° Vlaamse Wooncode.

Artikel 2

Met ingang van 1 januari 2020 en voor een periode eindigend op 31 december 2025 wordt een jaarlijkse belasting, hierna activeringsheffing genoemd, gevestigd op de onbebouwde bouwgronden in woongebied en op onbebouwde kavels die voorkomen in het gemeentelijk register van onbebouwde percelen.

Artikel 3

§ 1. Het bedrag van de activeringsheffing wordt vastgesteld op 12,50 euro per strekkende meter perceellengte van de onbebouwde grond of kavel grenzend aan de openbare weg.

§ 2. Indien een perceel paalt aan twee of meer voldoende uitgeruste wegen of indien een perceel een hoekperceel betreft, wordt de helft van de som van alle perceellengtes langsheen de openbare weg als berekeningsgrondslag in aanmerking genomen, de afgesneden en/of afgeronde hoek of hoeken inbegrepen.

§ 3. De minimale aanslag bedraagt 150,00 euro per onbebouwde bouwgrond of kavel.

§ 4. Elk gedeelte van een strekkende meter wordt als volledige meter beschouwd.

§ 5. De bedragen, vermeld in § 1 van dit artikel, zijn gekoppeld aan de evolutie van de ABEX-index en stemmen overeen met de index van december 2008. Ze worden jaarlijks op 1 januari aangepast aan het ABEX-indexcijfer van de maand december die aan de aanpassing voorafgaat.

Artikel 4

De activeringsheffing is verschuldigd door de natuurlijke of rechtspersoon die op 1 januari van het aanslagjaar eigenaar is van de bouwgrond of kavel.

Indien er een vruchtgebruik, een recht van opstal of een erfpacht bestaat, is de activeringsheffing verschuldigd door resp. de vruchtgebruiker, de erfpachter of de opstalhouder.

In geval van mede-eigendom, wordt de activeringsheffing gevestigd in verhouding tot het eigendomsaandeel van elk van de niet-vrijgestelde belastingplichtigen in de onbebouwde bouwgrond of kavel.

Artikel 5

§ 1. Enkel de vrijstellingen en ontheffingen opgenomen in dit artikel zijn van toepassing in de gemeente.

§ 2. Van de activeringsheffing zijn vrijgesteld:

1° de eigenaars van een enkele onbebouwde bouwgrond in woongebied of onbebouwde kavel, bij uitsluiting van enig ander onroerend goed gelegen in België of het buitenland.

Deze ontheffing geldt slechts gedurende de vijf kalenderjaren, die volgen op de verwerving van het onroerend goed. Ze geldt gedurende de vijf dienstjaren, die volgen op de inwerkingtreding van de belastingverordening, indien het goed op dat tijdstip reeds is verworven. Deze vrijstelling vervalt met ingang van 1 januari volgend op de verwerving van een tweede onroerend goed.

Deze vrijstelling kan bekomen worden door het afleveren van een attest van het kantoor der Registratie en Domeinen van hun woongebied waarin wordt bevestigd dat de eigenaar op 1 januari van het aanslagjaar slechts eigenaar is van één enkel onbebouwde grond bij uitsluiting van enig ander onroerende goed, al dan niet bebouwd, in België of in het buitenland.

2° de sociale woonorganisaties en het Investeringsfonds voor Grond- en woonbeleid voor Vlaams-Brabant, vermeld in artikel 16 van het decreet van 25 juni 1992 houdende diverse bepalingen tot begeleiding van de begroting 1992

3° bouwheren en verkavelaars, in zoverre zij overeenkomstig artikel 4.1.20, § 1 DGPB, een sociale last uitvoeren in natura, en op voorwaarde dat de deelattesten nummer 1, 2 en 3, vermeld in artikel 4.1.20, § 3 tot en met § 5 DGPB worden verkregen

4° door de overheid erkende jeugd- en sportverenigingen.

§ 3. Een vrijstelling beperkt tot 1 onbebouwde bouwgrond in woongebied of 1 onbebouwde kavel per kind wordt tevens toegekend aan ouders met kinderen die al dan niet ten laste zijn. Deze vrijstelling wordt toegekend indien het kind op 1 januari van het aanslagjaar voldoet aan beide hiernavolgende voorwaarden:

1° het heeft de leeftijd van 30 jaar nog niet bereikt

2° het heeft geen onbebouwde bouwgrond in woongebied, geen onbebouwde kavel of geen woning in volle eigendom, alleen of met de persoon met wie het wettelijk of feitelijk samenwoont.

Deze ontheffing geldt slechts gedurende de vijf kalenderjaren, die volgen op de verwerving van het onroerend goed. Ze geldt gedurende de vijf dienstjaren, die volgen op de inwerkingtreding van de belastingverordening, indien het goed op dat tijdstip reeds is verworven. Deze vrijstelling vervalt met ingang van 1 januari volgend op de verwerving van een tweede onroerend goed.

§ 4. De activeringsheffing wordt niet geheven op percelen die voldoen aan de hiernavolgende voorwaarden:

1° ze behoren toe aan dezelfde eigenaar als deze van de aanpalende bebouwde bouwgrond of kavel

2° ze vormen met die bebouwde bouwgrond of kavel één ononderbroken ruimtelijk geheel.

De vrijstelling, vermeld in § 4, geldt slechts voor een straatbreedte van ten hoogste 30 m.

§ 5. De activeringsheffing wordt niet geheven op bouwgronden en kavels die tijdens het aanslagjaar niet voor bebouwing kunnen worden bestemd:

1° ingevolge hun inrichting als collectieve voorzieningen, met inbegrip van hun aanhorigheden

2° ingevolge de Pachtwet van 4 november 1969, waarbij het bewijs van de pacht door alle middelen rechtens mag worden geleverd

3° ingevolge hun werkelijke en volledige aanwending voor land- of tuinbouw, gedurende het hele jaar

 

4° ingevolge een bouwverbod of enige andere erfdienstbaarheid tot openbaar nut die woningbouw onmogelijk maakt

5° ingevolge een vreemde oorzaak die de belastingplichtige niet kan worden toegerekend, zoals de beperkte omvang van de bouwgrond of kavel, of hun ligging, vorm of fysieke toestand.

§ 6. Een vrijstelling wordt verleend aan de houders van een in laatste administratieve aanleg verleende verkavelingsvergunning, en dit gedurende 5 jaren, te rekenen vanaf 1 januari van het jaar dat volgt op de afgifte van de vergunning in laatste administratieve aanleg, respectievelijk, wanneer de verkaveling werken omvat, vanaf 1 januari van het jaar dat volgt op het jaar van afgifte van het attest, vermeld in artikel 4.2.16, § 2 VCRO, desgevallend voor die fase van de verkavelingsvergunning waarvoor het attest verleend wordt.

§ 7. Indien sommige mede-eigenaars, krachtens de bovenstaande bepalingen zijn vrijgesteld, wordt de belasting onder de overige mede-eigenaars, in verhouding tot hun deel in het perceel, verrekend.

Artikel 6

De belastingplichtige ontvangt van het gemeentebestuur een aangifteformulier dat door hem/haar, behoorlijk ingevuld en ondertekend, voor de erin vermelde vervaldatum moet worden teruggestuurd naar het gemeentebestuur Schoten – financiële dienst – Verbertstraat 3 – 2900 Schoten.

De belastingplichtige die geen aangifteformulier heeft ontvangen, is ertoe gehouden, uiterlijk op 30 september van het aanslagjaar, aan het gemeentebestuur de voor de aanslag noodzakelijke gegevens ter beschikking te stellen.

Bij gebrek aan aangifte, bij laattijdige, onjuiste, onvolledige of onnauwkeurige aangifte vanwege de belastingplichtige wordt de activeringsheffing ambtshalve gevestigd op basis van gegevens waarover het gemeentebestuur beschikt, onverminderd het recht van bezwaar en beroep.

Vooraleer over te gaan tot ambtshalve vaststelling van de activeringsheffing, brengt het gemeentebestuur de belastingplichtige met een aangetekende brief op de hoogte van de redenen waarom ze gebruik maakt van deze procedure, de elementen waarop de heffing is gebaseerd evenals de wijze van bepaling van die elementen en het bedrag van de heffing. De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig kalenderdagen volgend op de datum van verzending van die kennisgeving om zijn opmerkingen schriftelijke voor te dragen.

Artikel 7

De verkoper van een onbebouwde bouwgrond of kavel is verplicht binnen de twee maanden na het verlijden van de notariële akte, de volgende gegevens mee te delen aan de financiële dienst van het gemeentebestuur:

a) de volledige identiteit en het adres van de nieuwe eigenaar

b) de datum van de akte en de naam van de notaris

c) de nauwkeurige aanduiding van het verkochte perceel.

Artikel 8

De activeringsheffing wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen.

Artikel 9

De activeringsheffing moet betaald worden binnen 2 maanden na de verzending van het aanslagbiljet.

Artikel 10

§ 1. De belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger kan bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen.

Het bezwaarschrift moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van 3 maanden te rekenen vanaf de 3de kalenderdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag. Van het bezwaarschrift wordt binnen 15 dagen na de indiening ervan een ontvangstmelding afgegeven.

§ 2. Het beroepschrift wordt behandeld in overeenstemming met het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.

Artikel 11

Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, zijn de bepalingen van titel VII (Vestiging en invordering van de belastingen), hoofdstukken 1, 3, 4, 6 tot en met 9bis van het wetboek van de inkomstenbelastingen en de artikelen 126 tot en met 175 van het uitvoeringsbesluit van dit wetboek van toepassing voor zover ze niet specifiek de belastingen op de inkomsten betreffen.

Artikel 12

Dit besluit zal worden bekendgemaakt overeenkomstig de artikelen 286, 287 en 288 van het decreet over het lokaal bestuur. Er wordt geen onderzoek de commodo et incommodo gehouden aangaande dit reglement.

Artikel 13

De toezichthoudende overheid zal op de hoogte gebracht worden van de bekendmaking van het reglement overeenkomstig artikel 330 van het Decreet over het Lokaal Bestuur.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

BELASTINGREGLEMENT OP VALSE ALARMMELDINGEN

Gelet op het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017, en latere wijzigingen;

Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, en latere wijzigingen;

Gelet op het koninklijk besluit van 25 april 2007 tot vaststelling van de voorwaarden voor installatie, onderhoud en gebruik van alarmsystemen en beheer van alarmcentrales, en latere wijzigingen;

Overwegende dat de hoeveelheid valse alarmmeldingen de efficiëntie van het normale politiewerk en de openbare orde en veiligheid ernstig in het gedrang kan brengen;

Gelet op het belastingreglement op valse alarmmeldingen zoals laatst goedgekeurd bij gemeenteraadsbesluit van 17 december 2015;

Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen d.d. 14 november 2019;

Gelet op de financiële toestand van de gemeente;

Gelet op de gevoerde bespreking;

Besluit: met 30 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Artikel 1

Met ingang van 1 januari 2020 en voor een periode eindigend op 31 december 2025 wordt een gemeentebelasting geheven op elke interventie van de politie ten gevolge van:

-          een valse alarmmelding

-          een alarmmelding waarbij binnen de tijdspanne van aankomst bij de plaats van het alarm afgesproken met de politiediensten de gebruiker, een contactpersoon of een bewakingsagent niet aanwezig is zoals wordt vooropgesteld in het koninklijk besluit van 25 april 2007.

Artikel 2

Als valse alarmmelding wordt beschouwd elke alarmmelding ten gevolge van een vals alarmsignaal.

Als vals alarmsignaal wordt beschouwd elk alarmsignaal dat niet het gevolg is van een binnendringing of een poging daartoe.

Artikel 3

De belasting is verschuldigd door de gebruiker van de alarminstallatie.

Artikel 4

De belasting bedraagt 125,00 euro per interventie van de politie ten gevolge van alarmmeldingen zoals bedoeld in artikel 1.

Artikel 5

Het aantal interventies ten gevolge van alarmmeldingen zoals bedoeld in artikel 1 zal per installatie worden opgevolgd.

De belasting zal per installatie worden toegepast vanaf de tweede interventie van de politie ten gevolge van alarmmeldingen zoals bedoeld in artikel 1, telkens berekend in een tijdspanne van 2 jaar. Voor de berekening van de tijdspanne van 2 jaar wordt het jaartal van de datum van elke interventie van de politie ten gevolge van alarmmeldingen zoals bedoeld in artikel 1, verminderd met 2 jaren, ongeacht de ingangsdatum van het belastingreglement.

Artikel 6

De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen. Ze dient betaald te worden binnen de twee (2) maanden na de verzending van het aanslagbiljet.

Artikel 7

De vestiging, de invordering en de geschillenprocedure, gebeuren volgens de bepalingen vervat in het gelijknamige decreet van 30 mei 2008, en latere wijzigingen.

Artikel 8

Dit besluit zal worden bekendgemaakt overeenkomstig de artikelen 286, 287 en 288 van het Decreet over het Lokaal Bestuur .

Artikel 9

De toezichthoudende overheid zal op de hoogte gebracht worden van de bekendmaking van het reglement overeenkomstig artikel 330 van het Decreet over het Lokaal Bestuur.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

BELASTINGREGLEMENT OP HET PARKEREN MET BEPERKTE PARKEERTIJD

Gelet op het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017, en latere wijzigingen;

Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, en latere wijzigingen;

Gelet op het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 27;

Gelet op het belastingreglement op het parkeren met beperkte parkeertijd, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad in haar zitting van 25 september 2014;

Overwegende dat het aanleggen en verbeteren van parkeermogelijkheden voor de gemeente aanzienlijke lasten met zich meebrengen;

Gelet op de financiële noodwendigheden van de gemeente;

Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen d.d. 14 november 2019;

Gelet op de gevoerde bespreking.

Besluit: met 30 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Artikel 1

Met ingang van 1 januari 2020 en voor een periode eindigend op 31 december 2025 wordt er een gemeentebelasting gevestigd op het parkeren van motorvoertuigen op de openbare weg of op plaatsen gelijkgesteld aan de openbare weg.

Dit reglement heeft betrekking op het parkeren van een motorvoertuig op plaatsen waar dat parkeren toegelaten is én waar een blauwe zonereglementering van toepassing is.

Artikel 2

De belasting wordt als volgt vastgesteld:

-gratis voor de maximale duur die toegelaten is door de verkeersborden;

-een forfaitair bedrag van 25,00 euro per dag voor elke periode die langer is dan deze die gratis               is.

De door de gebruiker gewenste parkeerduur wordt vastgesteld door het zichtbaar aanbrengen van een parkeerschijf achter de voorruit van het voertuig, overeenkomstig artikel 27.1.1 van het koninklijk besluit van 1 december 1975.

Artikel 3

De belasting is verschuldigd door de titularis van de nummerplaat van het voertuig.

De belasting is verschuldigd zodra het voertuig langer geparkeerd is dan de tijd die toegelaten is door de verkeersborden. De belasting is betaalbaar door overschrijving op de rekening van de gemeente; deze laatste mogelijkheid wordt enkel geboden als de gebruiker opteert voor de toepassing van het forfaitair tarief.

Artikel 4

De belasting is niet van toepassing op het parkeren van voertuigen gebruikt door personen met een handicap. Het statuut van “persoon met een handicap” wordt beoordeeld op het ogenblik van het parkeren, door het aanbrengen op een zichtbare plaats achter de voorruit van het voertuig van de kaart uitgereikt overeenkomstig het ministerieel besluit van 7 mei 1999.

De belasting is eveneens niet van toepassing op het parkeren van voertuigen voor de inrij van eigendommen waarvan het inschrijvingsteken van voormelde voertuigen leesbaar op die inrij is aangebracht.

Artikel 5

Als de parkeerschijf niet zichtbaar achter de voorruit van zijn voertuig is geplaatst of in geval de gebruiker de pijl niet op het streepje plaatst dat volgt op het tijdstip van aankomst of indien de gebruiker de aanduidingen wijzigt zonder dat het voertuig de parkeerplaats heeft verlaten, wordt de gebruiker steeds geacht te kiezen voor de betaling van het in artikel 2 vermelde forfaitaire bedrag.

Bij toepassing van het hierboven vermelde forfait brengt de aangestelde van de gemeente een uitnodiging tot betaling aan op de voorruit van het voertuig.

In geval van niet-betaling van de belasting, wordt de belasting in een kohier opgenomen.

Artikel 6

De vestiging, de invordering en de geschillenprocedure, gebeuren volgens de bepalingen vervat in het gelijknamige decreet van 30 mei 2008, en latere wijzigingen.

Artikel 7

Dit besluit zal worden bekendgemaakt overeenkomstig de artikelen 286, 287 en 288 van het Decreet over het Lokaal Bestuur.

Artikel 8

De toezichthoudende overheid zal op de hoogte gebracht worden van de bekendmaking van het reglement overeenkomstig artikel 330 van het Decreet over het Lokaal Bestuur.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

BELASTINGREGLEMENT GEBRUIK RECYCLAGEPARK

Gelet op het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017, en latere wijzigingen;

Gelet op het Uitvoeringsplan voor huishoudelijk afval en gelijkaardig bedrijfsafval;

Gelet op het Materialendecreet en op het Vlaams Reglement voor het duurzaam beheer van materialenkringlopen en afvalstoffen VLAREMA;

Gelet op artikel 26 van het Materialendecreet dat aan de gemeenten de opdracht geeft om huishoudelijke afvalstoffen zo veel mogelijk te voorkomen of te hergebruiken, op regelmatige tijdstippen op te halen of op een andere wijze in te zamelen;

Gelet op artikel 10 van het Materialendecreet dat bepaalt dat de gemeenten de kosten van het beheer van huishoudelijk afval moeten verhalen op de afvalproducenten;

Gelet op artikel 5.1.1 van het VLAREMA dat bepaalt dat de gemeenten het principe “de vervuiler betaalt” toepassen bij de berekening van de bijdrage in de kosten die door de burger moet worden betaald;

Gelet op bijlage 5.1.4 van het VLAREMA dat de minimum en maximum tarieven vastlegt voor de brengmethode naar het recyclagepark van een aantal afvalstoffen;

Brengmethode

Fractie

minimum-maximum

grof vuil

0,03 - 0,33 euro/kg

zuiver steenpuin

0,00 - 0,04 euro/kg

 

Gelet op het Algemeen Politiereglement Schoten, inzonderheid Afdeling 4.2 Inzameling Afvalstoffen en hoofdstuk B.5. Bijzonder Politiereglement op het Gemeentelijk Recyclagepark en Afvalcontainerpark De Breker;

Gelet op de financiële toestand van de gemeente;

Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen d.d. 21 november 2019;

Gelet op het verslag van de DDW d.d. 28 november 2019;

Gelet op de gevoerde bespreking;

Besluit: met 29 stemmen ja, tegen 1 stem neen

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Kurt Vermeirenstemt neen.

Artikel 1

Met ingang van 1 januari 2020 en voor een periode eindigend op 31 december 2025 wordt een belasting geheven op het aanbrengen van volgende afvalstoffen op het recyclagepark:
Groenafval, Zuiver steenpuin, Hout, Grof vuil, Gemengd bouw- en sloopafval, Grond.

Artikel 2

Het bedrag van de belasting wordt als volgt vastgesteld:

Afvalstof

Prijs per kg

Groenafval

0,03 euro

Zuiver steenpuin

0,03 euro

Hout

0,03 euro

 

 

Grof vuil

0,20 euro

Gemengd bouw- en sloopafval

0,20 euro

Grond

0,20 euro

 

Artikel 3

De belasting is verschuldigd door eenieder die gebruik maakt van het recyclagepark voor het aanbrengen van de in artikel 1 genoemde afvalstoffen.

Artikel 4

De betaling van de belasting dient onmiddellijk ter plaatse te gebeuren (betaalautomaat). Bij gebreke aan onmiddellijke betaling wordt de belasting ingekohierd.

Artikel 5

De vestiging, de invordering en de geschillenprocedure gebeuren volgens de bepalingen vervat in het gelijknamige Decreet van 30 mei 2008 en latere wijzigingen.

Artikel 6

De bevoegde gemeentebeambten zijn gemachtigd om elke vaststelling te doen in verband met deze verordening. De belastingplichtigen zijn ertoe gehouden deze vaststellingen te laten uitvoeren en eventueel te vergemakkelijken.

Artikel 7

Dit belastingreglement zal worden bekendgemaakt overeenkomstig de artikelen 286, 287 en 288 van het Decreet over het Lokaal Bestuur.

Artikel 8

De toezichthoudende overheid zal op de hoogte worden gebracht van de bekendmaking van het reglement overeenkomstig artikel 330 van het Decreet over het Lokaal Bestuur.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

BELASTINGREGLEMENT INZAMELING REST- EN GFT-AFVAL

Gelet op het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017, en latere wijzigingen;

Gelet op het Decreet van 30 mei 2008, en latere wijzigingen betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure;

Gelet op het materialendecreet en het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (VLAREMA);

Gelet op het Algemeen Politiereglement Schoten, inzonderheid Hoofdstuk A.4 Openbare Reinheid – Gezondheid – Milieu, Afdeling 4.2 Inzameling Afvalstoffen;

Overwegende dat de afhaling en verwijdering van het huishoudelijk afval en de met huishoudelijk afval vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen in hoge mate weegt op de gemeentelijke budgettaire toestand;

Overwegende dat o.a. de stortkosten en de milieuheffing recht evenredig stijgen met de aangeboden hoeveelheid afval zodat een groter aangeboden hoeveelheid een grotere kost voor de gemeente meebrengt;

Overwegende dat minstens volgende fracties selectief worden ingezameld: GFT, PMD, papier en karton, restafval, glas, textiel en grof vuil;

Overwegende dat de gemeente beschikt over een gemeentelijk recyclagepark;

Overwegende dat met ingang van 1 januari 1999 werd overgegaan tot de gescheiden huis-aan-huis inzameling van de restafval en van de GFT-afval op basis van het diftarsysteem;

Overwegende dat de inzameling van restafval en van GFT-afval gebeurt per recipiënt waarvan het model en het volume goedgekeurd is door het gemeentebestuur;

Overwegende dat vanaf 1 januari 1999 elk aansluitpunt verplicht moet deelnemen aan deze huis-aan-huis inzameling voor restafval en optioneel voor GFT-afval en hiervoor een restafvalcontainer en/of een GFT-container bekomt, beide met ingebouwde gegevensdrager, zodat een geautomatiseerde registratie kan plaatsvinden van het aangeboden afval met name het aantal ledigingen per afvalcontainer;

Overwegende dat een aansluitpunt de unieke combinatie is van een adres en een gebruiker;

Overwegende dat elke inwoner van Schoten bij inschrijving in het bevolkingsregister automatisch deel uitmaakt van een aansluitpunt;

Overwegende dat voor de inwoners de gebruiker van een aansluitpunt de referentiepersoon is zoals vastgelegd in het gemeentelijke bevolkingsregister;

Overwegende dat voor de kleine ondernemingen, scholen, tweede verblijvers en verenigingen de gebruiker diegene is die een “inschrijving als gebruiker” onderschrijft;

Overwegende dat het aantal inwoners in stijgende lijn is en er meer 1-oudergezinnen zijn, waardoor het aantal aansluitpunten toeneemt;

Overwegende dat er gekozen werd om op bepaalde locaties ondergrondse afvalsystemen te integreren voor inzameling van huishoudelijke afvalstoffen en met huishoudelijk afval vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen;

Overwegende dat vanaf 4 januari 2016 ondergrondse afvalinzamelsystemen in gebruik werden genomen. Dit zijn ondergrondse verzamelcontainers die door meerdere aansluitpunten kunnen gebruikt worden voor de inzameling van huishoudelijke afvalstoffen en met huishoudelijk afval vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen, waarbij via een aanmeldkaart met ingebouwde gegevensdrager toegang verleend wordt tot een vulschuif en een registratie plaatsvindt van het aantal ledigingen van de vulschuif;

Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen de aansluitpunten aanduidt die aangesloten worden op het ondergronds afvalinzamelsysteem; dat deze aansluitpunten vanaf 1 januari 2016 verplicht moeten deelnemen aan dit ondergrondse afvalinzamelsysteem en niet meer kunnen deelnemen aan de huis-aan-huis inzameling, behoudens tijdens een overgangsperiode die door het college van burgemeester en schepenen wordt bepaald;

Overwegende dat een aansluitpunt tijdens de door het college van burgemeester en schepenen bepaalde overgangsperiode deel kan nemen aan de twee afvalinzamelsystemen; dat deze overgangsperiode ingesteld wordt als gunstmaatregel om te kunnen wennen aan het nieuwe ondergrondse brengsysteem; dat het niet de bedoeling is om de gebruikers die tijdelijk gebruik maken van de twee afvalinzamelsystemen dubbel te belasten; dat het derhalve redelijk verantwoord is dat het belastingbedrag zoals bepaald onder artikel 4 a) slechts voor gebruik van één systeem aangerekend wordt en dat dit bepaald wordt door het grootste volume dat gebruikt wordt;

Overwegende dat voor beide inzamelsystemen (bovengronds huis-aan-huis inzamelsysteem via losse restafval- en GFT-containers en ondergrondse afvalinzamelsysteem via ondergrondse verzamelcontainers met vulschuif) per aansluitpunt kan berekend worden hoeveel afval werd aangeboden, aangezien de frequentie van afvalaanbieding in combinatie met het volume van de losse container of de vulschuif wordt geregistreerd;

Overwegende dat het beheer, de terbeschikkingstelling, het onderhoud en het bijhorende registratiesysteem van beide afvalinzamelsystemen kosten met zich meebrengt voor elk aansluitpunt ongeacht de hoeveelheid aangeboden afval;

Overwegende dat de kosten variabel zijn en afhankelijk zijn van o.m. het volume van de recipiënten en het aantal ledigingen, en aldus van de hoeveelheid en de aard van het afval dat wordt aangeboden;

Gelet op het feit dat de verwerkingskosten voor GFT-afval niet dezelfde zijn als deze voor de verwerking van restafval;

Overwegende dat dit dient te resulteren in een belasting waarvan een gedeelte bestaat uit een bedrag per maand per aansluitpunt, afhankelijk van het volume van het recipiënt, en waarvan het andere gedeelte bestaat uit een bedrag dat afhankelijk is van het volume van de losse restafval- en, in voorkomend geval, GFT-container, of vulschuif, en het aantal ledigingen;

Overwegende dat de inwoners via het gedifferentieerd tarief worden aangezet tot afvalpreventie en afvalbewust gedrag;

Overwegende dat in het jaar 2020 zal onderzocht worden of het huidige systeem, Diftar op volume niet beter zou worden omgezet naar een Diftar op gewicht;

Overwegende dat de eventuele omschakeling wel wat onderzoek, besprekingen en overleg vergt en bijgevolg het voorstel om de onderhavige belasting op het inzamelen van rest- en GFT-afval goed te keuren voor één jaar;

Gelet op het principe "de vervuiler betaalt";

Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen d.d. 21 november 2019;

Gelet op het verslag van de DDW d.d. 28 november 2019;

Gelet op de financiële toestand van de gemeente;

Gelet op de gevoerde bespreking;

Besluit: met 29 stemmen ja, tegen 1 stem neen

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Kurt Vermeirenstemt neen.

Artikel 1

Met ingang van 1 januari 2020 en voor een periode eindigend op 31 december 2020 wordt een belasting geheven op het inzamelen van selectief aangeboden restafval en GFT-afval van huishoudelijke oorsprong en van met huishoudelijk afval vergelijkbaar afval van bedrijfsmatige oorsprong.

Voor de toepassing van onderhavige belasting wordt verstaan onder:

-          restafval (ook huisvuil genaamd): alle huishoudelijke afvalstoffen en met huishoudelijk afval vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen die in de voorgeschreven recipiënten kunnen geborgen worden met uitzondering van papier en karton, textiel, glas, klein gevaarlijk afval, GFT-afval, PMD en ander selectief ingezamelde afvalstoffen.

-          huishoudelijke afvalstoffen: afvalstoffen die ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding.

-          met huishoudelijk afval vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen: bedrijfsafvalstoffen van vergelijkbare aard, samenstelling en hoeveelheid als huishoudelijke afvalstoffen die ontstaan ten gevolge van activiteiten die van dezelfde aard zijn als activiteiten van de normale werking van een particuliere huishouding.

-          GFT-afval: groente-, fruit- en tuinafval, dierlijk en plantaardig keukenafval, etensresten en organisch composteerbaar afval.

-          gemeentelijke afvalinzamelsystemen: ofwel een bovengronds huis-aan-huis inzamelsysteem door middel van losse restafval- en GFT-containers waarvan het volume het aantal liters bepaalt, ofwel een ondergronds afvalinzamelsysteem door middel van ondergrondse verzamelcontainers met vulschuif waarvan het volume van de vulschuif het aantal liters bepaalt.

-          volume: de maximale inhoud van de losse restafval- en GFT-containers of vulschuif, uitgedrukt in liters.

-          ondergrondse verzamelcontainer: een permanent voorzien ondergrondse brengsysteem dat door meerdere aansluitpunten wordt gebruikt voor de inzameling van huishoudelijke afvalstoffen, waarbij, onder de voorwaarden bepaald door het college van burgemeester en schepenen, toegang wordt verleend via een aanmeldkaart.

-          aanmeldkaart: kaart met ingebouwde gegevensdrager die ter beschikking gesteld wordt aan een toegelaten gebruiker van een ondergronds inzamelsysteem.

-          aansluitpunt: de unieke combinatie van een adres en een gebruiker.

-          gebruiker:

        elke inwoner van Schoten maakt bij inschrijving in het bevolkingsregister automatisch deel uit van een aansluitpunt. Voor de inwoners is de gebruiker van een aansluitpunt de referentiepersoon zoals vastgelegd in de gemeentelijke bevolkingsregisters.

        voor de kleine ondernemingen, scholen, tweede verblijvers en verenigingen is de gebruiker diegene die de “inschrijving als gebruiker” onderschrijft;

Artikel 2

Het is verplicht om de gemeentelijke afvalinzamelsystemen te gebruiken conform het Algemeen Politiereglement Schoten en onderhavig belastingreglement.

Het college van burgemeester en schepenen bepaalt per afvalfractie welk afvalinzamelsysteem (boven- of ondergronds) aan een aansluitpunt verplicht wordt opgelegd.

Het college van burgemeester en schepen kan toelating geven aan een aansluitpunt om in een vastgelegde overgangsperiode de twee systemen te mogen gebruiken. Het belastingbedrag zoals bepaald onder artikel 4 a) zal in dat geval slechts eenmaal aangerekend worden en wordt bepaald door het grootste volume dat gebruikt wordt.

Een ingebouwde gegevensdrager in de losse restafval- en GFT-containers en in een aanmeldkaart voor gebruik van het ondergronds afvalinzamelsysteem bevat de identiteit van de gebruikers die zich conform artikel 1 (definitie gebruiker) bij het gemeentebestuur hebben bekendgemaakt. Deze bekendmaking blijft geldig tot wederopzegging.

Per aansluitpunt op een ondergronds afvalinzamelsysteem wordt 1 gratis aanmeldkaart ter beschikking gesteld. Elke nieuwe aanmeldkaart dient aangekocht te worden tegen het bedrag van 6,00 euro per stuk.

Artikel 3

De belasting is hoofdelijk verschuldigd door de gebruiker van elk aansluitpunt.

Artikel 4

De belasting wordt als volgt vastgesteld:

a)voor elk aansluitpunt is per begonnen maand een belastingbedrag van 0,25 euro verschuldigd per ter beschikking gesteld volume van 10 liter;

b)het belastingbedrag uit artikel 4 a) wordt verhoogd met een bedrag per lediging van de losse restafval- en GFT-container of vulschuif, welke via de in artikel 2 genoemde gegevensdrager automatisch wordt geregistreerd, en is bepaald door het volume van de losse restafval- en/of GFT-container of vulschuif volgens onderstaande tabel:

volume           restafval     GFT

40,00 liter1,52 euro1,39 euro

60,00 liter2,28 euro2,08 euro

80,00 liter3,04 euro2,77 euro

120,00 liter4,56 euro4,16 euro

180,00 liter6,84 euro6,24 euro

240,00 liter9,12 euro8,32 euro

500,00 liter19,01 euro17,34 euro (verzamelcontainer)

750,00 liter28,52 euro26,01 euro (verzamelcontainer)

1.000,00 liter38,02 euro34,68 euro (verzamelcontainer)

1.100,00 liter41,82 euro38,15 euro (verzamelcontainer).

Elke restafvalcontainer, GFT-container of vulschuif wordt voor de berekening van de belasting geacht volledig gevuld te zijn.

Artikel 5

De vestiging, de invordering en de geschillenprocedure, gebeuren volgens de bepalingen vervat in het gelijknamige Decreet van 30 mei 2008 en latere wijzigingen.

Artikel 6

De bevoegde gemeentebeambten zijn gemachtigd om elke vaststelling te doen in verband met deze verordening. De belastingplichtigen zijn ertoe gehouden deze vaststellingen te laten uitvoeren en eventueel te vergemakkelijken.

Artikel 7

Dit besluit zal worden bekendgemaakt overeenkomstig de artikelen 286, 287 en 288 van het Decreet over het Lokaal Bestuur.

 

Artikel 8

De toezichthoudende overheid zal op de hoogte worden gebracht van de bekendmaking van het reglement overeenkomstig artikel 330 van het Decreet over het Lokaal Bestuur.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

BELASTINGREGLEMENT SLUIKSTORT

Gelet op het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017, en latere wijzigingen;

Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, en latere wijzigingen;

Gelet op de omzendbrief KB/ABB 2019/2 betreffende de gemeentefiscaliteit;

Overwegende dat het billijk is een vergoeding te vorderen voor een ambtshalve opruiming door de gemeentelijke diensten van allerlei afvalstoffen die op de openbare weg werden achtergelaten;

Gelet op de financiële toestand van de gemeente;

Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen d.d. 21 november 2019;

Gelet op het verslag van de dienst der werken d.d. 28 november 2019;

Gelet op de gevoerde bespreking;

Besluit: met 27 stemmen ja, 3 onthoudingen

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Erik Block, Dieter Peeters, Erik Maesonthouden zich.

Artikel 1

Met ingang van 1 januari 2020 en voor een periode eindigend op 31 december 2025 wordt een belasting geheven op het opruimen en verwijderen door de gemeente van huishoudelijke en/of daarmee gelijkgestelde, respectievelijk vergelijkbare afvalstoffen die gestort of achtergelaten werden op plaatsen of op tijdstippen, waar dit door een wettelijke of reglementaire bepaling verboden is of in niet reglementaire recipiënten.

Artikel 2

De belasting is verschuldigd door de persoon die de in artikel 1 genoemde afvalstoffen heeft gestort en/of achtergelaten. Eventueel is de belasting verschuldigd door de voor hem/haar burgerlijk verantwoordelijke persoon.

Artikel 3

Het bedrag van deze belasting wordt bepaald op 500,00 euro per keer dat er afvalstoffen zoals genoemd onder artikel 1, dienen te worden weggehaald en verwijderd.

Artikel 4

De belastingschuld ontstaat vanaf het ogenblik van het weghalen en verwijderen van de afvalstoffen.

Artikel 5

De betaling van de belasting wordt gevorderd onverminderd de gerechtelijke vervolgingen tegen de personen bedoeld in artikel 2.

Artikel 6

De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen. Ze dient betaald te worden binnen de twee (2) maanden na de verzending van het aanslagbiljet.

Artikel 7

De vestiging, de invordering en de geschillenprocedure gebeuren volgens de bepalingen vervat in het gelijknamige decreet van 30 mei 2008 en later wijzigingen.

Artikel 8

Dit besluit zal worden bekendgemaakt overeenkomstig de artikelen 286, 287 en 288 van het Decreet Lokaal Bestuur. Er wordt geen onderzoek de commodo et incommodo gehouden aangaande dit reglement.

Artikel 9

De toezichthoudende overheid zal op de hoogte gebracht worden van de bekendmaking van het reglement overeenkomstig artikel 330 van het Decreet over het Lokaal Bestuur.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

RETRIBUTIEREGLEMENT OP DE OPENBARE MARKT

Gelet op het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017, en latere wijzigingen;

Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, en latere wijzigingen;

Gelet op de wet van 25 juni 1993 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante activiteiten en kermisactiviteiten, en latere wijzigingen;

Gelet op de koninklijke besluiten van 24 september 2006 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante activiteiten in kermisgastronomie;

Gelet op de financiële toestand  van de gemeente;

Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen d.d. 3 oktober 2019;

Gelet op de gevoerde bespreking;

Besluit: met 30 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Artikel 1

Met ingang van 1 januari 2020 en voor een periode eindigend op 31 december 2025 wordt er een retributie geheven op het innemen van standplaatsen op het openbaar domein ter gelegenheid van de wekelijkse openbare markt, evenals op feest-, avond- en jaarmarkten in de gemeente.

Artikel 2

De retributie wordt berekend per onverdeelbare kavel van 3 meter gevellengte op maximum 2,5 meter diepte. Het tarief hiervoor luidt als volgt:

-per marktdag:5,00 euro

-halfjaarlijks:    65,00 euro.

Met halfjaarlijks wordt bedoeld de periode van 1 januari tot en met 30 juni of de periode van 1 juli tot en met 31 december.

Artikel 3

Liedjeszangers of muzikanten, zelfs indien zij de toelating verkregen om zich op de markt te verplaatsen, betalen de prijs per marktdag voor een onverdeelbare kavel.

Artikel 4

De retributie is niet verschuldigd door een openbaar bestuur, een openbare instelling of een instelling van openbaar nut.

Artikel 5

Wanneer een markthandelaar ingevolge een inbreuk op één der wettelijke of reglementaire bepalingen van de markt verwijderd wordt, hetzij tijdelijk, hetzij definitief, of wanneer hij/zij zonder geldige reden afwezig blijft, zal de retributie in geen geval, noch geheel, noch gedeeltelijk, terugbetaald worden.

Artikel 6

Indien een markthandelaar om reden van heirkracht, onafhankelijk van zijn/haar wil, niet heeft kunnen deelnemen aan de wekelijkse markt, wordt, in verhouding tot de nog te lopen weken, de retributie terugbetaald.

Artikel 7

Een afwezigheid van één beurt geeft in geen geval aanleiding tot terugbetaling.

Artikel 8

De bevoegde gemeentebeambten zijn gemachtigd om elke vaststelling in verband met deze verordening uit te voeren. Betrokkenen zijn ertoe gehouden deze vaststellingen te laten uitvoeren en eventueel te vergemakkelijken.

Artikel 9

De vastgestelde tarieven worden ingevorderd als retributie. De betaling van de retributie dient te gebeuren binnen 30 dagen na verzending van de factuur op rekeningnummer van het gemeentebestuur.

Artikel 10

Art. 94 van het Gemeentedecreet voorziet in de mogelijkheid om een dwangbevel uit te vaardigen met het oog op de inning van onbetwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvorderingen. Bij betwisting kan het gemeentebestuur zich tot de burgerlijke rechtbank wenden om de retributie in te vorderen.

Artikel 11

Dit besluit zal worden bekendgemaakt overeenkomstig de artikelen 186 en 187 van het Gemeentedecreet.

Artikel 12

Een afschrift van dit besluit zal overeenkomstig art. 253 van het Gemeentedecreet verzonden worden aan de provinciegouverneur.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

RETRIBUTIEREGLEMENT OPHALEN GROF HUISVUIL

Gelet op het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017, en latere wijzigingen;

Gelet op het Uitvoeringsplan voor huishoudelijk afval en gelijkaardig bedrijfsafval;

Gelet op het Materialendecreet en op het Vlaams Reglement voor het duurzaam beheer van materialenkringlopen en afvalstoffen VLAREMA;

Gelet op artikel 26 van het Materialendecreet dat aan de gemeenten de opdracht geeft om huishoudelijke afvalstoffen zo veel mogelijk te voorkomen of te hergebruiken, op regelmatige tijdstippen op te halen of op een andere wijze in te zamelen;

Gelet op artikel 10 van het Materialendecreet dat bepaalt dat de gemeenten de kosten van het beheer van huishoudelijk afval moeten verhalen op de afvalproducenten;

Gelet op artikel 5.1.1 van het VLAREMA dat bepaalt dat de gemeenten het principe “de vervuiler betaalt” toepassen bij de berekening van de bijdrage in de kosten die door de burger moet worden betaald;

Gelet op bijlage 5.1.4 van het VLAREMA dat de minimum en maximum tarieven vastlegt voor de huis-aan-huis inzameling van een aantal afvalstoffen;

Huis-aan-huis

Fractie

minimum en maximum

grof vuil

0,06-0,66 euro/kg of 12-132 euro/m³

 

Overwegende dat de tarieven voor de inzameling van grof vuil aan huis zich bovendien op een correcte manier moeten verhouden tot de tarieven op het recyclagepark;

Gelet op het Algemeen Politiereglement Schoten, inzonderheid Afdeling 4.2 Inzameling Afvalstoffen en hoofdstuk B.5. Bijzonder Politiereglement op het Gemeentelijk Recyclagepark en Afvalcontainerpark De Breker;

Overwegende dat elk aansluitpunt uniek is en bestaat uit een combinatie van een adres en een referentiepersoon;

Overwegende dat de burgers het ophalen van grof vuil aan huis kunnen aanvragen en dat de gemeente hier prestaties voor levert;

Overwegende dat aan deze prestaties kosten verbonden zijn;

Gelet op de financiële toestand van de gemeente;

Gelet op het voortel van het college van burgemeester en schepenen d.d. 21 november 2019;

Gelet op het verslag van de DDW d.d. 28 november 2019;

Besluit: met 30 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Artikel 1

Met ingang van 1 januari 2020 en voor een periode eindigend op 31 december 2025 wordt een retributie geheven op het ophalen van grof vuil aan huis.

Artikel 2

De ophaling van het grof vuil aan huis wordt maandelijks georganiseerd op basis van individuele aanvragen. De individuele aanvragen tot ophaling van grof vuil aan huis dienen rechtstreeks gericht te worden aan de dienst afvalbeheer van de Gemeente Schoten. Er kan slechts één individuele aanvraag ingediend worden per maand en per aansluitpunt. Er wordt maximaal 2 kubieke meter grof vuil aanvaard per individuele aanvraag.

Artikel 3

De retributie wordt bepaald op een forfaitair bedrag van 50,00 euro per individuele aanvraag tot ophaling van grof vuil aan huis.

Artikel 4

De retributie is verschuldigd door de aanvrager van de ophaling en dient voorafgaandelijk betaald te worden uiterlijk vijf werkdagen voor de dag van ophaling van grof vuil aan huis. De betaling gebeurt via overschrijving op het rekeningnummer van de gemeente Schoten. Wanneer de retributie niet betaald is, is de gemeente Schoten niet verplicht de ophaling uit te voeren die de aanvrager vrijwillig heeft aangevraagd. Indien de gemeente de ophaling toch uitvoert, dient de retributie betaald te worden binnen de 30 dagen na het toezenden van een factuur.

Artikel 5

Artikel 177, 2° van het Decreet over het Lokaal Bestuur voorziet in de mogelijkheid om een dwangbevel uit te vaardigen met het oog op de inning van onbetwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvorderingen. Bij betwisting kan het gemeentebestuur zich tot de burgerlijke rechtbank wenden om de retributie in te vorderen.

Artikel 6

Dit besluit zal worden bekendgemaakt overeenkomstig de artikelen 286, 287 en 288 van het Decreet over het Lokaal Bestuur.

Artikel 7

De toezichthoudende overheid zal op de hoogte gebracht worden van de bekendmaking van het reglement overeenkomstig artikel 330 van het Decreet over het Lokaal Bestuur.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

RETRIBUTIEREGLEMENT VOLUMEWISSEL AFVALCONTAINER

Gelet op het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen;

Gelet op het Uitvoeringsplan huishoudelijk afval en gelijkaardig bedrijfsafval;

Gelet op het Materialendecreet en op het Vlaams Reglement voor het duurzaam beheer van materialenkringlopen en afvalstoffen VLAREMA;

Gelet op artikel 26 van het Materialendecreet dat aan de gemeenten de opdracht geeft om huishoudelijke afvalstoffen zo veel mogelijk te voorkomen of te hergebruiken, op regelmatige tijdstippen op te halen of op een andere wijze in te zamelen;

Gelet op artikel 10 van het Materialendecreet dat bepaalt dat de gemeenten de kosten van het beheer van huishoudelijk afval moeten verhalen op de afvalproducenten;

Gelet op artikel 5.1.1 van het VLAREMA dat bepaalt dat de gemeenten het principe “de vervuiler betaalt” toepassen bij de berekening van de bijdrage in de kosten die door de burger moet worden betaald;

Gelet op het Algemeen Politiereglement Schoten, inzonderheid Afdeling 4.2 Inzameling Afvalstoffen;

Overwegende dat elk aansluitpunt uniek is en bestaat uit een combinatie van een adres en een referentiepersoon;

Overwegende dat aan een aansluitpunt afvalcontainers gekoppeld zijn;

Overwegende dat een afvalcontainer een bepaald volume bevat;

Overwegende dat de burgers een volumewissel kunnen aanvragen en dat de gemeente hiervoor prestaties levert;

Overwegende dat aan deze prestaties kosten verbonden zijn;

Gelet op de financiële toestand van de gemeente;

Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen d.d. 21 november 2019;

Gelet op het verslag van de dienst der werken d.d. 28 november 2019;

Gelet op de gevoerde bespreking;

Besluit: met 30 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Artikel 1

Met ingang van 1 januari 2020 en voor een periode eindigend op 31 december 2025 wordt een retributie geheven op een volumewissel van een afvalcontainer.

Artikel 2

Onder volumewissel wordt verstaan:

-hetzij het wisselen van een gekoppelde afvalcontainer naar een groter of kleiner volume

-hetzij het weghalen van een gekoppelde afvalcontainer indien geen nieuwe afvalcontainer gebracht moet worden

-hetzij het brengen van een nieuwe afvalcontainer indien er geen gekoppelde afvalcontainer staat.

De aanvragen voor een volumewissel dienen rechtstreeks gericht te worden aan de dienst afvalbeheer van de gemeente Schoten.

Artikel 3

De retributie wordt bepaald op een forfaitair bedrag van 15,00 euro per volumewissel.

De volumewissels van de restafvalcontainer en van de GFT-afvalcontainer van een aansluitpunt waarvan de referentiepersoon wijzigt, zijn gratis. Bovendien kan per ongewijzigd aansluitpunt één keer per kalenderjaar een gratis volumewissel gebeuren van de restafvalcontainer alsook van de GFT-afvalcontainer.

Artikel 4

De retributie is verschuldigd door de aanvrager van de volumewissel en dient voorafgaandelijk betaald te worden uiterlijk drie werkdagen voor de dag van de volumewissel. De betaling gebeurt via overschrijving op het rekeningnummer van de gemeente Schoten. Wanneer de retributie niet betaald is, is de gemeente Schoten niet verplicht de volumewissel uit te voeren die de aanvrager vrijwillig heeft aangevraagd. Indien de gemeente de volumewissel toch uitvoert, dient de retributie betaald te worden binnen de 30 dagen na het toezenden van een factuur.

Artikel 5

Artikel 177, 2° van het Decreet over het Lokaal Bestuur voorziet in de mogelijkheid om een dwangbevel uit te vaardigen met het oog op de inning van onbetwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvorderingen. Bij betwisting kan het gemeentebestuur zich tot de burgerlijke rechtbank wenden om de retributie in te vorderen.

Artikel 6

Dit besluit zal worden bekendgemaakt overeenkomstig de artikelen 286, 287 en 288 van het Decreet over het Lokaal Bestuur.

Artikel 7

De toezichthoudende overheid zal op de hoogte worden gebracht van de bekendmaking van het reglement overeenkomstig artikel 330 van het Decreet over het Lokaal Bestuur.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

RETRIBUTIEREGLEMENT GERECHTELIJKE UITDRIJVING

Gelet op het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen;

Gelet op het Gerechtelijk Wetboek van 10 oktober 1967 en latere wijzigingen;

Overwegende dat bij gerechtelijke uitdrijvingen door een deurwaarder bijstand wordt gevraagd van de gemeentelijke diensten voor enerzijds het afhalen van goederen die ingevolge artikel 1344quinquies van het Gerechtelijk Wetboek in bewaring dienen te worden genomen, maar anderzijds ook voor het opruimen van huishoudelijk afval of met huishoudelijk afval vergelijkbaar bedrijfsafval;

Overwegende dat het opruimen van dit afval extra kosten teweeg brengt aan verwerking, stortkosten, extra personeel, een extra vuilniswagen en zo meer;

Overwegende dat er wordt geopteerd om een basiskost vast te stellen voor het extra personeel en voertuigen en per kubieke meter een bedrag te bepalen dat beantwoordt aan de stort- en verwerkingskosten;

Gelet op de financiële toestand van de gemeente;

Gelet op het voorstel van college van burgemeester en schepenen d.d. 21 november 2019;

Gelet op het verslag van de dienst der werken d.d. 28 november 2019;

Gelet op de gevoerde bespreking;

Besluit: met 30 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Artikel 1

Met ingang van 1 januari 2020 en voor een periode eindigend op 31 december 2025 wordt een retributie geheven op het verwijderen van huishoudelijk afval of met huishoudelijk afval vergelijkbaar bedrijfsafval bij de uitvoering van een vonnis tot uithuiszetting door een gerechtsdeurwaarder.

Artikel 2

De retributie wordt bepaald op een basisbedrag van 150,00 euro, te vermeerderen met 100,00 euro per kubieke meter afval.

Voor de berekening van de retributie wordt elke begonnen kubieke meter aangerekend als een volledige eenheid.

Artikel 3

De retributie is verschuldigd door de aanvrager van de te leveren dienst.

Artikel 4

De vastgestelde tarieven worden ingevorderd als retributie. De betaling van de retributie dient te gebeuren binnen 30 dagen na verzending van de factuur op rekeningnummer van het gemeentebestuur.

Artikel 5

De bevoegde gemeentebeambten zijn gemachtigd om elke vaststelling in verband met deze verordening uit te voeren. Betrokkenen zijn ertoe gehouden deze vaststellingen te laten uitvoeren en eventueel te vergemakkelijken.

Artikel 6

Artikel 177, 2° van het Decreet over het Lokaal Bestuur voorziet in de mogelijkheid om een dwangbevel uit te vaardigen met het oog op de invordering van onbetwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvorderingen. Bij betwisting kan het gemeentebestuur zich tot de burgerlijke rechtbank wenden om de retributie in te vorderen.

Artikel 7

Dit besluit zal worden bekendgemaakt overeenkomstig de artikelen 286, 287 en 288 van het Decreet over het Lokaal Bestuur.

Artikel 8

De toezichthoudende overheid zal op de hoogte worden gebracht van de bekendmaking van het reglement overeenkomstig artikel 330 van het Decreet over het Lokaal Bestuur.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

RETRIBUTIEREGLEMENT OP ADMINISTRATIEVE PRESTATIES

Gelet op het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen;

Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie-en gemeentebelastingen, alsmede de latere wijzigingen;

Gelet op artikel 20, § 3, derde lid van het decreet van 26 maart 2004 op de openbaarheid van bestuur;

Gelet op het advies nr. 24.273/8 van de Raad van State van 6 februari 1996 betreffende het decreet van 18 mei 1999 op de openbaarheid van bestuur;

Overwegende dat in voornoemd artikel wordt bepaald dat inzage in en uitleg over bestuursdocumenten kosteloos dient te zijn en dat afschriften ervan dienen te worden afgeleverd aan een redelijke kostprijs zonder inbegrip van personeelskosten;

Overwegende dat er voor een kopie die niet het voorwerp uitmaakt van een afschrift uit een bestuursdocument wel een kost kan aangerekend worden en dat daarom de tarieven dienen te worden bepaald voor enerzijds het afgeven van afschriften uit bestuursdocumenten en anderzijds het maken van een gewone kopie op vraag van derden;

Gelet op het retributiereglement op administratieve prestaties, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 15 december 2016;

Gelet op artikel 34 van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid;

Gelet op het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 14 november 2019;

Gelet op de financiële toestand van de gemeente;

Gelet op de gevoerde bespreking;

Besluit: met 29 stemmen ja, tegen 1 stem neen

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Kurt Vermeirenstemt neen.

Artikel 1

Met ingang van 1 januari 2020 en voor een periode eindigend op 31 december 2025 wordt een retributie gevestigd op administratieve prestaties. Deze retributie valt ten laste van personen of instellingen die om zulke prestaties verzoeken en aan wie dan ook de resultaten van deze prestaties worden meegedeeld.

Artikel 2

Het bedrag van de retributie wordt als volgt bepaald:

a) aflevering van een plan van de gemeente met straatnaamlijst of andere plans van hetzelfde formaat: 2,50 euro

b) afleveren van een kopie van een plan van aanleg, een structuurplan, een wegenisplan, een ruimtelijk uitvoeringsplan: 50,00 euro

c) voor inlichtingen die schriftelijk verstrekt worden door de gemeentelijke diensten en die niet louter het laten inzien van, uitleg geven over en een afschrift afleveren van bestuursdocumenten betreffen, maar ruim opzoekwerk en het samenstellen van een dossier vereisen betreffende specifieke zaken of eigen dossiers: 100,00 euro per aanvraag

d) voor een advies van de gemeentelijk werkgroep Toegankelijkheid en de opvolging ervan: 50,00 euro

e) voor genealogische opzoekingen: 40,00 euro per uur geleverd werk, met dien verstande dat een begonnen uur wordt aangerekend als een volledig uur

f) voor de heraanvraag van de pukcode van een identiteitskaart, elektronische vreemdelingenkaart of KIDS-ID, behalve wanneer de oorspronkelijke codes verloren zijn gegaan met de post: 5,00 euro per heraanvraag

g) voor het afleveren van lastenboeken / bestekken:

0,40 euro per bedrukte bladzijde A4-formaat

0,80 euro per bedrukte bladzijde A3-formaat

1,00 euro voor het afleveren op magnetische drager.

h) op de afgifte van afschriften van en uit bestuursdocumenten:

zwart/wit:

0,05 euro per gekopieerd blad, maximum A4 formaat, recto, zwart/wit

0,10 euro per gekopieerd blad, maximum A4 formaat, recto/verso, zwart/wit

0,10 euro per gekopieerd blad, maximum A3 formaat, recto, zwart/wit

0,20 euro per gekopieerd blad, maximum A3 formaat, recto/verso, zwart/wit

0,25 euro per gekopieerd blad, elk formaat groter dan A3, recto, zwart/wit

0,30 euro per gekopieerd blad, elk formaat groter dan A3, recto/verso, zwart/wit

kleur:

0,30 euro per gekopieerd blad, maximum A4-formaat, recto

0,60 euro per gekopieerd blad, maximum A4-formaat, recto/verso

0,60 euro per gekopieerd blad, maximum A3-formaat, recto

1,20 euro per gekopieerd blad, maximum A3-formaat, recto/verso

i) op de gewone aflevering van een kopie, anders dan een bestuursdocument:

zwart/wit:

0,15 euro per gekopieerd blad, maximum A4-formaat, recto

0,30 euro per gekopieerd blad, maximum A4-formaat, recto/verso

0,30 euro per gekopieerd blad, maximum A3-formaat, recto

0,60 euro per gekopieerd blad, maximum A3-formaat, recto/verso

5,00 euro per m² gekopieerd plan, groter dan A3-formaat, recto

kleur:

0,30 euro per gekopieerd blad, maximum A4-formaat, recto

0,60 euro per gekopieerd blad, maximum A4-formaat, recto/verso

0,60 euro per gekopieerd blad, maximum A3-formaat, recto

1,20 euro per gekopieerd blad, maximum A3-formaat, recto/verso

10,00 euro per m² gekopieerd plan, groter dan A3-formaat, recto.

Artikel 3

Worden op forfaitaire basis eveneens onderworpen aan deze retributie:

a) gemeentelijk meerjarenplan of aanpassing meerjarenplan: 20,00 euro

b) gemeentelijke jaarrekening: 17,50 euro

c) adressenlijsten van "bepaalde leeftijdsgroepen" aangevraagd door scholen:

15,00 euro per gevraagde leeftijdsgroep (personen geboren in eenzelfde jaar)

25,00 euro per gevraagde leeftijdsgroep (personen geboren in eenzelfde jaar) indien afgedrukt op kleefetiketten

d) adressenlijsten van "bepaalde leeftijdsgroepen" aangevraagd door anderen:

62,00 euro per gevraagde leeftijdsgroep (personen geboren in eenzelfde jaar)

e) alle andere adressenlijsten:

1.000 adressen of minder: 62,00 euro

meer dan 1.000 adressen: 62,00 euro + 0,10 euro per bijkomend adres boven de 1.000 adressen.

Elke aanvraag aangaande adressen zal behandeld worden met inachtneming van de regels betreffende de bescherming van de persoonlijke levenssfeer.

Elke aanvraag betreffende adressenlijsten dient afzonderlijk door het college van burgemeester en schepenen goedgekeurd te worden.

Bij inwilliging van de aanvraag door het college van burgemeester en schepenen dient een bedrag, gelijk aan de vermoedelijke retributie, in bewaring te worden gegeven bij de bevoegde ambtenaar, tegen afgifte van een ontvangstbewijs.

Artikel 4

De in dit reglement genoemde retributies worden in voorkomend geval vermeerderd met telefoon- en/of verzendingskosten, uitgezonderd de afgifte van kopieën van bestuursdocumenten.

Artikel 5

Deze retributies worden eisbaar op het ogenblik van de aanvraag en/of de aflevering van het gevraagde. Ze worden contant ingevorderd tegen afgifte van een ontvangstbewijs, afgegeven door de bevoegde ambtenaar, dat op elk verzoek van het toezichthoudend personeel moet vertoond worden, of via overschrijving op het rekeningnummer van het gemeentebestuur binnen 30 dagen na verzending van een factuur.

Artikel 6

Deze retributies worden niet toegepast voor aanvragen uitgaande van rechterlijke overheden, gerechtsdeurwaarders, besturen van staat, provincie, gemeente, intercommunale verenigingen en andere openbare instellingen.

Artikel 7

Artikel 177, 2° van het decreet over het lokaal bestuur voorziet in de mogelijkheid om een dwangbevel uit te vaardigen met het oog op de inning van onbetwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvorderingen. Bij betwisting kan het gemeentebestuur zich tot de burgerlijke rechtbank wenden om de retributie in te vorderen.

Artikel 8

Dit besluit zal worden bekendgemaakt overeenkomstig de artikelen 286, 287 en 288 van het decreet over het lokaal bestuur.

Artikel 9

De toezichthoudende overheid zal op de hoogte gebracht worden van de bekendmaking van het reglement overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

SUBSIDIEREGLEMENT 'MILIEUMAATREGELEN 2020-2025'

Gelet op het besluit van 20 december 2018 van de gemeenteraad houdende akkoord met de wijziging en verlenging van de subsidiereglementen ‘milieumaatregelen 2019 (groendak, zonneboiler, hemelwaterton, hemelwaterinstallatie en / of energie-audit / warmteaudit)’ en ‘autodelen 2019’ voor het jaar 2019;

Gelet op het besluit van 5 december 2019 van het college houdende akkoord met de wijziging en verlenging van de subsidiereglementen ‘milieumaatregelen 2020-2025 (groendak, zonneboiler, hemelwaterton, hemelwaterinstallatie en / of energie-audit / warmteaudit)’ en ‘autodelen 2020-2025’ voor de jaren 2020-2025;

Overwegende dat de gemeentelijke subsidies de uitvoering van milieumaatregelen uit het klimaatactieplan bij burgers stimuleren;

Overwegende dat de gemeentelijke milieusubsidies tot doel hebben de Schotenaren te stimuleren een specifieke milieumaatregel te nemen en deze subsidie meestal een deel van de initiële meerkost compenseert en / of een maatregel extra onder de aandacht te brengt;

Overwegende dat een groendak tal van (maatschappelijke) voordelen biedt zoals o.a. een betere thermische en geluidsisolatie, een langere levensduur van de dakbedekking, een verminderde en vertraagde regenwaterafvoer, een verbetering van het stedelijk klimaat en een mooi groen uitzicht;

Gelet op het feit dat een duurzame economie begint bij het eigen huishouden en dat het gebruik van een zonneboiler een wezenlijke bijdrage kan leveren inzake energiebesparing en de reductie van CO2;

Overwegende dat de toepassing van hernieuwbare energie een impuls kan geven aan innovatie en aan de sociaal-economische ontwikkeling in Vlaanderen;

Overwegende dat de investeringskosten in hernieuwbare energie-installaties, met name voor de particulier, substantieel groter zijn dan voor conventionele installatietechnieken;

Overwegende dat de toekenning van de subsidie voor een zonneboiler de toepassing van hernieuwbare energie kan bevorderen;

Overwegende dat drinkwater een kostbaar en schaars goed is;

Overwegende dat het drinkwaterverbruik per dag per inwoner in Vlaanderen zeer hoog is;

Overwegende dat het in het kader van een duurzaam beheer van grondstoffen past om het gebruik van drinkwater te beperken en het gebruik van regenwater te stimuleren;

Overwegende dat het gebruik van regenwater niet alleen een besparing oplevert op het waterverbruik, maar tevens de kosten van de gemeenschap drukt voor het drinkbaar maken van water en de natuurlijke reserves van het grondwater beschermt;

Overwegende dat door het laten uitvoeren van een energie-audit / warmtescan de burger beter op de hoogte zal zijn van de mate van energiezuinigheid van zijn woning;

Overwegende dat een energie-audit / warmtescan een goede basis vormt voor het uitvoeren van energiebesparende maatregelen aan de woning;

Overwegende dat bij autodelen meerdere mensen gebruik maken van één of meerdere wagens op het moment dat men deze nodig heeft;

Overwegende dat er twee groepen van autodelen te onderscheiden zijn: particulier en professioneel autodelen;

Overwegende dat het delen van één of meerdere voertuigen zowel op individueel als maatschappelijk vlak verschillende voordelen kent;

Overwegende dat deze voordelen onder andere zijn een hulpmiddel tot verlaging van de parkeerdruk, stimulering van de lokale economie, verhoging van de leefbaarheid en bereikbaarheid binnen de gemeente, gunstige sociale neveneffecten, verhoging basismobiliteit van bepaalde doelgroepen, …;

Overwegende dat de (gedeeltelijke) terugbetaling van de inschrijvingskost een extra stimulering voor een deelname aan een autodeelproject is;

Overwegende dat het benodigde krediet werd voorgesteld op de meerjarenplanning van 2020-2025;

Gelet op het voorstel tot verlenging van de subsidiereglementen 'milieumaatregelen' en 'autodelen' voor de jaren 2020-2025;

Gelet op het voorstel tot uitbreiding van de doelgroep voor het subsidiereglement 'milieumaatregelen';

Gelet op de gevoerde besprekingen;

Besluit: met 28 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Enig artikel

Goedkeuring te hechten aan volgend subsidiereglement:

GEMEENTELIJK SUBSIDIEREGLEMENT ‘MILIEUMAATREGELEN 2020-2025’

(GROENDAK, ZONNEBOILER, HEMELWATERTON,

HEMELWATERINSTALLATIE EN/OF ENERGIEAUDIT/WARMTESCAN)

 

Artikel 1 - BESCHRIJVING

Dit reglement is van toepassing voor het aanleggen van een groendak, het plaatsen van een zonneboiler,  het plaatsen en aansluiten van een hemelwaterton of hemelwaterinstallatie en/of het uitvoeren van een energieaudit en/of warmtescan op een woning of ander gebouw op het grondgebied van Schoten. Voor subsidiëring komen alle particulieren en verenigingen in aanmerking.

 

Artikel 2 – SPECIFIEKE BEPALINGEN

Art. 2.1 - Groendaken

Onder groendak wordt verstaan: een intensief of extensief groendak (vetplanten-, mos-, gras- en/of kruidendak). Het betreft een daksysteem waarbij minstens een draineerlaag, een substraatlaag en een vegetatielaag aanwezig zijn over de volledig aangelegde oppervlakte. Indien het dak hellend is, is een draineerlaag niet noodzakelijk. Per aanvraagdossier moet een groendak van minimum 6 m² worden aangelegd.

De aanvrager verbindt zich ertoe het groendak minimum 10 jaar in goede staat te houden. Mislukte aanplantingen of werken dienen hersteld te worden.

De verleende subsidie bedraagt maximaal € 31,00 per vierkante meter aangelegd groendak met een maximum van € 750,00. Indien de aanlegkosten (inclusief BTW) van het groendak lager zijn dan 31 euro/m², wordt de werkelijke kostprijs beschouwd als het subsidiebedrag.

 

Art. 2.2 - Zonneboiler

Onder “zonneboiler” wordt verstaan: installaties die zonnewarmte opvangen, opslaan en verdelen. Een installatie bestaat uit een vlakke of met vacuümbuizen opgebouwde plaat voor zonnelichtcaptatie, een veiligheidsvat, een boiler en de noodzakelijke leidingen naar en van een conventionele naverbrandingsinstallatie.

De zonneboiler wordt geïnstalleerd volgens de regels der kunst en met inachtname van alle mogelijke veiligheids- en hygiënevoorschriften. De zonneboiler wordt aangesloten op een conventionele naverwarmingsinstallatie die aan dezelfde voorwaarden moet voldoen. De zonneboiler moet 24 op 24 uur in bedrijf gehouden worden, 365 dagen per jaar.

In geen geval worden betoelaagd:

-          zelf ontworpen en gebouwde zonneboilersystemen;

-          zonneboilers die niet op de reguliere markt worden aangeboden en dus ook niet over de noodzakelijke veiligheids- en keurmerken beschikken.

De aanvrager verbindt zich ertoe om de installatie goed te onderhouden. De installatie moet tenminste 10 jaar na de toekenning van de subsidie in goede staat van werking blijven op hetzelfde adres en kan onder geen beding (ongeacht eigendomsoverdracht of verhuring) binnen deze termijn verwijderd worden.

 

De verleende subsidie bedraagt € 500 voor een zonneboiler voor de verwarming van sanitair warm water en/of voor woningverwarming en kan slechts eenmaal per woonadres worden toegekend.

 

Art. 2.3 - Hemelwaterton

De gemeente voorziet een subsidie bij de aankoop en aansluiting van één of meerdere nieuwe regenwaterton(nen) voor de opvang en het gebruik van regenwater.

Om voor betoelaging in aanmerking te komen moet de regenwaterton voldoen aan volgende eisen:

-          dient aangesloten te worden op een dakoppervlakte;

-          dient een minimum inhoud van 200 liter te bevatten;

-          dient voorzien te zijn van een aftapkraantje.

De aanvrager verbindt zich ertoe om minimum 5 jaar lang de regenwaterton in goede staat te behouden en te gebruiken. De regenwaterton kan onder geen enkel beding verkocht of verwijderd worden van het opgegeven installatieadres.

De verleende subsidie bedraagt 50% van de gefactureerde kostprijs (incl. BTW) met een maximum van € 50 en kan slechts eenmaal per woonadres worden toegekend.

 

Art. 2.4 – Hemelwaterinstallatie

De gemeente voorziet een subsidie bij de plaatsing en aansluiting van een hemelwaterinstallatie voor de opvang en het gebruik van regenwater.

Om voor betoelaging in aanmerking te komen moet de hemelwaterinstallatie voldoen aan volgende eisen:

-          de installatie wordt niet verplicht volgens de gewestelijke stedebouwkundige verordening inzake hemelwaterputten ed (2013);

-          de hemelwaterput wordt aangesloten op een minimale horizontale dakoppervlakte van 50 m²;

-          de hemelwaterput bevat een minimum inhoud van 3.000 liter ;

-          het in de hemelwater gecapteerde water wordt hergebruikt door middel van een aangesloten pompinstallatie met een minimale aansluiting van 1 WC of wasmachine. Een pompinstallatie is niet verplicht indien de verschillende aftappunten gravitair gevoed kunnen worden;

-          er mag geen directe verbinding gecreëerd worden tussen het drinkwaternet en het leidingennet aangesloten op de hemelwaterput. Hiertoe wordt de hemelwaterput met drinkwater bijgevuld door middel van een bijvulsysteem met onderbreking overeenkomstig de code van goede praktijk, ofwel wordt een afzonderlijk leidingencircuit voorzien voor hemelwater en drinkwater;

-          de hemelwaterinstallatie voldoet aan de richtlijnen zoals deze bepaald zijn in ‘Krachtlijnen voor een geïntegreerd rioleringsbeleid in Vlaanderen’, meer bepaald de ‘code van goede praktijk voor hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen’.

De aanvrager verbindt zich ertoe om de installatie goed te onderhouden. De installatie moet tenminste 10 jaar na de toekenning van de subsidie in goede staat van werking blijven op hetzelfde adres en kan onder geen beding (ongeacht eigendomsoverdracht of verhuring) binnen deze termijn verwijderd worden.

De verleende subsidie bedraagt max. € 500 voor het hergebruik van hemelwater via een hemelwaterinstallatie. Het subsidiebedrag kan nooit meer bedragen dan de gefactureerde kosten en kan slechts eenmaal per woonadres worden toegekend.

 

Art. 2.5 – Energieaudit en/of warmtescan

De gemeente voorziet een subsidie voor het uitvoeren van een warmtescan en/of energieaudit indien de aanvrager kan aantonen dat binnen het jaar volgend op de warmtescan min. 2 structurele energiebesparende investeringen worden gedaan die betrekking hebben op de resultaten van de uitgevoerde energieaudit en/of warmtescan.

Toelichting energieaudit: een vrijwillig energieadvies uitgevoerd door een erkende energiedeskundige met een opgelegde computertoepassing, waarbij in een rapport een antwoord gegeven wordt op de vragen waar, hoeveel en op welke manier energie in een woning kan bespaard worden. Dit is dus niet gelijk aan het verplichte energieprestatiecertificaat (EPC) bij verkoop en verhuur van een woning.

Toelichting warmtescan: techniek waarbij een camera wordt gebruikt die infraroodbeelden maakt en temperatuurmetingen uitvoert met de bedoeling om de thermische energie die een voorwerp uitstraalt te meten en te visualiseren.

Om voor betoelaging in aanmerking te komen moet de energieaudit/warmtescan voldoen aan volgende eisen:

-          uitgevoerd worden op een woning van minimum 10 jaar oud op datum van uitvoering van de energieaudit/warmtescan;

-          energieaudit: uitgevoerd worden door een erkende energiedeskundige type B;

-          warmtescan: uitgevoerd worden door een onafhankelijk persoon met een opleiding op het gebied van thermografie.

Om voor betoelaging in aanmerking te komen moet en de energiebesparende investeringen voldoen aan volgende eisen:

-          Onder structurele energiebesparende investeringen worden volgende investeringen verstaan: dakisolatie, muurisolatie, vloerisolatie, superisolerende beglazing, energiezuinige verwarmingsinstallatie en zonneboiler.

-          Bij het aanbrengen van dakisolatie, buitenmuurisolatie of vloerisolatie moet deze een maximale U-waarde van 0,24 W/m²K halen;

-          Aanbrengen van spouwmuurisolatie (min. 5 cm isolatie) met een lambda-waarde die maximum 0,065 W/mK bedraagt (deze werken komen enkel in aanmerking indien zij uitgevoerd zijn door een erkende aannemer);

-          Bij het vervangen van glas door superisolerend glas mag de U-waarde van het nieuwe glas maximum 1,1 w/m²K bedragen;

-          Bij het vervangen van de verwarmingsinstallatie dient de nieuwe centrale verwarmingsinstallatie (minimum) over een energielabel A te beschikken en de te gebruiken techniek expliciet voorgesteld te worden in het energieadvies;

 

Bovenstaande werken en de daaraan verbonden voorwaarden worden duidelijk omschreven en/of opgelijst op de aankoopfactuur of de factuur van de aannemer.

De verleende subsidie bedraagt maximaal de kostprijs van de uitgevoerde energieaudit en/of warmtescan met een maximum van € 500 en kan slechts eenmaal per woonadres en na uitvoering van de energiebesparende investeringen worden toegekend.

 

Artikel 3 – ADMINISTRATIEVE BEPALINGEN

Dit subsidiereglement geldt voor de periode 1 januari 2020 tot 31 december 2025. Het geldende subsidiebedrag wordt toegekend voor aanvragen met factuurdatum (of datum kasticket in geval van regenwaterton) vanaf 1 januari 2020. Het aanvraagformulier dient ons te bereiken vóór 1 februari van het jaar volgend op het jaar van facturatie van de milieumaatregel (bv facturatie in 2020 = subsidieaanvraag indienen vóór 1 februari 2021).

De ontvangen aanvraagformulieren zullen op vier vaste tijdstippen doorheen het jaar (eind april, augustus, oktober en januari) behandeld worden.

De subsidie wordt toegekend aan de aanvrager. Deze persoon dient gerechtigd te zijn tot het (laten) uitvoeren van de milieumaatregel(en) waarvoor de aanvraag wordt ingediend. Als gerechtigd worden beschouwd:

1.       de eigenaar van het gebouw;

2.       de gebruiker of huurder van het gebouw mits de eigenaar het aanvraagformulier voor akkoord heeft ondertekend.

Een gelijkaardige toelage kan voor hetzelfde woonadres slechts eenmaal per 10 jaar worden bekomen. De aanvraag van een toelage moet gebeuren op het aanvraagformulier ‘milieumaatregelen 2019’, dat volledig ingevuld (incl. verplichte bijlagen) bij het college van burgemeester en schepenen van Schoten moet worden ingediend.

De gemeente is als subsidieerbare overheid in geen enkel opzicht verantwoordelijk voor de werken en hun uitvoering, noch voor de eventuele schade die eruit kan voortvloeien.

De subsidie kan alleen toegekend worden voor vergunde gebouwen, zoals bedoeld in het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening.

Een afgevaardigde van het gemeentebestuur (oa milieuambtenaar, duurzaamheidambtenaar, stedebouwkundig toezichter,…) is te allen tijde gemachtigd om controles uit te voeren. In geval van het niet-conform het subsidiereglement of andere van toepassing zijnde reglementen zijn of in geval van fraude, wordt het ganse subsidiebedrag teruggevorderd.

De toelage zal opgenomen worden in het meerjarenplan 2020-2025. De uitbetaling zal geschieden tot de uitputting van het te voorzien budget. De behandeling van de aanvragen gebeurt op volgorde van datum van ontvangst. Dit reglement is jaarlijks aanpasbaar.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

SUBSIDIEREGLEMENT ONVRUCHTBAAR MAKEN HUISKATTEN 2020-2025

Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 20 december 2018 betreffende de vaststelling van het subsidiereglement 'onvruchtbaar maken huiskatten' voor het jaar 2019;

Gelet de wetgeving tot inperking van de kattenpopulatie en de schade die het teveel aan duiven en andere vogels veroorzaakt wil het bestuur haalbare en diervriendelijke oplossingen aanbieden";

Overwegende dat de subsidie als preventieve maatregel tot doel heeft dat de zwerfkattenpopulatie op een diervriendelijke manier verminderd wordt;

Gelet op het overzicht van het aantal verleende subsidies van vorige jaren en het voorstel tot verlenging van het gemeentelijke subsidiereglement 'onvruchtbaar maken huiskatten' in de jaren 2020-2025;

Gelet op het ontwerp-subsidiereglement 'onvruchtbaar maken huiskatten 2020-2025;

Overwegende dat het benodigde krediet geraamd wordt op maximum € 2.705,00;

Gelet op de gevoerde besprekingen;

Besluit: met 28 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Artikel 1

Akte te nemen van de evaluatie van de castratie/sterilisatie huiskatten in 2019.

Artikel 2

Akkoord te gaan met het subsidiereglement 'onvruchtbaar maken huiskatten 2020-2025'.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

SUBSIDIEREGLEMENT 'AUTODELEN 2020-2025'

Gelet op het besluit van 20 december 2018 van de gemeenteraad houdende akkoord met de wijziging en verlenging van de subsidiereglementen ‘milieumaatregelen 2019 (groendak, zonneboiler, hemelwaterton, hemelwaterinstallatie en / of energie-audit / warmteaudit)’ en ‘autodelen 2019’ voor het jaar 2019;

Gelet op het besluit van 5 december 2019 van het college houdende akkoord met de wijziging en verlenging van de subsidiereglementen ‘milieumaatregelen 2020-2025 (groendak, zonneboiler, hemelwaterton, hemelwaterinstallatie en / of energie-audit / warmteaudit)’ en ‘autodelen 2020-2025’ voor de jaren 2020-2025;

Overwegende dat de gemeentelijke subsidies de uitvoering van milieumaatregelen uit het klimaatactieplan bij burgers stimuleren;

Overwegende dat de gemeentelijke milieusubsidies tot doel hebben de Schotenaren te stimuleren een specifieke milieumaatregel te nemen en deze subsidie meestal een deel van de initiële meerkost compenseert en / of een maatregel extra onder de aandacht te brengt;

Overwegende dat bij autodelen meerdere mensen gebruik maken van één of meerdere wagens op het moment dat men deze nodig heeft;

Overwegende dat er twee groepen van autodelen te onderscheiden zijn: particulier en professioneel autodelen;

Overwegende dat het delen van één of meerdere voertuigen zowel op individueel als maatschappelijk vlak verschillende voordelen kent;

Overwegende dat deze voordelen onder andere zijn een hulpmiddel tot verlaging van de parkeerdruk, stimulering van de lokale economie, verhoging van de leefbaarheid en bereikbaarheid binnen de gemeente, gunstige sociale neveneffecten, verhoging basismobiliteit van bepaalde doelgroepen, …;

Overwegende dat de (gedeeltelijke) terugbetaling van de inschrijvingskost een extra stimulering voor een deelname aan een autodeelproject is;

Overwegende dat het benodigde krediet werd voorgesteld op de meerjarenplanning van 2020-2025;

Gelet op het voorstel tot verlenging van het subsidiereglement 'autodelen' voor de jaren 2020-2025;

Gelet op de gevoerde besprekingen;

Besluit: met 28 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Enig artikel

Goedkeuring te hechten aan volgend subsidiereglement:

GEMEENTELIJK SUBSIDIEREGLEMENT ‘AUTODELEN 2020-2025’

 

Artikel 1 - BESCHRIJVING

Dit reglement is van toepassing op de terugbetaling van de instapkost of het jaarlijks lidgeld voor een particulier autodeelsysteem of een autodeelsysteem door autodeelaanbieders.

 

Artikel 2 – SPECIFIEKE BEPALINGEN

Onder autodelen wordt verstaan: het delen van één of meerdere auto(‘s) door meerdere personen. Meerdere personen rijden dus met de wagen(s) afhankelijk wanneer dit gewenst is. Er zijn twee vormen van autodelen te onderscheiden: particulier autodelen en autodelen via autodeelaanbieders. Indien een instapkost of periodiek lidgeld betaald moet worden, kan hiervoor een subsidie bekomen worden.

De subsidie is van toepassing voor:

-          een natuurlijk persoon gedomicilieerd op het grondgebied van Schoten;

-          de betaling van de eenmalige instapkost voor deelname aan een autodeelsysteem;

-          de betaling van het jaarlijks lidgeld voor deelname aan een autodeelsysteem.

Als bewijs geldt een kopie van de factuur waarop de instapkost of het lidgeld duidelijk vermeld staan of een bevestigingsformulier van registratie.

De subsidie heeft betrekking op de eenmalige instapkost of het jaarlijkse lidgeld. De verleende subsidie bedraagt 100 % van het betaalde bedrag, met een jaarlijks maximum van € 35,00 per natuurlijk persoon.

 

Artikel 3 – ADMINISTRATIEVE BEPALINGEN

Dit subsidiereglement geldt voor de periode 1 januari 2020 tot 31 december 2025. Het geldende subsidiebedrag wordt toegekend voor aanvragen met inschrijvingsdatum vanaf 1 januari 2020. Het aanvraagformulier dient ons te bereiken vóór 1 februari van het jaar volgend op het jaar van betaling van het lidgeld (bv lidgeld 2020 = subsidieaanvraag indienen vóór 1 februari 2021).

De aanvraag van een toelage moet gebeuren via het aanvraagformulier ‘autodelen 2020-2025’, dat volledig ingevuld (incl. bijlagen) bij het college van burgemeester en schepenen van Schoten moet worden ingediend. De ontvangen aanvraagformulieren zullen op vier vaste tijdstippen doorheen het jaar (eind april, augustus, oktober en januari) behandeld worden.

De toelage zal opgenomen worden in het meerjarenplan 2020-2025. De uitbetaling zal geschieden tot de uitputting van het te voorzien budget. De behandeling van de aanvragen gebeurt op volgorde van datum van ontvangst. Dit reglement is jaarlijks aanpasbaar.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

SUBSIDIEREGELEMENT SPORTVERENIGINGEN: VERDER TOEPASSEN VAN HET HUIDIGE SUBSIDIEREGLEMENT IN SPORTJAAR 2019-2020

Overwegende dat het huidige subsidiereglement voor sportverenigingen gebaseerd is op het 'Decreet houdende het stimuleren en subsidiëren van een Lokaal Sportbeleid' van 6 juli 2012;

Overwegende dat dit decreet niet meer van toepassing is sinds de inkanteling van de sectorale middelen voor sport in het gemeentefonds;

Overwegende dat een grondige herziening van het subsidiereglement wenselijk is, maar niet overhaast mag gebeuren en in samenspraak met Sportraad Schoten;

Overwegende dat het administratief mogelijk is om de huidige subsidieregeling ook nog toe te passen voor het sportseizoen 2019-2020 waarvoor de aanvragen zullen moeten ingediend worden in 2020 zonder dat dit nadelige effecten heeft voor de sportverenigingen;

Gelet op het advies van Sportraad Schoten;

Gelet op de gevoerde bespreking;

Besluit: met 28 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Enig artikel

Het huidige subsidiereglement voor sportverenigingen te verlengen tot 31 december 2020.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

SUBSIDIEREGLEMENT WIJKVERENIGINGEN 2019

Gelet op het gemeenteraadsbesluit d.d. 22 februari 2018 houdende goedkeuring van het subsidiereglement wijkverenigingen 2018;

Gelet op de wenselijkheid om dit te hernemen voor 2019;

Gelet op de gevoerde bespreking;

Besluit: met 28 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Enig artikel

Goedkeuring te hechten aan volgend subsidiereglement wijkverenigingen voor het jaar 2019:

1) DOELSTELLINGEN

Met dit reglement wordt getracht om de volgende 5 doelstellingen te realiseren:

-bevorderen van verbondenheid tussen wijkbewoners

Wijkverenigingen spelen een belangrijke rol ter versterking van het sociaal netwerk tussen buurtbewoners. Met dit reglement worden wijkverenigingen hierin ondersteund. De basissubsidie garandeert dat de wijkverenigingen een gepaste communicatie kunnen onderhouden met de bewoners. Daarnaast zorgt een activiteitensubsidie ervoor dat aangename en nuttige activiteiten makkelijker georganiseerd kunnen worden om zo concreet te werken aan samenlevingsopbouw.

-verhoging representativiteit en slagkracht wijkverenigingen

Een wijkvereniging heeft als een van de belangrijkste opdrachten om namens de wijkbewoners problemen aan te kaarten en met het gemeentebestuur overleg te plegen over mogelijke oplossingen. Daarbij is het vanzelfsprekend belangrijk dat het wijkbestuur echt voeling heeft met de medebewoners zodat het wijkbestuur beschouwd kan worden als een ‘gevolmachtigde wijkafvaardiging’. Door te werken met een aantal straatafgevaardigden per wijkvereniging (verspreid over de wijk), wordt de representativiteit verhoogd. Zo krijgen de wijkverenigingen extra slagkracht in hun contacten met het gemeentebestuur en kan het bestuur van de wijkvereniging haar rol spelen als bevoorrechte gesprekspartner bij alle vormen van inspraak die het gemeentebestuur organiseert in de betrokken wijk.

-extra dynamisering bestaande wijkverenigingen

Zoals alle vormen van verenigingsleven, hebben ook wijkverenigingen het soms moeilijk om nieuwe bestuursleden en medewerkers te vinden die voor opvolging en continuïteit kunnen zorgen. Door te werken met een jaarlijkse hernieuwing van de erkenning als wijkvereniging (met bevestiging van de straatafgevaardigden en het bestuur), is er een blijvende oproep tot versterking. Door de noodzaak in te bouwen om het voorziene aantal straatafgevaardigden te behouden, wordt automatisch de vraag levendig gehouden om vervangers aan te trekken en warm te maken om de taak over te nemen van vertrekkende straatafgevaardigden.

-duidelijke structuur bieden aan opstartende wijkverenigingen

Het stimuleren van inwoners tot de oprichting van wijkverenigingen waar er nog geen zijn, is op zich een evidente doelstelling. Anderzijds zitten kandidaat-starters met vragen en moet getracht worden om de drempelvrees weg te nemen. Door een aantal basisregels op te stellen die voor alle wijkverenigingen gelden en door het aanbieden van een eenvoudige procedure met één formulier, wordt getracht om kandidaat-starters een duidelijk antwoord te bieden, waarbij ze zich van meet af aan kunnen richten op een doorzichtig regelgevend kader.

-respecteren eigenheid wijkverenigingen

Wijkverenigingen moeten een onafhankelijke rol kunnen spelen ten voordele van hun wijkbewoners en dit zonder (partij)politieke invloed. Tevens willen we uiteraard rekening houden met de eigenheid van elke wijk. Er wordt getracht dit te bereiken door het voorzien in een beperkt aantal, maar duidelijke basisregels, die voldoende vrijheid moeten laten aan de heterogene wijkverenigingen om hun eigen werking vorm te geven.

2) ERKENNING

Art. 1.- Om door het gemeentebestuur erkend te worden en te blijven moet de wijkvereniging jaarlijks een engagementsverklaring indienen waaruit blijkt dat ze:

1.1.open staat voor alle ideologische strekkingen en politiek neutraal handelt

1.2.het algemeen welzijn van de wijk en de kwaliteit van het wonen in de meest ruime zin van het woord wil bevorderen

1.3.overleg, samenwerking en goed nabuurschap onder de inwoners aanmoedigt en verwezenlijkt

1.4.zich op meer dan één actiepunt toelegt

1.5.alle bewoners van de wijk vertegenwoordigt, zonder hen hiervoor te verplichten een bijdrage te betalen, en tot doel heeft om namens hen als gesprekspartner met het gemeentebestuur op te treden.

Art. 2.- Naast bovenstaande erkenningsvoorwaarden wordt van de wijkvereniging verwacht dat ze:

2.1.minstens twee activiteiten per jaar organiseert (waaronder één algemene vergadering) waarop alle inwoners van de wijk worden uitgenodigd

2.2.een afgevaardigde stuurt naar de wijkvoorzittersvergaderingen

2.3.de gemeentelijke informatie op een correcte manier doorgeeft aan de wijkbewoners.

Art. 3.- Elke wijkvereniging bepaalt vrij de omvang van haar werkingsgebied dat minstens uit 3 aan elkaar grenzende straten bestaat.

Art. 4.- De werking van elke wijkvereniging wordt gedragen door straatafgevaardigden en een wijkbestuur:

4.1.als straatafgevaardigden komen alle wijkbewoners in aanmerking die op de één of andere wijze een bijdrage leveren aan de wijkvereniging (bv. bestuursleden, afgevaardigden namens de wijk in gemeentelijke adviesraden, medewerkers bij activiteiten, enz. …)

4.2.daarnaast voorziet elke wijkvereniging in een bestuur, waarvan de bestuursleden onderling de functies verdelen die zij nodig achten. In elk geval benoemt elk wijkbestuur minstens een voorzitter en een penningmeester, die niet op eenzelfde adres wonen

4.3.politieke mandatarissen kunnen niet als voorzitter, ondervoorzitter, secretaris of penningmeester in een wijkbestuur fungeren.

Art. 5.- Elke wijkvereniging moet voorzien in een aantal straatafgevaardigden volgens de volgende vertegenwoordigingsregels:

5.1.het bestuur van een wijk met minder dan 400 inwoners dient minstens 4 straatafgevaardigden te hebben, afkomstig uit minstens 3 verschillende straten

5.2.het bestuur van een wijk met 401 tot 800 inwoners dient minstens 6 straatafgevaardigden te hebben, afkomstig uit minstens 3 verschillende straten

5.3.het bestuur van een wijk met 801 tot 1.600 inwoners dient minstens 12 straatafgevaardigden te hebben, afkomstig uit minstens 6 verschillende straten

5.4.het bestuur van een wijk met 1.601 tot 3.200 inwoners dient minstens 14 straatafgevaardigden te hebben, afkomstig uit minstens 10 verschillende straten

5.5.het bestuur van een wijk met meer dan 3.200 inwoners dient minstens 18 straatafgevaardigden te hebben, afkomstig uit minstens 14 verschillende straten.

Een wijkvereniging die op het moment van de jaarlijks te hernieuwen erkenningsaanvraag, (met name uiterlijk 31 januari) niet beantwoordt aan deze vertegenwoordigingsregels, krijgt nog tot 30 april de kans om zich hiermee in regel te stellen.

Het inwonersaantal per straat en per wijk wordt jaarlijks vastgesteld door de gemeentelijke bevolkingsdienst op basis van de door de wijken ingediende gebiedsomschrijving.

Art. 6.- De jaarlijkse algemene vergadering bevestigt de straatafgevaardigden en het wijkbestuur voor één jaar. De uitnodiging voor deze algemene vergadering vermeldt de kandidaat-straatafgevaardigden en het kandidaat-wijkbestuur, evenals een open oproep naar eventuele nieuwe kandidaten.

Art. 7.- De erkenning van de wijkverenigingen dient jaarlijks hernieuwd te worden. Hiertoe dient iedere wijkvereniging het volgende mee te delen:

7.1.de engagementsverklaring vermeld onder art. 1, ondertekend door de voorzitter en de penningmeester

7.2.een precieze opsomming van de straten die binnen haar werkingsgebied liggen

7.3.de adresgegevens van de straatafgevaardigden en van de bestuursleden

7.4.het correspondentieadres van de wijkvereniging

7.5.een korte neerslag, opgave van het aantal aanwezigen en een kopie van de uitnodiging van minstens één algemene vergadering die werd georganiseerd in het jaar voorafgaand aan de erkenningsaanvraag.

Art. 8.- Een nieuw startende wijkvereniging kan op elk ogenblik een erkenningsaanvraag indienen. Zodra deze wijkvereniging wordt erkend door het college van burgemeester en schepenen, ontvangt deze als startpremie de forfaitaire som van 100,00 euro, ter dekking van haar opstartkosten voor dat lopende eerste kalenderjaar.

3) SUBSIDIËRING

Art. 9.- Principe

Het college van burgemeester en schepenen geeft jaarlijks en binnen de beschikbare budgettaire ruimte een subsidie aan wijkverenigingen die voldoen aan de erkenningsregels vermeld in artikels 1 tot 7. De subsidie is gebaseerd op de werking en de activiteiten van het voorbije kalenderjaar.

Art. 10.- Basissubsidie

Elke erkende wijkvereniging waarvan de subsidieaanvraag wordt goedgekeurd, ontvangt 0,30 euro per inwoner van haar wijk, met een minimum van 250,00 euro en een maximum van 1.000,00 euro.

Art. 11.- Activiteitensubsidie

Naast deze subsidie per inwoner, kan elke wijkvereniging jaarlijks minimum 2 en maximum 8 activiteiten ter subsidiëring aanbrengen. Een BIN (Buurtinformatienetwerk) kan niet ter subsidiëring worden ingediend aangezien het gemeentebestuur reeds de gesprekskosten voor alle BIN’s betaalt.

Voor elke activiteit die weerhouden wordt voor subsidiëring wordt 100,00 euro toegekend.

De activiteitensubsidie wordt verhoogd naar 200,00 euro voor een wijkfeest dat over meerdere dagen verspreid wordt.

Een wijkvereniging kan slechts één maal per jaar de plaatsing van een bladcontainer als te subsidiëren activiteit inbrengen.

De organisatie van een algemene vergadering komt enkel in aanmerking voor subsidiëring indien deze gekoppeld wordt aan een andere activiteit, bijv. nieuwjaarsreceptie, ontbijt, …

Art. 12.- Uiterlijk op 31 januari vraagt de wijkvereniging, samen met de aanvraag tot (hernieuwing van) haar erkenning, de subsidies voor het voorbije jaar aan. De subsidieaanvraag bevat:

12.1. de namen en adressen van de twee bestuursleden onder wiens verantwoordelijkheid de uitbetaling van subsidie kan gebeuren

12.2. het post- of bankrekeningnummer van de wijkvereniging

12.3. een ingevuld aanvraagformulier dat door de gemeente ter beschikking wordt gesteld en waarbij bewijzen (bv. foto’s, rekeningen, uitnodigingen, ...) worden gevoegd van de activiteiten waarvoor subsidies worden aangevraagd.

4) ALGEMENE BEPALINGEN

Art. 13.- De erkennings- en subsidieaanvraag wordt uiterlijk op 31 januari ingediend bij de inspraakambtenaar door de invulling van een formulier dat tijdig aan de wijkverenigingen wordt overgemaakt.

Art. 14.- De erkennings- en subsidieaanvraag wordt met advies van de inspraakambtenaar voorgelegd aan het college van burgemeester en schepenen. De beslissing van het college wordt schriftelijk en gemotiveerd overgemaakt aan de wijkvereniging.

Art. 15.- De uitbetaling van de subsidies gebeurt uiterlijk eind mei.

Art. 16.- Het is niet toegelaten om eenzelfde activiteit via verschillende gemeentelijke subsidiekanalen ter subsidiëring in te dienen.

Art. 17.- Dit reglement geldt voor het kalenderjaar 2019.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

REGLEMENT GEMEENTELIJKE VAKANTIETOELAGE VOOR KINDEREN MET HANDICAP

Gelet op de doelstelling om ouders van kinderen met een handicap te ondersteunen;

Overwegende dat in het kader hiervan wordt voorgesteld een gemeentelijke vakantietoelage toe te kennen aan kinderen die minimaal 2 dagen (1 overnachting) in binnen- of buitenland hun vakantie hebben doorgebracht;

Gelet op het collegebesluit van 14 november 2019 houdende akkoord met het voorstel van reglement;

Gelet op het voorliggende reglement;

Besluit: met 29 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Enig artikel

Akkoord te gaan met volgend reglement voor het uitkeren van een gemeentelijke vakantietoelage aan kinderen met een handicap:

Art. 1- De gemeente Schoten verleent voor het jaar 2020 een vakantietoelage aan kinderen met een handicap, ingeschreven te Schoten.

Art. 2.- De toelage zal worden toegekend onder volgende voorwaarden: het kind

- is maximaal 21 jaar oud;

- dient ingeschreven te zijn in Schoten en effectief in de gemeente te wonen; op de dag van de aanvraag moet hij /zij ten minste zes maanden in de gemeente wonen;

- moet hebben deelgenomen aan een aangepast vakantieverblijf van minstens 2 dagen (1 overnachting) in binnen- of buitenland;

Deze vakantie moet georganiseerd worden door een erkende vereniging of organisatie voor personen met een handicap. De vakantieganger moet tijdens deze vakantie begeleid worden door een vereniging of organisatie voor personen met een handicap.

- de toelage bedraagt 50 euro per jaar en kan slechts eenmaal per jaar voor dezelfde begunstigde worden toegestaan.

Art. 3.- De aanvraag voor deze toelage dient te gebeuren middels het daartoe beschikbaar gestelde aanvraagformulier en dient te worden gericht aan het college van burgemeester en schepenen, uiterlijk op 31 oktober van het lopende jaar.

Art. 4.- De toelage wordt betaald na controle door een daartoe aangestelde ambtenaar van het gemeentebestuur.

Art. 5.- Indien er op enige wijze wordt vastgesteld dat een aanvraag op bedrieglijke wijze tot stand is gekomen, zal deze van ambtswege ingetrokken worden en zullen alle ten onrechte genoten toelagen teruggevorderd worden.

Art. 6.- Het toekennen van de toelage is steeds afhankelijk van de goedkeuring door de hogere overheid. De uitbetaling ervan zal geschieden tot de uitputting van het voorziene krediet op het gemeentebudget.

Art. 7.- Onderhavig besluit geldt voor het dienstjaar 2020.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

REGLEMENT NIEUW URNENVELD (NIEUWE BENAMING: URNENTUIN)

Gelet op het decreet op de begraafplaatsen en lijkbezorging van 5 december 2016;

Overwegende dat het huidige urnenveld op de gemeentelijke begraafplaats bijna vol is;

Overwegende dat er daarom een nieuw urnenveld werd aangelegd;

Gelet op het collegebesluit van 7 november 2019 waarin het college van burgemeester en schepenen een reglement voor het nieuwe urnenveld (nieuwe benaming: urnentuin) heeft goedgekeurd;

Gelet op de gevoerde besprekingen;

Besluit: met 30 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Artikel 1

Goedkeuring te hechten aan onderstaande tekst, die in het Bijzonder Politiereglement op de lijkbezorging en de gemeentelijke begraafplaats zal worden verwerkt.

Artikel 2

Deze wijziging in het Bijzonder Politiereglement op de lijkbezorging en de begraafplaats geldt onmiddellijk en zal later in de gecoördineerde versie van het Algemeen Politiereglement Schoten worden opgenomen.

Artikel 3

De retributies voor het verlenen van een concessie in de urnentuin worden vastgelegd in het daartoe bestemde retributiereglement.

---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Reglement urnentuin.

Artikel 1

Het nieuwe urnenveld de benaming 'urnentuin' te geven.

Artikel 2

Deze urnentuin zal enkel concessies bevatten, geen gewone lijn.

Artikel 3

De voorschriften rond de graftekens zijn:

- Er dient verplicht gebruik gemaakt te worden van de door de gemeente aangeboden urnenzuil (= het gedeelte dat zich bovengronds bevindt en waarin de asurnen worden geplaatst)

- Bovenop de deksteen op de urnenzuil bevindt zich een afdekplaat die door de gemeente werd bevestigd. De nabestaanden betalen voor deze afdekplaat, plaatsing inbegrepen

- De nabestaanden hebben twee mogelijkheden om de gegevens van de overledene op de afdekplaat te laten plaatsen:

- De afdekplaat laten graveren: Op de afdekplaat worden de naam, voornaam, en minstens geboorte- en overlijdensjaar van de overledene(n) gegraveerd. Op de afdekplaat mogen geen geboorte- en overlijdensdata van personen die er niet begraven liggen, vermeld worden. Het graveren dient uiterlijk binnen 1 maand na bijzetting te gebeuren, bij een steenkapper naar keuze. De afdekplaat wordt, na het graveren, teruggeplaatst door de steenkapper, onder toezicht van het gemeentepersoneel van de begraafplaats

- Gebruik maken van een aluminium plaatje dat op de afdekplaat wordt bevestigd: De begrafenisondernemer levert binnen 1 maand na bijzetting een plaatje in aluminium (20,00 cm lang en 5,00 cm breed) waarop de naam, voornaam, en minstens geboorte- en overlijdensjaar van de overledene(n) dienen vermeld te worden. Op dit plaatje mogen geen geboorte- en overlijdensdata van personen die er niet begraven liggen, vermeld worden. Op het plaatje mag een foto van de overledene of een geloofssymbool aangebracht worden. Dit plaatje wordt geplaatst door de verantwoordelijke van de begraafplaats.

- Er mogen rondom de afdekplaten geen afsluitingen, omheiningen, bloemen en planten aangebracht worden. Enkel losstaande bloemen en planten aan de voorzijde van de afdekplaten zijn toegelaten in de periode van half oktober tot Allerzielen

- In de urnenzuil kunnen maximaal drie standaardurnen geplaatst worden. Bij de aankoop van sierurnen dient rekening gehouden te worden met de binnenafmetingen van de urnenzuil:

- hoogte interne nis: 40,00 cm

- doormeter interne nis: 39,00 cm.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

GEMEENTELIJKE PREMIE - INCONTINENTIE & NIERDIALYSE

Gelet op het raadsbesluit van 31 januari 2019 houdende toekenning van een gemeentelijke premie voor incontinentie en nierdialyse;

Overwegende dat personen met incontinentieproblemen en patiënten nierdialyse in thuisbehandeling door de aard van hun aandoening, en aldus onvrijwillig, meer afval hebben dan een standaardgezin;

Overwegende dat het derhalve sociaal verantwoord is om voor deze personen in een premie te voorzien;

Gelet op de gevoerde bespreking;

Besluit: met 30 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Artikel 1

De gemeente Schoten verleent onder navolgende voorwaarden een premie aan personen met incontinentieproblemen en patiënten nierdialyse in thuisverzorging.

Artikel 2

De premie zal slechts worden toegekend onder de volgende voorwaarden:

a)het getekende aanvraagformulier dient jaarlijks ingeleverd te worden (zie toelichting)

b)de aanvrager dient ingeschreven te zijn in Schoten en de gemeente effectief te bewonen; op de dag van de aanvraag moet hij/zij tenminste zes maanden in de gemeente wonen

c)de aanvrager mag niet permanent opgenomen zijn in een voorziening, een ziekenhuis of een woonzorgcentrum.

Artikel 3

De premie bedraagt 45,00 euro per jaar en per zorgbehoevende. Wanneer de aanvrager zou overlijden, wordt de premie uitbetaald aan de op hetzelfde adres ingeschreven partner.

Artikel 4

De aanvraag voor deze premie dient te gebeuren met het daartoe beschikbaar gestelde aanvraagformulier en dient te worden gericht aan het college van burgemeester en schepenen uiterlijk op 31 oktober van het lopende jaar.

Artikel 5

De premie wordt betaald na controle door een daartoe aangestelde ambtenaar van het gemeentebestuur. De aanvrager en zijn/haar gezinsleden dienen hieraan hun volle medewerking te verlenen.

Artikel 6

Indien er op enige wijze wordt vastgesteld dat een aanvraag op bedrieglijke wijze tot stand gekomen is, zal deze van ambtswege ingetrokken worden en zullen alle ten onrechte genoten premies teruggevorderd worden.

Artikel 7

Het toekennen van de premie is steeds afhankelijk van de goedkeuring door de hogere overheid. De uitbetaling ervan zal geschieden tot de uitputting van het voorziene krediet op de gemeentebegroting.

Artikel 8

Onderhavig besluit geldt voor het dienstjaar 2020.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

GEMEENTELIJKE PREMIE - STOMA

Gelet op het raadsbesluit van 31 januari 2019 houdende toekenning van een gemeentelijke premie voor het dragen van een stoma;

Overwegende dat stomadragers door de aard van hun aandoening, en aldus onvrijwillig, meer afval hebben dan een standaardgezin;

Overwegende dat het derhalve sociaal verantwoord is om voor deze personen in een premie te voorzien;

Gelet op de gevoerde bespreking;

Besluit: met 30 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Artikel 1

De gemeente Schoten verleent onder navolgende voorwaarden een premie aan personen die drager zijn van een stoma.

Artikel 2

De premie zal slechts worden toegekend onder de volgende voorwaarden:

a) het getekende aanvraagformulier, afgeleverd door de behandelende geneesheer en waaruit de aandoening blijkt, dient jaarlijks ingeleverd te worden

b) de aanvrager dient ingeschreven te zijn in Schoten en de gemeente effectief te bewonen; op de dag van de aanvraag moet hij/zij tenminste zes maanden in de gemeente wonen

c) de aanvrager mag niet permanent opgenomen zijn in een voorziening, een ziekenhuis of een woonzorgcentrum.

Artikel 3

De premie bedraagt 25,00 euro per jaar en per zorgbehoevende. Wanneer de aanvrager zou overlijden, wordt de premie uitbetaald aan de op hetzelfde adres ingeschreven partner.

Artikel 4

De aanvraag voor deze premie dient te gebeuren met het daartoe beschikbaar gestelde aanvraagformulier en dient te worden gericht aan het college van burgemeester en schepenen uiterlijk op 31 oktober van het lopende jaar.

Artikel 5

De premie wordt betaald na controle door een daartoe aangestelde ambtenaar van het gemeentebestuur. De aanvrager en zijn/haar gezinsleden dienen hieraan hun volle medewerking te verlenen.

Artikel 6

Indien er op enige wijze wordt vastgesteld dat een aanvraag op bedrieglijke wijze tot stand gekomen is, zal deze van ambtswege ingetrokken worden en zullen alle ten onrechte genoten premies teruggevorderd worden.

Artikel 7

Het toekennen van de premie is steeds afhankelijk van de goedkeuring door de hogere overheid. De uitbetaling ervan zal geschieden tot de uitputting van het voorziene krediet op het gemeentebudget.

Artikel 8

Onderhavig besluit geldt voor het dienstjaar 2020.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

GEMEENTELIJKE PREMIE - MANTELZORG

Gelet op het raadsbesluit van 31 januari 2019 houdende toekenning van een gemeentelijke premie voor mantelzorg;

Gelet op de doelstelling om zorgbehoevenden zo lang mogelijk in hun natuurlijk thuismilieu te laten wonen;

Gelet op het voorstel tot toekenning van een mantelzorgpremie als vrij te besteden vergoeding, ter waardering van de inzet van mantelzorgers, die hulp bieden aan en/of de opvang en verzorging van een zorgbehoevende persoon op zich nemen;

Gelet op de gevoerde bespreking;

Besluit: met 30 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Artikel 1

De gemeente Schoten verleent voor het jaar 2020 een mantelzorgpremie aan personen die vanuit een sociale relatie de thuiszorg waarnemen voor een zorgbehoevende inwoner van de gemeente.

Artikel 2

In het reglement wordt verstaan door:

Thuiszorg:

De hulp- en dienstverlening die er specifiek op gericht is de zorgbehoevende persoon ("gebruiker") te handhaven in zijn natuurlijk thuismilieu.

Zorgbehoevende persoon of gebruiker:

Iedere natuurlijke persoon die vanuit een bepaalde nood een beroep doet op thuis- en mantelzorg, ongeacht de leeftijd.

Natuurlijk thuismilieu:

De plaats waar de gebruiker effectief woont of inwoont, met uitsluiting van de collectieve woonvormen waar personen op een duurzame wijze verblijven en gehuisvest zijn, en waar geheel of gedeeltelijk, de gebruikelijke huishoudelijke dienstverlening en gezinshulp en/of mantelzorg wordt geboden.

Zelfzorg:

De beslissingen en de acties van een natuurlijke persoon in het dagelijkse leven met het oog op het voorzien in de eigen basisbehoeften.

Mantelzorger:

Een persoon die op geregelde basis en op een niet- beroepsmatige wijze aanvullende, bovennormale zorg verleent aan een zorgbehoevende persoon uit zijn omgeving vanuit een affectieve/sociale relatie die hij met deze persoon heeft.

Mantelzorg:

Alle bovennormale, niet-beroepsmatige hulp- en dienstverlening die een persoon op geregelde basis aan een zorgbehoevende persoon uit zijn omgeving geeft. Deze zorg vloeit voort uit een affectieve/sociale relatie tussen de mantelzorger en de zorgbehoevende persoon.

Mantelzorgattest:

Een document van de zorgkas waaruit blijkt voor welke periode de Vlaamse mantelzorgvergoeding per maand uitbetaald wordt voor niet-medische kosten van mantel- en thuiszorg.

Voorziening:

Een welzijnsvoorziening die zich tot doel stelt één of meerdere vormen van thuiszorg, zoals hierboven beschreven, aan te bieden, te organiseren, en/of te ondersteunen.

Professionele zorgverlener:

De persoon die al dan niet tewerkgesteld is in een voorziening en op een professionele basis hulp- en dienstverlening aanbiedt.

Inwoner van de gemeente:

Elke persoon die minstens zes maanden, voorafgaand aan de datum van aanvraag, ingeschreven is in Schoten en er effectief woont.

Artikel 3

Het recht op een mantelzorgpremie hangt af van volgende bepalingen met betrekking tot de zorgbehoevende persoon:

de zorgbehoevende persoon moet een inwoner van de gemeente zijn en is ingeschreven in Schoten

de persoon moet zorgbehoevend zijn. Dat wil zeggen dat hij/zij, geheel of gedeeltelijk, niet meer in staat is zichzelf te verzorgen en de elementaire taken te verrichten die een gezonde persoon van dezelfde leeftijd normaliter kan uitvoeren, en waardoor blijvende hulp van een derde persoon noodzakelijk is

de evaluatie van de score van de zorgbehoevende persoon moet worden vastgesteld door middel van het mantelzorgattest, afgeleverd door de zorgkas. Het is niet de bedoeling om een bijkomende medische en/of administratieve formaliteit in te voeren

de zorgbehoevende persoon moet begunstigde zijn van de mantelzorgtegemoetkoming van de Vlaamse zorgverzekering, de verhoogde kinderbijslag, de zorgtoeslag voor kinderen met specifieke ondersteuningsbehoefte of van een persoonsvolgend budget toegekend door het Vlaams agentschap voor personen met een handicap (VAPH). Het is niet de bedoeling om bijkomende medische en/of administratieve formaliteiten in te voeren

de zorgbehoevende persoon verblijft in zijn natuurlijk thuismilieu (zelfstandig wonend of inwonend) en maakt al dan niet gebruik van de thuiszorgvoorzieningen die gericht zijn op de ondersteuning van de thuiszorg. Een opname in een voorziening of woonzorgcentrum, die de definitieve beëindiging van de thuiszorg inhoudt, schorst het recht op de gemeentelijke mantelzorgpremie

de zorgbehoevende persoon, zijn wettelijke vertegenwoordiger of de voorlopige bewindvoerder duidt de mantelzorger aan. Er kan slechts één mantelzorger door de zorgbehoevende worden aangeduid.

Artikel 4

Het recht op een mantelzorgpremie hangt af van volgende bepalingen met betrekking tot de mantelzorger:

de premie wordt toegekend aan de mantelzorger die hiertoe een aanvraag doet overeenkomstig artikel 6 van dit reglement. De mantelzorger moet ook ingeschreven zijn in Schoten of een familielid zijn tot maximaal tweede graad indien niet woonachtig in Schoten

er wordt slechts 1 mantelzorgpremie per zorgbehoevende persoon toegekend aan één mantelzorger

per kalenderjaar kan 1 mantelzorger, al dan niet inwonend, de gemeentelijke mantelzorgpremie ontvangen voor maximum 2 verschillende zorgbehoevenden, al dan niet samenwonend.

Artikel 5

Het recht op een mantelzorgpremie hangt af van volgende bepalingen met betrekking tot de thuiszorg:

de mantelzorger houdt zich daadwerkelijk en afhankelijk van de noodzaak met de thuiszorg bezig

de thuiszorg moet op een kwaliteitsvolle en menswaardige manier gebeuren.

Artikel 6

De aanvraag voor de mantelzorgpremie wordt jaarlijks door de mantelzorger ingediend bij het college van burgemeester en schepenen op het daartoe voorziene "aanvraagformulier".

De mantelzorger dient het bewijs te leveren dat aan de gestelde voorwaarden is voldaan, door middel van ofwel:

-een kopie van het attest waaruit blijkt dat de zorgbehoevende een mantelzorgtegemoetkoming ontvangt van de Vlaamse zorgverzekering

-een kopie van de brief van het VAPH, waaruit blijkt dat aan de zorgbehoevende een persoonsvolgend budget is toegekend

-een attest waaruit blijkt dat de zorgbehoevende recht heeft op verhoogde kinderbijslag of de zorgtoeslag voor kinderen met specifieke ondersteuningsbehoefte.

Bij weigering wordt de aanvrager schriftelijk verwittigd door het gemeentebestuur.

Bezwaren bij het weigeren van de premie worden gericht aan het gemeentebestuur binnen een termijn van 1 maand na het ontvangen van de weigering.

De mantelzorger verbindt zich ertoe elke wijziging die zich voordoet in verband met de gestelde voorwaarden binnen een termijn van één maand schriftelijk aan het gemeentebestuur mee te delen.

Artikel 7

De mantelzorgpremie bedraagt 240,00 euro per jaar per zorgbehoevende persoon en voor één mantelzorger. De mantelzorgpremie wordt betaald op de bankrekening van de mantelzorger.

De mantelzorgpremie wordt uitbetaald vanaf het jaar dat de zorgbehoevende persoon een uitkering van de Vlaamse zorgverzekering, de verhoogde kinderbijslag, de zorgtoeslag voor kinderen met specifieke ondersteuningsbehoefte of een persoonsvolgend budget ontvangt. De mantelzorgpremie dient op straf van verval te worden aangevraagd voor 31 oktober van het jaar waarop hij betrekking heeft. De aanvraag is slechts geldig als één van de in artikel 6 genoemde bewijsstukken is bijgevoegd.

Voor het bekomen van de mantelzorgpremie moet de mantelzorger, in samenspraak met de zorgbehoevende, jaarlijks een nieuwe aanvraag met de nodige bewijsstukken indienen.

De uitbetaling van de premie gebeurt tot uitputting van het voorziene krediet op het gemeentebudget. Elk jaar in de maand november wordt het bedrag van de mantelzorgpremie door het college van burgemeester en schepenen geherevalueerd.

Artikel 8

Het college van burgemeester en schepenen is belast met de uitvoering van het reglement mantelzorgpremie en beslist op basis van dit reglement over onvoorziene problemen en omstandigheden met betrekking tot de aanvraag en toekenning van deze premie.

Het college behoudt ten allen tijde het recht om de voorwaarden te laten controleren door een maatschappelijk werker. Ten onrechte uitgekeerde premies zullen worden teruggevorderd.

Artikel 9

De mantelzorgpremie wordt niet meer uitbetaald vanaf het jaar na:

een definitieve opname van de zorgbehoevende in een voorziening, die de definitieve beëindiging van de thuiszorg inhoudt

het overlijden van de zorgbehoevende persoon

het jaar nadat, ingevolge een tussentijdse controle, de Vlaamse mantelzorgvergoeding of het persoonsvolgend budget geschorst wordt of er geen verhoogde kinderbijslag meer wordt toegekend.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

GEM. PREMIE - KINDEREN MET EEN HANDICAP

Gelet op het raadsbesluit van 31 januari 2019 houdende toekenning van een premie aan kinderen met een handicap;

Overwegende dat het billijk is in het kader van een gemeentelijk gehandicaptenbeleid om een sociaal-pedagogische toelage te verstrekken aan de ouders of aanverwante persoon die de opvoeding op zich neemt van een kind met een zware handicap;

Gelet op de gevoerde bespreking;

Besluit: met 30 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Artikel 1

Een sociaal-pedagogische toelage toe te kennen voor het dienstjaar 2020 aan de moeder, wonende te Schoten, die de lasten van opvoeding en verzorging van kind(eren) met een zware handicap op zich neemt.

Bij ontstentenis van de moeder komt hiertoe in aanmerking de vader of de verwante persoon bij wie het kind is opgenomen. Deze toelage wordt toegekend voor de bijzondere zorgen die deze kinderen vereisen.

De kinderen met een handicap dienen eveneens ingeschreven te zijn in Schoten en mogen niet in een voorziening ingeschreven staan.

Deze toelage zal verstrekt worden aan de kinderen van 0 tot en met 21 jaar.

De kinderen dienen te genieten van verhoogde kinderbijslag of de zorgtoeslag voor kinderen met specifieke ondersteuningsbehoefte.

De vaststelling van de handicap zal moeten blijken uit het attest afgeleverd door de FOD Sociale Zekerheid, het kinderbijslagfonds of het attest zorgtoeslag voor specifieke ondersteuningsbehoefte.

Artikel 2

De toelage bedraagt 246,00 euro per gehandicapt kind en per jaar en zal in eenmaal uitbetaald worden.

Artikel 3

Het toekennen en uitbetalen van de toelage is steeds afhankelijk van de goedkeuring door de hogere overheid, van de daartoe in het gemeentebudget uitgetrokken kredieten.

Artikel 4

De aanvraag om toelage moet schriftelijk samen met het vereiste bewijsstuk ingediend worden bij het college van burgemeester en schepenen uiterlijk op 31 oktober van het lopende jaar.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

GEM. PREMIE - VOLWASSENEN MET EEN HANDICAP

Gelet op het raadsbesluit van 31 januari 2019 houdende de toekenning van een toelage "sociaal-medische toelage voor volwassenen met een handicap";

Overwegende dat het billijk is in het kader van een gemeentelijk gehandicaptenbeleid om een sociaal-medische toelage te verstrekken aan volwassen gehandicapten;

Gelet op de gevoerde bespreking;

Besluit: met 30 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Artikel 1

De gemeente Schoten verleent voor het dienstjaar 2020 een sociaal-medische toelage aan de volwassenen met een handicap ingeschreven te Schoten die een vermindering van zelfredzaamheid hebben van tenminste 9 punten. Dit voor zover ze niet in een voorziening of een woonzorgcentrum ingeschreven staan en thuis verzorgd worden. De vaststelling van de vereisten zal moeten blijken uit een attest afgeleverd door de Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid, bestuursdirectie van de uitkeringen aan personen met een handicap.

Artikel 2

De toelage zal betaald worden aan al de volwassenen die minstens 21 jaar zijn.

Artikel 3

De toelage is gelijk aan het quotiënt dat bekomen wordt door het budget van 80.000,00 euro, na aftrek van het budget voor de kinderen, te delen door het aantal aanvragen op de uiterste inleverdatum, zijnde 31 oktober. Ze zal in éénmaal worden uitbetaald. Wanneer de volwassene met een handicap, rechthebbende op de sociaal-medische toelage, op de dag van de uitbetaling zou overleden zijn, wordt de premie uitbetaald aan de partner die op hetzelfde adres is ingeschreven.

Artikel 4

De bestaande dossiers met erkenning voor onbepaalde duur vastgesteld voor 1 januari 2001 behouden deze toelage.

Artikel 5

Het toekennen van de toelage is steeds afhankelijk van de goedkeuring door de hogere overheid, van de daartoe in het gemeentebudget uitgetrokken kredieten.

Artikel 6

De aanvraag voor de toelage moet schriftelijk samen met het vereiste bewijsstuk ingediend worden bij het college van burgemeester en schepenen ten laatste op 31 oktober van het lopende jaar.

Voor de rechthebbende volwassenen van vorige dienstjaren met een attest met onbeperkte geldigheidsduur, wordt ambtshalve tot uitbetaling overgegaan, na controle van identiteit, adres en attest door de dienst pensioenen en sociale premies.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

AANSTELLEN STUDIEBUREAU THEATERTECHNISCHE UITRUSTING

Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, inzonderheid artikels 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad;

Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen;

Gelet op het Bestuursdecreet van 7 december 2018;

Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht;

Gelet op de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen;

Gelet op de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, inzonderheid artikel 42, § 1, 1° a) (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van € 144.000,00 niet);

Gelet op het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen;

Gelet op het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 90, 1°;

Overwegende dat de uitgave voor de opdracht “Aanstellen van een studiebureau voor de theatertechnische uitrusting” wordt geraamd op € 57.851,24 excl. btw of € 70.000,00 incl. 21% btw (€ 12.148,76 Btw medecontractant);

Overwegende dat voorgesteld wordt de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking;

De aanbestedende overheid behoudt zich het recht voor de opdracht  te gunnen  op basis van de initiële inschrijvingen zonder onderhandelingen te voeren.

Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht voorzien is in het investeringsbudget van 2020.

Besluit: met 30 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Artikel 1

Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.

Artikel 2

De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van 2020.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

AANKOOP VAN EEN ELEKTRISCHE DIENSTWAGEN VOOR BODEDIENST - GOEDKEURING LASTVOORWAARDEN EN GUNNINGSWIJZE

Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, inzonderheid artikels 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad;

Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen;

Gelet op het Bestuursdecreet van 7 december 2018;

Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht;

Gelet op de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen;

Gelet op de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, inzonderheid artikels 2, 6° en 47 §2 die de aanbestedende overheden vrijstelt van de verplichting om zelf een plaatsingsprocedure te organiseren wanneer ze een beroep doen op een aankoopcentrale;

Gelet op de principiële goedkeuring in het schepencollege d.d. 24 oktober 2019 om te starten met de aankoopprocedure, met inachtname van het maximaal te besteden bedrag van € 45.000,00 inclusief btw;

Gelet op de toelichtingsnota van de aankoopdienst, houdende vraag en motivatie om in te tekenen op de raamovereenkomst van de Vlaamse Overheid – Agentschap Facilitair Bedrijf;

Gelet op de overeenkomst met bestek 2016/HFB/OA/32615 van de Vlaamse Overheid – Agentschap Facilitair Bedrijf, Afdeling Aankoopcentrale en Overheidsopdrachten, Havenlaan 88 bus 60 te 1000 Brussel, aanbesteed via open aanbesteding;

Overwegende dat de einddatum van deze raamovereenkomst verlengd werd tot 15 februari 2020;

Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 37.190,08 excl. btw of
€ 45.000,00 incl. 21 % btw;

Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht voorzien is in het investeringsbudget van 2019, op budgetcode GEM/24310000/011906 (actie 1419/003/009/002/003);

Besluit: met 30 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Artikel 1

Goedkeuring te verlenen aan de raamovereenkomst met nr. 2016/HFB/OA/32615 – perceel 3 (elektrische kleine volumewagens) van de Vlaamse Overheid – Agentschap Facilitair Bedrijf en de raming voor de opdracht “Aankoop van een elektrische dienstwagen voor bodedienst”. De raming bedraagt € 37.190,08 excl. btw of € 45.000,00 incl. 21 % btw.

Artikel 2

De uitvoering dient te gebeuren overeenkomstig de voorwaarden vastgelegd in de overeenkomst 2016/HFB/OA/32615 – perceel 3.

Artikel 3

De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van 2019, op budgetcode GEM/24310000/011906 (actie 1419/003/009/002/003).

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

DEELNAME AAN RAAMCONTRACT AANKOOPCENTRALE STAD BRUGGE VOOR POSTVERWERKING - GOEDKEURING LASTVOORWAARDEN EN GUNNINGSWIJZE

Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, inzonderheid artikels 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad;

Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen;

Gelet op het Bestuursdecreet van 7 december 2018;

Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht;

Gelet op de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen;

Gelet op de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, inzonderheid artikels 2, 36° en 48 die een gezamenlijke realisatie van de opdracht in naam en voor rekening van meerdere aanbesteders toelaat en inzonderheid artikel 2, 35° die de aanbestedende overheden vrijstelt van de verplichting om zelf een plaatsingsprocedure te organiseren wanneer ze een beroep doen op een aankoop- of opdrachtencentrale;

Gelet op de wet van 17 juni 2016 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 43, betreffende raamovereenkomsten;

Gelet op de gunning in het schepencollege van Stad Brugge d.d. 20 november 2019, van een raamovereenkomst voor het ophalen, frankeren en distribueren van de poststukken, waarbij Stad Brugge optreedt als opdrachtencentrale;

Overwegende dat Stad Brugge deze opdracht toewees aan de firma bpost NV van publiek recht, Muntcentrum te 1000 Brussel;

Overwegende dat deze intekening op het raamcontract van Stad Brugge aan te bevelen is omwille van het schaalvoordeel en om een betere marktpositie te kunnen innemen, wanneer een aantal besturen en andere organisaties samenwerken en Stad Brugge optreedt als opdrachtencentrale;

Overwegende dat bovendien een aanzienlijke besparing in tijd en geld wordt verwezenlijkt, vermits het bestuur zelf geen gunningsprocedure dient te voeren;

Overwegende dat meer dan 200 overheden en andere instanties eveneens intekenen op dit raamcontract;

Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 442.975,21 excl. btw of
€ 536.000,00 incl. 21 % btw over 48 maanden voor de twee entiteiten samen;

Overwegende dat de opdracht zal worden afgesloten voor een duur van 48 maanden;

Overwegende dat het een gezamenlijke opdracht betreft waarbij gemeentebestuur Schoten in naam van het OCMW Schoten bij de goedkeuring van de overeenkomst zal optreden;

Overwegende dat gezamenlijk aankopen kan leiden tot aanzienlijke besparingen en administratieve vereenvoudiging;

Overwegende dat de administratieve en financiële afhandeling gebeurt tussen de bestellende overheid gemeentebestuur Schoten en OCMW enerzijds en de opdrachtnemer bpost NV van publiek recht, Muntcentrum te 1000 Brussel, BE 0214 596 464 anderzijds onderling, zonder tussenkomst van de aanbestedende overheid (Stad Brugge);

Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht zal voorzien zijn in de meerjarenbegroting 2020-2025;

Besluit: met 30 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Artikel 1

Goedkeuring te verlenen aan het raamcontract van Stad Brugge en aan de raming voor de opdracht “Deelname aan raamcontract aankoopcentrale Stad Brugge voor postverwerking”. De raming bedraagt € 536.000,00 incl. 21 % btw over 48 maanden voor gemeentebestuur en OCMW samen (tot einde 2023).

Artikel 2

Goedkeuring te verlenen aan de offerte en aan de algemene verbintenis van bpost NV van publiek recht, Muntcentrum te 1000 Brussel.

Artikel 3

In toepassing van artikel 2, 35° van de wet van 17 juni 2016 betreffende de overheidsopdrachten, zal Stad Brugge optreden als opdrachtencentrale in die zin dat ze overheidsopdrachten of raamovereenkomsten met betrekking tot werken, leveringen of diensten plaatst die bestemd zijn voor aanbestedende overheden, overheidsbedrijven of aanbestedende entiteiten, in casu Lokaal Bestuur Schoten.

Artikel 4

Gemeentebestuur Schoten handelt eveneens in naam van OCMW Schoten (aparte facturatie).

Artikel 5

In geval van een juridisch geschil omtrent deze overheidsopdracht, is elk deelnemend bestuur mee verantwoordelijk voor alle mogelijke kosten in verhouding tot zijn aandeel in de opdracht.

Artikel 6

Afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan de deelnemende besturen.

Artikel 7

De uitgave voor deze opdracht zal voorzien zijn in de meerjarenbegroting 2020-2025.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

BELEIDSVISIE DETAILHANDEL BAANWINKELS EN STRATEGISCH COMMERCIEEL PLAN

Gelet op het Decreet integraal handelsvestigingsbeleid;

Gelet op het GRS Schoten die kernversterking en leegstandbestrijding naar voor schuift;

Gelet op het GRS Schoten dat de leefbaarheid en het concurrentieel vermogen van de centrumstraat wenst te verhogen ;

Gelet op het GRS Schoten dat differentiatie in het aanbod tussen het centrum en de kleinhandelsconcentratie Bredabaan wenst door te voeren;

Gelet op de afbakening van het kernwinkelgebeid (GR26 juni 2018);

Gelet op de gevoerde bespreking;

Besluit: met 27 stemmen ja, 3 onthoudingen

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Peter Arnauw, Maya De Backer, Olivier Coppensonthouden zich.

Artikel 1

Akkoord te gaan met het Strategisch commercieel plan.

Artikel 2

Akkoord te gaan met de beleidsvisie detailhandel Bredabaan-Brechtsebaan.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

AANDUIDING AFGEVAARDIGDEN ERFGOEDCEL VOORKEMPEN

Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, inzonderheid artikel 34 (stemmingen) en artikel 396 e.v. (intergemeentelijke samenwerking);

Gelet op de goedkeuring van deelname aan de projectvereniging Erfgoedcel Voorkempen door de gemeenteraad in zitting van.28 november 2019;

Gelet op de goedkeuring van de statuten van de projectvereniging Erfgoedcel Voorkempen door de gemeenteraad in zitting van 28 november 2019;

Gelet op artikel 8 van de statuten van de projectvereniging Erfgoedcel Voorkempen inzake de samenstelling van de raad van bestuur;

Overwegende dat elke gemeenteraad één stemgerechtigd lid afvaardigt naar de raad van bestuur; uitsluitend burgemeesters of schepenen kunnen dit mandaat vervullen;

Overwegende dat elke gemeenteraad één plaatsvervangend stemgerechtigd lid aanduidt; uitsluitend gemeenteraadsleden verkozen op een lijst waarvan de verkozenen deel uitmaken van het college van burgemeester en schepenen kunnen dit mandaat vervullen;

Overwegende dat iedere deelnemende gemeente ook één afgevaardigde met raadgevende stem aanduidt; het betreft een raadslid verkozen op een lijst waarvan geen enkele verkozene deel uitmaakt van het college van burgemeester en schepenen;

Overwegende dat iedere deelnemende gemeente ook één plaatsvervangend raadgevend lid aanduidt; het betreft een raadslid verkozen op een lijst waarvan geen enkele verkozene deel uitmaakt van het college van burgemeester en schepenen;

Gelet op de gevoerde bespreking;

Gaat bij geheime stemming over tot de aanduiding van een stemgerechtigd lid van de raad van bestuur van de intergemeentelijke projectvereniging Erfgoedcel Voorkempen:

Aantal deelnemers: 30

Charlotte Klima bekomt 26 stemmen ja en 1 stem neen. Er zijn 3 onthoudingen.

Gaat bij geheime stemming over tot de aanduiding van een plaatsvervangend stemgerechtigd lid van de raad van bestuur van de intergemeentelijke projectvereniging Erfgoedcel Voorkempen:

Aantal deelnemers: 30

Christof Victor bekomt 25 stemmen ja en 2 stemmen neen. Er zijn 3 onthoudingen.

Gaat bij geheime stemming over tot de aanduiding van een afgevaardigde met raadgevende stem voor de raad van bestuur van de intergemeentelijke projectvereniging Erfgoedcel Voorkempen:

Aantal deelnemers: 30

Erik Block bekomt 7 stemmen ja en 6 stemmen neen. Er zijn 17 onthoudingen.

Piet Bouciqué bekomt 7 stemmen ja en 5 stemmen neen. Er zijn 17 onthoudingen en 1 blanco stem.

Gelet op de gelijkheid van stemmen voor beide kandidaten;

Gelet op artikel 24 van het huishoudelijk reglement dat stelt dat als bij een eerste stemming sommige kandidaten een gelijk aantal stemmen hebben, de jongste kandidaat tot een herstemming wordt toegelaten;

Overwegende dat Erik Block de jongste kandidaat is en in de herstemming volgende stemmen bekwam: 9 stemmen ja, 5 stemmen neen, 15 onthoudingen en 1 ongeldige stem;

Gaat bij geheime stemming over tot de aanduiding van een plaatsvervanger met raadgevende stem voor de raad van bestuur van de intergemeentelijke projectvereniging Erfgoedcel Voorkempen.

Aantal deelnemers: 30

Kurt Vermeiren bekomt 7 stemmen ja en 6 stemmen neen. Er zijn 17 onthoudingen.

Besluit:

Enig artikel

Volgende mandatarissen af te vaardigen naar de raad van bestuur van de intergemeentelijke projectvereniging Erfgoedcel Voorkempen:

- Charlotte Klima (N-VA) als stemgerechtigd lid

- Christof Victor (N-VA) als plaatsvervangend stemgerechtigd lid

- Erik Block (CD&V) als afgevaardigde met raadgevende stem

- Kurt Vermeiren (Sp.a) als plaatsvervanger met raadgevende stem.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

AGBS - TARIEFREGELING 1/01/2020 - 31/12/2020

Gelet op het Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen;

Gelet op artikel 235, artikel 236 §1 en artikel 242, §4 van het Decreet lokaal bestuur;

Gelet op artikel 8 van de beheersovereenkomst van 30 september 2016;

Gelet op artikel 35 §2 van de statuten van het AGBS;

Gelet op het retributiereglement goedgekeurd door de raad van bestuur van het AGBS d.d. 28 november 2019;

Overwegende dat er een nieuw prijssubsidiereglement, geldig vanaf 1 januari 2020, zal worden opgemaakt tussen de Gemeente en het AGBS;

TARIEFREGELING vanaf 01.01.2020 tot 31.12.2020 (ALS BIJLAGE BIJ DE BEHEERSOVEREENKOMST)

Voorstel van tariefregeling voor het gebruik van de sporthallen De Zeurt en Vordensteyn

Overwegende dat:

Het AGBS onlangs haar operationele inkomsten en uitgaven geraamd heeft voor het jaar 2020  n.a.v. de meerjarenplanning 2020-2025.

Op basis van deze raming heeft AGBS vastgesteld dat voor bovenvermelde periode de inkomsten uit het recht op toegang tot de sportinfrastructuur alsook het verlenen van het recht om er gebruik van te maken samen met onder meer andere inkomsten, minstens € 401.084,02 (excl. BTW) voor 2020 zouden moeten bedragen om economisch rendabel te zijn.

Het AGBS er op toeziet dat de te hanteren tarieven en tariefstructuur met betrekking tot het gebruik van de sportinfrastructuur op een transparante wijze de kostenstructuur reflecteren.

Om vooralsnog economisch rendabel te zijn, het AGB vanaf 1 januari 2020 de voorheen voorziene toegangsprijzen (eigen bijdragen vermenigvuldigd met factor 0) voor het recht op toegang tot sportinfrastructuur of het recht om gebruik te maken van de betreffende sporthallen aanpast. Dat deze tariefaanpassing aldus zal gebeuren door de voorziene eigen bijdragen voor gebruikers en bezoekers (inclusief btw) te vermenigvuldigen met een factor 3,28 (klantengedeelte 1 - prijssubsidiefactor 3,28).

Rekening houdend met de sportieve en sociale functie van de betreffende sporthallen, de Gemeente evenwel wenst dat er geen extra aanrekening van bedragen gebeurt ten aanzien van gebruikers en bezoekers van de sporthallen. De Gemeente zich er bijgevolg toe verbindt om voor de periode vanaf 1 januari 2020 tot en met 31 december 2020 deze prijsverhoging te subsidiëren middels de toekenning van prijssubsidies.

Het nieuwe tarief aldus is samengesteld uit (1) de vergoeding die door de gebruiker betaald wordt (prijzen in het retributiereglement d.d. 28 november 2019) en (2) een prijssubsidie die door de gemeente wordt toegekend aan het AGB. Op de factuur aan de gebruikers en bezoekers beide componenten van de prijs zullen worden weergegeven.

De vergoedingen die door de gebruiker zelf effectief dienen betaald te worden (eigen bijdragen) dezelfde zijn gebleven als voorheen. Dat aldus in het kader van de nieuwe tarieven, de benaming ‘retributiereglement’ wijzigt in ‘tariefregeling’ en dat hierna in dat kader enkel de onveranderd gebleven vergoedingen worden hernomen, met dien verstande dat met de term ‘retributie’/’tarief’, enkel de eigen vergoeding (bijdrage) van de gebruiker of bezoeker wordt bedoeld, zoals eveneens hiervoor reeds aangehaald.

RETRIBUTIEREGLEMENT GEBRUIK SPORTACCOMMODATIES

Art.  1.-Vanaf heden tot en met 31 december 2025 wordt een retributie gevestigd ten laste van de gebruikers van de volgende sportaccommodaties: sporthal Vordensteyn, sporthal De Zeurt

 

Art.  2.-Sporthal Vordensteyn:

Het bedrag van de retributie wordt als volgt vastgesteld:

I.a)scholen gelegen op het grondgebied van Schoten:

1/1 zaal      1/2 zaal      1/3 zaal     JWKY (*)

- per schooljaar:300,00 euro150,00 euro100,00 euro50,00 euro

(in schoolverband en tussen de lesuren van maan- tot vrijdag aan 1 lesuur per 14 dagen)

1/1 zaal      1/2 zaal      1/3 zaal     JWKY (*)

- occasioneel16,80 euro8,40 euro5,60 euro3,70 euro

   gebruik: (tarief per uur)

1/1 zaal      1/2 zaal      1/3 zaal     JWKY (*)

- schoolsportdagen:33,60 euron.v.t.n.v.t.n.v.t.

   (tarief per halve dag)

(*) judo-, worstel-, karate- of yogazaal

b)  scholen buiten het grondgebied van Schoten:

1/1 zaal      1/2 zaal      1/3 zaal     JWKY (*)

tarief per uur:30,00 euron.v.t.n.v.t.10,00 euro

II. Trainingen en/of wedstrijden:

Tarief per uur:1/1 zaal     1/2 zaal     1/3 zaal     JWKY (*)

- vereniging van Schoten:15,00 euro7,50 euro5,00 euro5,00 euro

- jeugdvereniging van Schoten:10,50 euro5,25 euro3,50 euro3,50 euro

- +3 vereniging van Schoten:10,50 euro5,25 euro3,50 euro3,50 euro

- G-vereniging van Schoten:10,50 euro5,25 euro3,50 euro3,50 euro

- niet-erkende Schotense vereniging:30,00 euro15,00 euro10,00 euro10,00 euro

- andere verenigingen:40,00 euro20,00 euro15,00 euro15,00 euro

(*) judo-, worstel-, karate- of yogazaal

 

III. Clubmanifestaties

Enkel voor Schotense verenigingen en enkel op zaterdag en/of zondag van 8.00 u. tot 23.00 u.

a. Clubmanifestaties van Schotense sportverenigingen, per blok van 5 uur :

1/1 zaal     JWKY (*)

 Per blok van 5 uur50,00 euro16,00 euro

Per bijkomend uur gelden de tarieven zoals vermeld in II.

b. Voor de gereserveerde uren die gebruikt worden om de zaal klaar te zetten of op te ruimen                             gelden de tarieven zoals vermeld onder II.

c. Tarief voor het op- en afstellen van de beschermvloer:

- door de vereniging zelf: gratis,

- door de gemeentelijke diensten: 35,00 euro per uur en per persoon.

d. G-sportinitiatieven genieten voor de specifieke G-sportmanifestaties een korting van 30%                             op deze clubmanifestaties en/of feestelijkheden.

Art.  3.-Sporthal De Zeurt:

Het bedrag van de retributie wordt als volgt vastgesteld:

I.  a)scholen gelegen op het grondgebied van Schoten:

1/1 zaal     1/2 zaal     1/3 zaal     1/4 zaal

- per schooljaar:300,00 euro150,00 euro100,00 euron.v.t.

(in schoolverband en tussen de lesuren van maan- tot vrijdag aan 1 lesuur per 14 dagen)

1/1 zaal     1/2 zaal     1/3 zaal     1/4 zaal

- occasioneel gebruik:16,80 euro8,40 euro5,60 euron.v.t.

   (tarief per uur)

1/1 zaal     1/2 zaal     1/3 zaal     1/4 zaal

- schoolsportdagen:33,60 euron.v.t.n.v.t.n.v.t.

   (tarief per halve dag)

b)  scholen buiten het grondgebied van Schoten:

1/1 zaal     1/2 zaal     1/3 zaal     1/4 zaal

tarief per uur:30,00 euron.v.t.n.v.t.n.v.t.

 

II. Trainingen en/of wedstrijden:

Tarief per uur:    1/1 zaal     1/2 zaal      1/3 zaal     1/4 zaal

- vereniging van Schoten:24,00 euro12,00 euro8,00 euro6,00 euro

- jeugdvereniging van Schoten:16,00 euro8,00 euro5,40 euro4,00 euro

- +3 vereniging van Schoten:16,00 euro8,00 euro5,40 euro4,00 euro

- G-vereniging van Schoten:16,00 euro8,00 euro5,40 euro4,00 euro

- niet-erkende Schotense vereniging:48,00 euro24,00 euro16,00 euro12,00 euro

- andere verenigingen:60,00 euro30,00 euro20,00 euro15,00 euro

 

 

III. Clubmanifestaties

a. Clubmanifestaties van Schotense sportverenigingen, per blok van 5 uur :

1/1 zaal: 75,00 euro;

Per bijkomend uur gelden de tarieven zoals vermeld in II.

b. Voor de gereserveerde uren die gebruikt worden om de zaal klaar te zetten of op te ruimen                             gelden de tarieven zoals vermeld onder II.

c. Tarief voor het op- en afstellen van de beschermvloer:

- door de vereniging zelf: gratis,

- door de gemeentelijke diensten: 35,00 euro per uur en per persoon.

d. G-sportinitiatieven genieten voor de specifieke G-sportmanifestaties een korting van 30%                             op deze clubmanifestaties en/of feestelijkheden.

Art. 6.-De minimale gebruiksperiode bedraagt één uur. Bij reservaties van meer dan een uur is het uurtarief zoals voorzien in artikel 2.- en 3.- opsplitsbaar naar een halfuur-tarief (50%).             

Art. 7.-De vastgestelde tarieven worden ingevorderd als retributie. De annulering van een reservatie dient minstens 2 dagen op voorhand te gebeuren voor reguliere reservaties en minstens 1 maand op voorhand voor manifestaties, behoudens in gevallen van heirkracht.

Onder heirkracht wordt verstaan officiële afgelasting door de sportfederatie of een officieel forfait van de tegenstander.

Reservaties die niet tijdig geannuleerd worden, zullen gefactureerd worden.

Art. 8.-Onder Schotense clubs of verenigingen, zoals vermeld in onderhavig besluit, wordt verstaan een vereniging die in het kader van het gemeentelijk erkenningsreglement een erkenning heeft bekomen van het gemeentebestuur van Schoten.

Onder jeugdvereniging van Schoten, zoals vermeld in onderhavig besluit, wordt verstaan een vereniging of team waarvan de meerderheid van de sportbeoefenaars - leiding en trainers niet inbegrepen - niet ouder zijn dan 18 jaar en die in het kader van het gemeentelijk erkenningsreglement een erkenning heeft bekomen van het gemeentebestuur van Schoten.

Het jeugdtarief wordt enkel gehanteerd voor de periodes van effectieve jeugdwerking in het ter beschikking gestelde deel van de sportaccommodatie.

Onder 3+ vereniging van Schoten, zoals vermeld in onderhavig besluit, wordt verstaan een vereniging of team waarvan de meerderheid van de sportbeoefenaars - leiding en trainers niet inbegrepen - niet jonger zijn dan 50 jaar en  die in het kader van het gemeentelijk erkenningsreglement een erkenning heeft bekomen van het gemeentebestuur van Schoten.

Het 3+ tarief wordt enkel gehanteerd voor de periodes van effectieve 3+ werking in het ter beschikking gestelde deel van de sportaccommodatie.

Onder G-vereniging van Schoten, zoals vermeld in onderhavig besluit, wordt verstaan een vereniging die binnen zijn gewone clubwerking op basis van projectmatige of parallelle gehandicaptenwerking - op zowel permanente als projectmatige basis - initiatieven ontplooien en die in het kader van het gemeentelijk erkenningsreglement een erkenning heeft bekomen van het gemeentebestuur van Schoten.

Het G-tarief wordt enkel gehanteerd voor de periodes van effectieve G-werking in het ter beschikking gestelde deel van de sportaccommodatie.

Art.  9.- Aanvragen van verenigingen die niet ressorteren onder een van de in artikel 8 vermelde categorieën dienen voor goedkeuring rechtstreeks gericht te worden aan het AGBS.

Art. 10.- Bij misbruik van een reservatie door het overschrijden van de aangevraagde tijdslimiet of het overschrijden van het aangevraagde zaalgedeelte zal het tarief aangepast worden aan de reële situatie en dit met ingang vanaf het begin van de meest recente gebruiksperiode.

Art. 11.- Voor de toegang tot de sportzaal “De Zeurt” wordt er aan de gebruikers een magnetische toegangskaart bezorgd. Bij beschadiging, diefstal of verlies van deze kaart zal een bedrag van 10,00 euro aangerekend worden voor de vervanging ervan.

Art. 12.- De bevoegde beambten zijn gemachtigd om alle vaststellingen in verband met deze verordening uit te voeren. Betrokkenen zijn ertoe gehouden deze vaststellingen te laten uitvoeren en eventueel te vergemakkelijken.

Besluit: met 30 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Enig artikel

Goedkeuring te hechten aan de nieuwe tarieven voor het gebruik van sporthal Vordensteyn en sporthal De Zeurt die van toepassing zijn vanaf 1 januari 2020 tot en met 31 december 2020 zoals opgenomen in de tariefregeling.

De nieuwe tarieven worden berekend door de prijzen in het retributiereglement goedgekeurd door de raad van bestuur d.d. 28 november 2019 te vermenigvuldigen met een factor 3,28 (klantengedeelte 1 - prijssubsidiefactor 3,28).

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

PRIJSSUBSIDIEREGLEMENT 1/01/2020 - 31/12/2020

Gelet op het Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen;

Gelet op artikel 235, artikel 236 §1 en artikel 242 §4 van het Decreet lokaal bestuur;

Gelet op artikel 5bis en artikel 8 van de beheersovereenkomst tussen de gemeente en het AGB van 30 september 2016;

Gelet op artikel 35 van de statuten van het AGB d.d. 21 december 2017;

Gelet op de beslissing van de raad van bestuur van het AGB van 28 november 2019 houdende de vaststelling van de tariefregeling;

Overwegende dat de gemeente, gezien haar sociaal-maatschappelijke functie wenst dat de gebruikers van de sporthal dit kunnen doen aan een beperkte vergoeding en hierdoor, middels een prijssubsidie tussenkomt in de kostprijs en dit gelet op artikel 5bis en artikel 8 van de beheersovereenkomst;

Gelet op de gevoerde bespreking;

Besluit: met 30 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Enig artikel

Goedkeuring te hechten aan het voorstel van het prijssubsidiereglement "sporthallen Schoten (De Zeurt en Vordensteyn)" voor de periode 1 januari 2020 tot en met 31 december 2020 tussen de gemeente en het AGB.

 

PRIJSSUBSIDIEREGLEMENT SPORTHALLEN SCHOTEN (DE ZEURT EN VORDENSTEYN)

 

TUSSEN

1. De Gemeente Schoten, met zetel te Verbertstraat 3, 2900 Schoten, hier vertegenwoordigd door het College van Burgemeester en Schepenen, voor wie optreden, de heer Maarten De Veuster, burgemeester en de heer Rony Lejaeghere, algemeen directeur,

hierna genoemd "Gemeente", enerzijds,

en

2. Het Autonoom Gemeentebedrijf Schoten, met zetel te Verbertstraat 3, 2900 Schoten, vertegenwoordigd door de Raad van Bestuur op haar beurt vertegenwoordigd door de voorzitter van de Raad van Bestuur en twee leden van het Directiecomité overeenkomstig artikel 33 van de statuten,

hierna genoemd "AGB", anderzijds,

Ieder afzonderlijk ook aangeduid als “een partij” en gezamenlijk als “de partijen”.

WORDT OVEREENGEKOMEN DAT

de Gemeente prijssubsidies zal toekennen aan het AGB voor de activiteiten van deze laatste in de sporthallen De Zeurt (Eksterdreef 6, 2900 Schoten)  en Vordensteyn (Vordensteintraat 76, 2900 Schoten) en meer bepaald het verlenen van het recht tot toegang tot de sportinfrastructuur of het verlenen van het recht er gebruik van te maken. Dit subsidiereglement legt de toekenning van deze prijssubsidies vast en geldt voor de periode vanaf 1/01/2020 tot 31/12/2020.

Daarbij wordt uitgegaan van volgende voorwaarden:

-Het AGB heeft haar operationele inkomsten en uitgaven geraamd voor een periode van 12 maanden, i.e. van 1 januari 2020 tot en met 31 december 2020.

-Op basis van deze raming heeft AGB vastgesteld dat voor bovenvermelde periode de inkomsten uit het recht op toegang tot de sportinfrastructuur alsook het verlenen van het recht om er gebruik van te maken samen met onder meer andere inkomsten, minstens 401.084,02 EUR (excl. BTW) voor 2020 zouden moeten bedragen om economisch rendabel te zijn.

-Om vooralsnog economisch rendabel te zijn, wenst AGB vanaf 1 januari 2020 de voorziene toegangsprijzen (inclusief btw) voor het recht op toegang tot sportinfrastructuur of het recht om gebruik te maken van de betreffende sporthallen aan te passen door deze te vermenigvuldigen met een factor 3,28 (klantengedeelte 1 - prijssubsidiefactor 3,28).

-De Gemeente erkent dat het AGB op basis van de betreffende raming, inderdaad de voorziene toegangsprijzen (inclusief btw) voor recht op toegang tot sportinfrastructuur of het recht om gebruik te maken van de betreffende sporthallen moet vermenigvuldigen met een factor 3,28 (klantengedeelte 1 - prijssubsidiefactor 3,28) om economisch rendabel te zijn.

-Rekening houdend met de sportieve en sociale functie van de betreffende sporthallen wenst de Gemeente evenwel dat er geen extra aanrekening van bedragen gebeurt ten aanzien van gebruikers en bezoekers van de sporthallen. De Gemeente wenst immers de effectief door de gebruikers en bezoekers zelf te betalen toegangsgelden te beperken opdat Sporthal De Zeurt en Sporthal Vordensteyn toegankelijk zouden kunnen zijn en blijven voor iedereen. Bijgevolg verbindt de Gemeente zich ertoe om voor de periode vanaf 1 januari 2020 tot en met 31 december 2020 deze prijsverhoging te subsidiëren middels de toekenning van prijssubsidies. De waarde van de prijssubsidie toegekend door de Gemeente bedraagt de prijs die de gebruiker of bezoeker voor het gebruik of recht op toegang betaalt (inclusief btw), vermenigvuldigd met een factor 3,28 (klantengedeelte 1 - prijssubsidiefactor 3,28).

-Het tariefreglement zoals dat wordt aangepast met aangepaste prijzen door  het AGB en met aanduiding van de eigen bijdrage van gebruiker/bezoeker en de prijssubsidie van de Gemeente, is opgenomen in bijlage.

-Het AGB zal met betrekking tot de ontvangen prijssubsidies 6% btw moeten afdragen.

-Partijen erkennen dat de prijssubsidies afhankelijk zijn van de gehanteerde tarieven, maar ook van de kostprijs van exploitatie van de sportinfrastructuur. Als ter zake tarieven en/of kostprijs significante wijzigingen ondergaan, kunnen de prijssubsidies gewijzigd worden voor de toekomstige periode. Indien een periodieke evaluatie van het operationele resultaat een aanpassing van de prijssubsidies zouden noodzaken, zal in onderling overleg tussen partijen bij deze overeenkomst een addendum gevoegd worden, waarin de nieuwe modaliteiten bepaald worden (aan de hand van een gemeenteraadsbeslissing).

-Uit voorgaande volgt dat de gesubsidieerde toegangsprijzen (inclusief 6% btw) steeds kunnen  gerevalueerd worden tijdens de periode van 1 januari 2020 en 31 december 2020 in het kader van een periodieke evaluatie van het operationele resultaat van AGB.  In de mate er een prijssubsidieaanpassing noodzakelijk is, zal de Gemeente deze steeds documenteren (bv. aan de hand van de gemeenteraadsbeslissing).

-Het AGB moet op de 20e werkdag van elke maand aan de Gemeente een overzicht bezorgen van het aantal gebruikers en bezoekers waaraan recht op toegang (of recht van gebruik) is verleend tot de sportinfrastructuur (Sporthallen De Zeurt en Vordensteyn) tijdens de voorbije maand. Dit overzicht dient tevens het bedrag aan te betalen prijssubsidies te bevatten. De afrekening van deze prijssubsidies zal gebeuren middels de uitreiking van een debetnota die het AGB uitreikt aan de Gemeente. De Gemeente dient deze debetnota te betalen aan het AGB binnen de 30 werkdagen na ontvangst.

 

 

Opgemaakt in twee exemplaren te Schoten op 17 december 2019,

Elke partij verklaart een exemplaar ontvangen te hebben.

 

 

 

 

Voor de Gemeente

 

 

 

 

 

Rony LejaeghereMaarten De Veuster

Algemeen directeurBurgemeester

 

 

Voor het AGB

 

 

 

 

 

Paul De SwaefPaul ValkeniersWouter Rombouts

Voorzitter Raad van BestuurBestuurder-directeurBestuurder-directeur

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

AGBS - GOEDKEURING BUDGETWIJZIGING 2019/2

Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, inzonderheid Titel 3, Hoofdstuk 2 - Het Autonoom Gemeentebedrijf;

Gelet op de wet van 17 juli 1975 op de boekhouding van de ondernemingen, zoals gewijzigd of vervangen;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering 25 juni 2010 betreffende de beleids- en beheerscyclus, zoals gewijzigd;

Gelet op het Ministerieel besluit van 1 oktober 2010 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten en de toelichting ervan en van de rekeningstelsels, zoals gewijzigd;

Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 5 februari 2009 houdende akkoord met de oprichting van het Autonoom Gemeentebedrijf Schoten;

Overwegende dat in deze gemeenteraadszitting eveneens de statuten van het Autonoom Gemeentebedrijf Schoten werden goedgekeurd;

Gelet op het besluit d.d. 11 mei 2009 van Vlaams minister Marino Keulen houdende de goedkeuring van de beslissing van de gemeenteraad van Schoten van 5 februari 2009 waarbij het Autonoom Gemeentebedrijf Schoten wordt opgericht en de statuten van het bedrijf zijn vastgesteld;

Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 26 april 2012 houdende goedkeuring van de statutenwijziging van het Autonoom Gemeentebedrijf Schoten;

Gelet op het besluit d.d. 23 augustus 2012 van minister Bourgeois houdende goedkeuring van de statutenwijziging van het AGBS;

Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 30 mei 2013 houdende goedkeuring van de statutenwijziging van het Autonoom Gemeentebedrijf Schoten;

Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 21 december 2017 houdende goedkeuring van de statutenwijziging van het Autonoom Gemeentebedrijf Schoten;

Gelet op het besluit d.d. 9 februari 2018 van minister Homans houdende goedkeuring van de statutenwijziging van het AGBS;

Overwegende dat artikel 35 van de statuten van het Autonoom Gemeentebedrijf Schoten bepaalt dat de raad van bestuur van het Autonoom Gemeentebedrijf Schoten het voorstel van budget / budgetwijziging na vaststelling in de raad van bestuur ter goedkeuring voorlegt aan de gemeenteraad;

Gelet op het besluit van de raad van bestuur van het AGBS d.d. 28 november 2019 houdende de vaststelling van de budgetwijziging 2019/2 van het AGBS;

Gelet op de voorliggende budgetwijziging 2019/2 van het AGBS;

Gelet op de gevoerde bespreking;

Besluit: met 30 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Enig artikel

Goedkeuring te hechten aan de budgetwijzing 2019/2 van het Autonoom Gemeentebedrijf Schoten.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

MEERJARENPLANNING 2020-2025 AGBS

Gelet op het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen;

Gelet op artikel 41 en 78 van het decreet lokaal bestuur, die stellen dat de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn bevoegd zijn voor het vaststellen van de beleidsrapporten;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids-en beheerscyclus van de lokale besturen en meer specifiek titel 2 , hoofdstuk 2: het meerjarenplan;

Gelet op het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningstelstelsels en de digitale rapportering van de beleids-en beheerscyclus van de lokale besturen;

Gelet op het voorliggend ontwerp van het meerjarenplan;

Gelet op het voorliggende meerjarenplan 2020-2025 van het Autonoom Gemeentebedrijf Schoten;

Gelet op artikel 242 van het decreet lokaal bestuur dat stelt dat de raad van bestuur van het AGB het meerjarenplan vaststelt en ter goedkeuring voorlegt aan de gemeenteraad;

Gelet op de vaststelling van het meerjarenplan 2020-2025 door de raad van bestuur van het Autonoom Gemeentebedrijf Schoten op 28 november 2019;

Gelet op de gevoerde bespreking;

Besluit: met 30 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Enig artikel

Goedkeuring te hechten aan de meerjarenplanning 2020 - 2025 van het Autonoom Gemeentebedrijf Schoten.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

KERKFABRIEK HEILIG HART: BUDGETWIJZIGING 2019/2

Gelet op het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en de werking van de erkende erediensten, inzonderheid artikel 50 aangaande de budgetwijzigingen en laatste wijzigingen;

Overwegende dat budgetwijzigingen van de kerkfabrieken voor 15 september van het lopende jaar bij de gemeenteoverheid moeten worden ingediend door het centraal kerkbestuur waaronder de kerkfabrieken ressorteren;

Gelet op het voorstel van budgetwijziging 2019/2 van de kerkfabriek Heilige Hart;

Overwegende dat deze budgetwijziging 2019/2 werd goedgekeurd door de kerkraad op 25 november 2019 en dat ze bij de gemeente werd ingediend op 28 november 2019;

Gelet op het besluit d.d. 24 september 2018 van de gouverneur tot goedkeuring van de jaarrekening over het boekjaar 2017 van de kerkfabriek Heilig Hart mits aanpassing van het exploitatie- en het investeringsresultaat 2017;

Overwegende dat de kerkfabriek Heilig Hart deze aanpassingen nog niet doorvoerde wat tot onrealistische resultaten leidde in het oorspronkelijk ingediende Meerjarenplan 2020-2025 en het Budget 2020, die door de kerkfabriek terug ingetrokken werden;

Overwegende dat de kerkfabriek Heilig Hart deze aanpassingen nu opneemt in een laattijdige budgetwijziging 2019/2;

Overwegende dat voorliggende budgetwijziging past binnen het meest recente goedgekeurde meerjarenplan van de kerkfabriek;

Gelet op het gunstig advies van het bisdom Antwerpen d.d. 25 november 2019 aangaande voorliggende budgetwijziging van de kerkfabriek Heilig Hart;

Gelet op de gevoerde bespreking;

Neemt akte:

Enig artikel

De gemeenteraad neemt akte van de budgetwijziging 2019/2 van de kerkfabriek Heilig Hart.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

KERKFABRIEKEN: MEERJARENPLANNEN 2020-2025

Gelet op het Besluit van de Vlaamse Regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten, en latere wijzigingen;

Gelet op de Omzendbrief BB 2013/01 betreffende de boekhouding van de besturen van de eredienst;

Gelet inzonderheid op artikel 41 en volgende van het Decreet van 7 mei 2004 houdende de verplichting voor de kerkraad om binnen de zes maanden na de installatie van de gemeenteraad na de gehele vernieuwing van deze raad, een meerjarenplan vast te stellen dat de financiële afspraken bevat tussen de kerkfabriek en de gemeente voor een periode van zes jaar, ingaande op 1 januari van het tweede jaar dat volgt op de algehele vernieuwing van de gemeenteraad;

Overwegende dat de meerjarenplannen en de wijzigingen onderworpen zijn aan het advies van het erkend representatief orgaan en aan de goedkeuring van de gemeenteraad;

Overwegende dat de gemeenteraad zijn besluit verstuurt aan de provinciegouverneur, aan het centraal kerkbestuur, aan de kerkfabrieken in kwestie en aan het erkend representatief orgaan;

Gelet op de ingediende voorstellen van Meerjarenplan 2020-2025 door de kerkfabrieken Sint-Cordula, Heilig Hart, Heilige Familie, O.L.V. Koningin van alle Heiligen en Sint-Filippus;

Gelet op de besprekingen zoals gevoerd tussen een delegatie van het college van burgemeester en schepenen en het centraal kerkbestuur;

Overwegende dat het voorafgaande overleg met de vertegenwoordigers van de kerkfabrieken heeft geleid tot een consensus; dat de afsprakennota door het college van burgemeester en schepenen goedgekeurd werd op 10 oktober 2019;

Overwegende dat zowel in de nieuwe als de vorige afsprakennota afgesproken werd dat het centraal kerkbestuur de officiële versie van de meerjarenplanning tegen 30 april van het 1ste jaar van de legislatuur aan het lokaal bestuur bezorgt en dat er daarna naar noodzaak afstemmingsrondes volgen om de meerjarenplanning en de bijdrage van het lokaal bestuur vast te stellen;

Gelet op de goedkeuring van de Meerjarenplannen 2020-2025 van de kerkfabrieken door de verschillende kerkraden op 24 oktober (kerkfabriek Sint-Cordula), 30 oktober (Sint-Filippus), 13 november (O.L.V. Koningin van alle Heiligen), 15 november (Heilige Familie) en 25 november 2019 (Heilig Hart);

Gelet op de gunstige adviezen d.d. 24 oktober, 30 oktober, 13 november, 15 november en 25 november 2019 van het Bisdom Antwerpen aangaande de voorliggende Meerjarenplannen 2020-2025 van de voornoemde kerkfabrieken;

Overwegende dat het centraal kerkbestuur de Meerjarenplannen 2020-2025 van de kerkfabrieken gecoördineerd heeft ingediend bij het gemeentebestuur op 20 november 2019;

Overwegende dat afgesproken werd dat het centraal kerkbestuur de officiële versie van de meerjarenplanning tegen 30 april van het 1ste jaar van de legislatuur aan het lokaal bestuur bezorgt en dat daarna er naar noodzaak afstemmingsrondes volgen om de meerjarenplanning en de bijdrage van het lokaal bestuur vast te stellen;

Overwegende dat de administratie, wegens de laattijdige indiening, over zeer weinig tijd beschikte om een grondige en degelijke controle uit te voeren van de gemaakte afspraken, en dat er daardoor onvoldoende tijd restte om opnieuw in overleg te gaan met de kerkfabrieken;

Overwegende dat de opgenomen investeringen die leiden tot een investeringstoelage van gemeentewege overeenstemmen met wat afgesproken werd;

Overwegende dat eveneens afgesproken werd dat de exploitatie-uitgaven kritisch zullen bekeken worden en dat er op basis van effectief verwachte uitgaven zal gebudgetteerd worden;

Overwegende dat er vastgesteld wordt dat de exploitatietoelagen aanzienlijk stijgen in 2021 en verder, in vergelijking met 2020, en dat er vastgesteld wordt dat de kerkfabrieken de exploitatie-uitgaven niet gebudgetteerd hebben op basis van effectief verwachte uitgaven wanneer de vergelijking wordt gemaakt met de resultaten uit de jaarrekening 2018;

Gelet op de gevoerde bespreking;

Besluit: met 29 stemmen ja, tegen 1 stem neen

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Kurt Vermeirenstemt neen.

Artikel 1

De meerjarenplanning 2020 - 2025 voor de kerkfabriek Sint-Cordula goed te keuren, mits aanpassing bij begrotingswijziging 2020 van het exploitatiekrediet conform de afspraken om realistisch te budgetteren (op basis van jaarrekening) en dit in overleg met het lokaal bestuur.

Artikel 2

De meerjarenplanning 2020 - 2025 voor de kerkfabriek Heilig Hart goed te keuren, mits aanpassing bij begrotingswijziging 2020 van het exploitatiekrediet conform de afspraken om realistisch te budgetteren (op basis van jaarrekening) en dit in overleg met het lokaal bestuur.

Artikel 3

De meerjarenplanning 2020 - 2025 voor de kerkfabriek Heilige Familie goed te keuren, mits aanpassing bij begrotingswijziging 2020 van het exploitatiekrediet conform de afspraken om realistisch te budgetteren (op basis van jaarrekening) en dit in overleg met het lokaal bestuur.

Artikel 4

De meerjarenplanning 2020 - 2025 voor de kerkfabriek O.L.V. Koningin van alle Heiligen goed te keuren, mits aanpassing bij begrotingswijziging 2020 van het exploitatiekrediet conform de afspraken om realistisch te budgetteren (op basis van jaarrekening) en dit in overleg met het lokaal bestuur.

Artikel 5

De meerjarenplanning 2020 - 2025 voor de kerkfabriek Sint-Filippus goed te keuren, mits aanpassing bij begrotingswijziging 2020 van het exploitatiekrediet conform de afspraken om realistisch te budgetteren (op basis van jaarrekening) en dit in overleg met het lokaal bestuur.

Artikel 6

Akkoord te gaan om dit besluit te versturen naar de provinciegouverneur, naar het centraal kerkbestuur, naar de kerkfabriek in kwestie en naar het erkend representatief orgaan.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

KERKFABRIEKEN: BUDGET 2020

Gelet op het Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, en latere wijzigingen;

Gelet op het Besluit van de Vlaamse Regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten, en latere wijzigingen;

Gelet inzonderheid op artikel 41 en volgende van het Decreet van 7 mei 2004 houdende de verplichting voor de kerkraad om binnen de zes maanden na de installatie van de gemeenteraad na de gehele vernieuwing van deze raad, een meerjarenplan vast te stellen dat de financiële afspraken bevat tussen de kerkfabriek en de gemeente voor een periode van zes jaar, ingaande op 1 januari van het tweede jaar dat volgt op de algehele vernieuwing van de gemeenteraad;

Overwegende dat de budgetten jaarlijks voor 1 oktober gecoördineerd bij de gemeenteoverheid worden ingediend door het centraal kerkbestuur waaronder de kerkfabrieken ressorteren;

Overwegende dat de gemeenteraad akte neemt van deze budgetten, mits de gemeentelijke bijdrage in het budget binnen de grenzen blijft van het bedrag opgenomen in het goedgekeurde Meerjarenplan;

Overwegende dat de gemeenteraad hiervan kennis geeft aan het centraal kerkbestuur, aan de kerkfabrieken in kwestie en aan het erkend representatief orgaan;

Overwegende dat het centraal kerkbestuur de Budgetten 2020 van de kerkfabrieken gecoördineerd heeft ingediend bij het gemeentebestuur op 20 november 2019;

Gelet op volgende door het centraal kerkbestuur ingediende Budgetten 2020:

­van de kerkfabriek Sint-Cordula

­van de kerkfabriek Heilig Hart

­van de kerkfabriek Heilige Familie

­van de kerkfabriek O.L.V. Koningin van alle Heiligen

­van de kerkfabriek Sint-Filippus;

Overwegende dat deze Budgetten 2020 op 24 oktober, 30 oktober, 13 november, 15 november en 18 november 2019 gunstig geadviseerd werden door het Bisdom Antwerpen;

Gelet op het raadsbesluit van heden houdende de goedkeuring van de Meerjarenplannen 2020 - 2025 van de kerkfabrieken Sint-Cordula, Heilig Hart, Heilige Familie, O.L.V. Koningin van alle Heiligen en Sint-Filippus, mits aanpassing bij begrotingswijziging 2020 van het exploitatiekrediet conform de afspraken om realistisch te budgetteren (op basis van jaarrekening) en dit in overleg met het lokaal bestuur;

Overwegende dat de Budgetten 2020 passen binnen het door de gemeenteraad goedgekeurde budgetjaar 2020 van de Meerjarenplannen 2020-2025 van de kerkfabrieken;

Gelet op de gevoerde bespreking;

Neemt akte:

-van het Budget 2020 van de kerkfabriek Sint-Cordula

-van het Budget 2020 van de kerkfabriek Heilig Hart

-van het Budget 2020 van de kerkfabriek Heilige Familie

-van het Budget 2020 van de kerkfabriek O.L.V. Koningin van alle Heiligen

-van het Budget 2020 van de kerkfabriek Sint-Filippus.

Dit besluit zal bezorgd worden aan het centraal kerkbestuur, aan de kerkfabrieken in kwestie en aan het erkend representatief orgaan.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

IGEAN MILIEU & VEILIGHEID: ACTUALISATIE KAPITAAL

Overwegende dat op de buitengewone algemene vergadering van IGEAN cv van 8.11.2003  de oprichtingsakte van de opdrachthoudende vereniging IGEAN milieu & veiligheid werd verleden;

Overwegende dat op 19.12.2003 de publicatie van de oprichtingsakte en de statuten van IGEAN milieu & veiligheid in de bijlagen van het Belgisch Staatsblad verscheen;

Overwegende dat met de beslissing van de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken van 1.04.2004 de oprichting en de statuten van IGEAN milieu & veiligheid werd goedgekeurd;

Overwegende dat op de buitengewone algemene vergadering van 15.06.2007 de statutenwijziging van IGEAN milieu & veiligheid werd goedgekeurd en gepubliceerd in de bijlagen van het Belgisch Staatsblad op 13.08.2007 onder nr. 07120366;

Overwegende dat op de buitengewone algemene vergadering van 18.12.2013 de statutenwijziging van IGEAN milieu & veiligheid werd goedgekeurd en dit werd bevestigd bij het Ministerieel Besluit van 10.04.2014 van de Vlaamse minister van Bestuurszaken, Binnenlands bestuur, Inburgering, Toerisme en Vlaamse rand;

Overwegende dat op de buitengewone algemene vergadering van 17.06.2016 de statutenwijziging en verlenging van IGEAN milieu & veiligheid tot 21.06.2034 werd goedgekeurd en dit werd bevestigd bij het Ministerieel Besluit van 3.10.2016 van de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Inburgering, Wonen, Gelijke Kansen en Armoedebestrijding;

Overwegende dat op de buitengewone algemene vergadering van 19.12.2018 de statutenwijziging van IGEAN milieu & veiligheid werd goedgekeurd, rekening houdend met het nieuwe decreet lokaal bestuur en dit werd bevestigd bij het Ministerieel Besluit van 27.03.2019 van de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Inburgering, Wonen, Gelijke Kansen en Armoedebestrijding;

Overwegende dat op de jaarvergadering van 28.06.2019 de statutenwijziging van IGEAN milieu & veiligheid werd goedgekeurd, rekening houdend met het nieuwe decreet lokaal bestuur en dit werd bevestigd bij het Ministerieel Besluit van 17.10.2019 van de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Bestuurszaken, Inburgering en Gelijke Kansen;

Gelet op artikel 11 van de statuten van  IGEAN milieu & veiligheid dat stelt dat de basis van de toetreding door de gemeenten wordt vastgesteld op 1,55 euro per inwoner met een maximum van 62.500 euro.  Bij latere toetreding wordt voormelde basis van 1,55 euro door de algemene vergadering aangepast, rekening houdende met de werkelijke waarden van het netto-actief en van de uitgaven die tot dan werden toegestaan voor het algemeen belang.  Voor de berekening wordt gebruik gemaakt van de meest recente officiële bevolkingscijfers van het jaar dat de toetreding voorafgaat. Ingeval van aangroei van de bevolking met aangesneden schijven van 5%, past de jaarvergadering opnieuw het bedrag van het maatschappelijk kapitaal aan dat de gemeente plaatste.

Overwegende dat op de algemene vergadering van IGEAN milieu & veiligheid  daterende 28.06.2019 een actualisatie van het kapitaal werd goedgekeurd in functie van het inwonersaantal van Schoten.  Hierdoor verwerft de gemeente Schoten 394 bijkomende aandelen, wat het totaal aantal aandelen op 4.336 brengt. Als gevolg hiervan moet er voor 4.925 euro bijkomend kapitaal volstort worden.

Besluit: met 29 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Enig artikel

Goedkeuring te hechten aan de actualisatie van het kapitaal van IGEAN milieu en veiligheid, waardoor er door de gemeente Schoten bijkomend 394 aandelen verworven worden. Dit brengt het totaal aantal aandelen op 4.336 aandelen.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

IGEAN DIENSTVERLENING: ACTUALISATIE KAPITAAL

Overwegende dat met het K.B. van 3.01.1969 overgegaan werd tot de oprichting van de coöperatieve vennootschap Intercommunale Grondbeleid en Expansie Antwerpen, verder IGEAN cv genoemd, gepubliceerd in de bijlagen van het Belgisch Staatsblad op 8.07.1969;

Overwegende dat op de buitengewone algemene vergadering van 8.11.2003 IGEAN cv omgevormd tot werd een dienstverlenende vereniging IGEAN dienstverlening, gepubliceerd in de bijlagen van het Belgisch Staatsblad op 19.12.2003;

Overwegende dat met de beslissing van de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken van 1.04.2004 de wijzigingen van de statuten en de omvorming van IGEAN cv in een dienstverlenende vereniging werden goedgekeurd;

Overwegende dat op de buitengewone algemene vergadering van 15.06.2007 de statutenwijziging van IGEAN dienstverlening werd goedgekeurd en gepubliceerd in de bijlagen van het Belgisch Staatsblad op 13.08.2007 onder nr. 07120366;

Overwegende dat op de buitengewone algemene vergadering van 18.12.2013 de statutenwijziging van IGEAN dienstverlening werd goedgekeurd en dit werd bevestigd bij het Ministerieel Besluit van 10.04.2014 van de Vlaamse minister van Bestuurszaken, Binnenlands bestuur, Inburgering, Toerisme en Vlaamse rand;

Overwegende dat op de buitengewone algemene vergadering van 17.06.2016 de statutenwijziging en verlenging van IGEAN dienstverlening tot 21.06.2034 werd goedgekeurd en dit werd bevestigd bij het Ministerieel Besluit van 3.10.2016 van de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Inburgering, Wonen, Gelijke Kansen en Armoedebestrijding;

Overwegende dat op de buitengewone algemene vergadering van 19.12.2018 de statutenwijziging van IGEAN dienstverlening werd goedgekeurd, rekening houdend met het nieuwe decreet lokaal bestuur en dit werd bevestigd bij het Ministerieel Besluit van 19.03.2019 van de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Inburgering, Wonen, Gelijke Kansen en Armoedebestrijding;

Overwegende dat op de jaarvergadering van 28.06.2019 de statutenwijziging van IGEAN dienstverlening werd goedgekeurd, rekening houdend met het nieuwe decreet lokaal bestuur en dit werd bevestigd bij het Ministerieel Besluit van de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Bestuurszaken, Inburgering en Gelijke Kansen;

Gelet op artikel 41 van het decreet lokaal bestuur dat stelt dat de gemeenteraad bevoegd is voor het oprichten van en en het toetreden tot rechtspersonen en het beslissen tot oprichting van, deelname aan of vertegenwoordiging in agentschappen, instellingen, verenigingen en ondernemingen;

Gelet op de statuten van  IGEAN dienstverlening die stellen dat de basis van de toetreding door de gemeenten wordt vastgesteld op 1,55 euro per inwoner met een maximum van 62.500 euro.  Bij latere toetreding wordt voormelde basis van 1,55 euro door de algemene vergadering aangepast, rekening houdende met de werkelijke waarden van het netto-actief en van de uitgaven die tot dan werden toegestaan voor het algemeen belang.  Voor de berekening wordt gebruik gemaakt van de meest recente officiële bevolkingscijfers van het jaar dat de toetreding voorafgaat. Ingeval van aangroei van de bevolking met aangesneden schijven van 5%, past de jaarvergadering opnieuw het bedrag van het maatschappelijk kapitaal aan dat de gemeente plaatste.

Overwegende dat op de algemene vergadering van IGEAN dienstverlening  daterende 28.06.2019 een actualisatie van het kapitaal werd goedgekeurd in functie van het inwonersaantal van Schoten.  Hierdoor verwerft de gemeente Schoten 394 bijkomende aandelen, wat het totaal aantal aandelen op 4.336 brengt. Als gevolg hiervan moet er voor 4.925 euro bijkomend kapitaal volstort worden.

Besluit: met 29 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Enig artikel

Goedkeuring te hechten aan de actualisatie van het kapitaal van IGEAN dienstverlening, waardoor er door de gemeente Schoten bijkomend 394 aandelen verworven worden. Dit brengt het totaal aantal aandelen op 4.336 aandelen.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

BUITENGEWONE ALGEMENE VERGADERING WATERLINK

Overwegende dat de gemeente Schoten deelnemer is van de opdrachthoudende vereniging water-link ov (hierna genoemd: water-link ov);

Gelet op het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017 (hierna genoemd: Decreet Lokaal Bestuur);

Gelet op de gecoördineerde statuten van water-link ov;

Overwegende dat de vertegenwoordiger van de gemeente, schepen Wouter Rombouts met als plaatsvervanger schepen Walter Brat, die bij afzonderlijke beraadslaging is aangeduid, binnen de perken van zijn mandaat in naam van de gemeente Schoten de nodige beslissingen dient te nemen betreffende de punten van de agenda van deze vergadering van water-link ov;

Gelet op de oproepingsbrief van Water-Link d.d. 18 september 2019 met aanvullende mails d.d. 4 en 21 november 2019 voor de buitengewone algemene vergadering van het intergemeentelijk samenwerkingsverband WATER-LINK, die plaatsvindt op 19 december 2019 om 16.00 uur in de kantoren van de vereniging, vergaderzaal 'Water-Kracht' - 5de verdieping, Mechelsesteenweg 66 te 2018 Antwerpen met als agenda:

1.Uittreding van de gemeente-deelgenoot Kontich voor wat betreft rioleringsactiviteiten l akteneming en goedkeuring onder opschortende voorwaarde

2.Statutenwijziging

3.Jaarlijkse rapportering ingezette uitzendkrachten in het licht van het decreet Interimarbeid Lokaal Bestuur

4.Begroting 2020

5.Evaluatierapport (incl. meerjarenplan 2019-2024) cfr. artikel 459 DLB.

Gelet op artikel 432 van het Decreet Lokaal Bestuur dat bepaalt dat de algemene vergadering is samengesteld uit de vertegenwoordigers van de deelnemers. Voor de gemeenten worden ze rechtstreeks aangewezen door de gemeenteraden uit hun leden, en voor de overige deelnemers door de organen, die krachtens de wettelijke, reglementaire of statutaire bepalingen, bevoegd zijn tot deelneming of toetreding te beslissen.

Overwegende artikel 27 van de gecoördineerde statuten van water-link ov wordt bepaald dat de leden die als vertegenwoordigers der gemeenten in de algemene vergadering zetelen, rechtstreeks aangewezen worden door de gemeenteraden uit hun leden en dit voor een periode die maximaal 1 legislatuur kan bedragen. Elke gemeente duidt minstens één (1) lid aan. Voor elke begonnen schijf van honderdduizend (100.000) inwoners kan een bijkomend lid aangeduid worden, met een maximum van twee (2) leden.

Overwegende dat de gemeente meent op basis van deze criteria een nuttige aanduiding te kunnen doen;

Gelet op het gemeenteraadsbesluit d.d. 7 november 2019 met betrekking tot de verdaging van dit punt;

Gelet op de gevoerde bespreking;

Besluit: met 29 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Artikel 1

Kennis te nemen van de agenda van de buitengewone algemene vergadering van de opdrachthoudende vereniging water-link ov van 19 december 2019 en er goedkeuring aan te verlenen alsook aan zijn inhoud.

Artikel 2

Als gemeentelijke vertegenwoordiger voor de buitengewone algemene vergadering aan te wijzen: schepen Wouter Rombouts met als plaatsvervanger schepen Walter Brat.

Artikel 3

De afgevaardigde(n) op de buitengewone algemene vergadering van water-link ov van 19 december 2019 of iedere andere datum waarop deze uitgesteld of verdaagd zou worden, te mandateren om overeenkomstig bovenstaande beslissingen te stemmen.

Artikel 4

Het college van burgemeester en schepenen te gelasten met de uitvoering van onderhavige beslissing en onverwijld een afschrift van deze beslissing te bezorgen aan water-link ov, Mechelsesteenweg 66 te 2018 Antwerpen.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

PIDPA: KANDIDAAT ADVIESCOMITÉ A

Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 28 november 2019 houdende de aktename van de agenda van de (buitengewone) algemene vergadering van Pidpa op 20 december 2019 en de bepaling van het mandaat van onze vertegenwoordiger in deze algemene vergadering;

Overwegende dat de algemene vergadering tevens invulling zal geven aan de samenstelling van het adviescomité A op basis van de gewijzigde statutaire bepalingen zoals goedgekeurd op  de algemene vergadering van 18 oktober 2019;

Overwegende dat hiertoe door de gemeenteraad één kandidaat-lid voor dit adviescomité A dient te worden voorgedragen;

Overwegende dat het kandidaat-lid voor een adviescomité geen afgevaardigde mag zijn voor de algemene vergadering van Pidpa;

Gelet op de binnengekomen kandidaturen;

Gaat over tot de geheime stemming over de kandidatuur van Walter Brat en Peter Arnauw:

Walter Brat bekomt 20 stemmen op 30 stemgerechtigden

Peter Arnauw bekomt 10 stemmen op 30 stemgerechtigden.

Overwegende dat Walter Brat de meeste stemmen heeft en dus aangeduid kan worden als kandidaat-lid van het adviescomité A van Pidpa;

Besluit:

Artikel 1

Walter Brat als gemeentelijke vertegenwoordiger voor het A-adviescomité (watervoorziening) aan te duiden.

Artikel 2

Een afschrift van deze beslissing te bezorgen aan Pidpa, Desguinlei 246 te 2018 Antwerpen.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

NOMINATIEVE TOELAGEN 2020

Gelet op artikel 40 en 41 van het Decreet Lokaal Bestuur betreffende de bevoegdheid van de gemeenteraad tot vaststelling van gemeentelijke reglementen;

Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 28 november 2019 houdende vaststelling van het algemeen reglement toelagen;

Overwegende dat de lijst van nominatieve toelagen deel uitmaakt van het Budget 2020;

Gelet op de geformuleerde voorstellen;

Gelet op de gevoerde bespreking;

Besluit: met 30 stemmen ja (eenparig)

Maarten De Veuster, Iefke Hendrickx, Wouter Rombouts, Charlotte Klima, Paul Valkeniers, Paul De Swaef, Walter Brat, Kurt Vermeiren, Erik Block, Piet Bouciqué, Peter Arnauw, Bert Batens, Pieter Gielis, Nadine Van Mol, Kathelijne Peeters, Tom Van Grieken, Maya De Backer, Christof Victor, Dieter Peeters, Sandra Lauryssen, Lieselotte Decroix, Kris Oversteyns, Tommy Van Look, Niels Broeckx, Patrick Molle, Jean-Pierre Vanaken, Olivier Coppens, Erik Maes, Lieven De Smet, Véronique D'Exellestemmen ja.

Enig artikel

Goedkeuring te hechten aan de hiernavolgende lijst van nominatieve toelagen 2020 zonder specifiek reglement en akkoord te gaan met de uitbetaling ervan, overeenkomstig het Algemeen Reglement Toelagen:

1.500,00 euroToelage 11-juli komitee

100,00 euroToelage aan vaderlandse verenigingen: Bedevaart Graven IJzer

150,00 euroToelage aan vaderlandse verenigingen: NSB afdeling Schoten

150,00 euroToelage aan Schotense Vriendenkring Nationale Strijders

1.000,00 euroToelage Antwerpse keten voor Dierenbescherming

12.200,00 euroToelage BAVO 

1.100,00 euroToelage Blues in Schoten

500,00 euroToelage CODA vzw

70.000,00 euroToelage Cultuurcentrum (excl. schoolaanbod)

10.000,00 euroToelage Cultuurcentrum (wijkwerking)

20.000,00 euroToelage Cultuurcentrum: schoolaanbod

7.500,00 euroToelage Cultuurcentrum (schoolaanbod ter plaatse)

1.500,00 euroToelage Cultuurraad

1.500,00 euroToelage Erfgoedraad

7.000,00 euroToelage gemeentelijk documentatiecentrum SCOT

2.750,00 euroToelage gemeentelijke marktcommissie

1.500,00 euroToelage Gemeentelijke Raad voor Ontwikkelingssamenwerking GROS

1.500,00 euroToelage Gemeentelijke raad voor personen met een handicap

2.750,00 euroToelage Harmonie Sinte-Cecilia

12.500,00 euroToelage Hello!Schoten

1.500,00 euroToelage jeugdraad

50.000,00 euroToelage Kinderopvang Schoten vzw KIOS

1.500,00 euroToelage Lokaal Overleg Kinderopvang en Opvoedingsondersteuning LOKO

1.500,00 euroToelage milieuraad

275,00 euroToelage Rode Kruis afdeling Schoten

1.500,00 euroToelage seniorenraad

1.500,00 euroToelage sportraad

10.000,00 euroToelage TEJO

275,00 euroToelage Vlaams Kruis afdeling Schoten

2.000,00 euroToelage Vlaamse Initiatieven

1.000,00 euroToelage Vogelasiel Brasschaat

1.000,00 euroToelage Vereniging brandweerlieden

75.000,00 euroToelage wielerkoers Scheldeprijs

15.000,00 euroToelage Sportprom vzw

1.500,00 euroToelage Winkelcentrum voor middenstandsinitiatieven

5.000,00 euroToelage zwemclub Schoten

2.500,00 euro Toelage Harimau (Internationaal toernooi Pencak Silat)

1.500,00 euroToelage Raad voor mens en maatschappij

10.000,00 euroToelage Appel&Ei

500,00 euroToelage voor Het Donorke.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

CD&V: VERKEER WIJK KASTEELDREEF

Gelet op het bijkomend punt ingediend door raadslid Erik Block (CD&V) op donderdag 12 december 2019 om 13.25 uur:

Verkeer wijk Kasteeldreef

Sinds enige tijd is er heel wat commotie over de verkeersafwikkeling in de wijk Kasteeldreef.

Op sociale media duiken er geregeld foto’s op van vrachtwagens die zich vastrijden in de straten.

Maar er zou eveneens een grote toename zijn van het doorgaand verkeer. De wijkvereniging heeft naar verluid zelf op geregelde tijdstippen tellingen uitgevoerd.

Daarom zouden we graag van het College te weten komen of:

• Het college op de hoogte is van deze situatie?

• Wat het College eventueel reeds ondernomen heeft om dit probleem op te lossen?

• Of er een verhoogde controle werd ingesteld door de politie?

• Wat de stand van zake is voor het eventueel veralgemenen van het proefproject met kussens in de Henri Dunantlaan?

En met uitbreiding wat betreft de Jozef Hendrickxstraat:

• Waarom werd het project van de schoolstraat niet verder gezet gezien de goede evaluaties in het verleden?

• Worden de bloembakken in deze straat eveneens vervangen door kussens zoals in de Henri Dunantlaan?

Deze straat is een zone 30 waar veel kinderen doorfietsen. Dient deze niet eens prioritair behandeld te worden. En zou het afsluiten van de straat, als voorzorgsmaatregel en proefopstelling die vrij snel kan genomen worden, ter hoogte van de rotonde deze onveilige situatie niet aanzienlijk kunnen verbeteren?

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

GROEN: PAALSTRAAT - DECORATIE VERHINDERT VEILIGE DOORGANG

Gelet op het bijkomend punt ingediend door raadslid Maya De Backer (Groen) op donderdag 12 december 2019 om 16.07 uur:

Paalstraat - Decoratie verhindert veilige doorgang

Het is heel fijn dat de Paalstraat gedecoreerd wordt in feestperiodes maar niet als dit de doorgang en veiligheid in het gedrang brengt. Naast de verlichtingspalen zijn kerstbomen geplaatst die ver over de openbare weg uitsteken en zo een normale doorgang voor fietsers hinderen. Het is er altijd al smal om te fietsen, nu is het quasi onmogelijk zonder risico's te nemen omdat men moet uitwijken voor uitstekende takken, vooral voor wie in tegengestelde richting fietst. Kan hier zo snel mogelijk iets aan gedaan worden?

Ook op het voetpad wordt het alsmaar smaller, een vlotte en veilige doorgang zou ten allen tijde verzekerd dienen te zijn, doorheen heel het jaar. Zo lang de Paalstraat niet heraangelegd is zijn er duidelijke afspraken met de winkels noodzakelijk zodat het aangenaam en veilig blijft voor iedereen, zowel om te winkelen als om je te verplaatsen.

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020
Overzicht punten

 

Zitting van 17 DECEMBER 2019

MONDELINGE VRAGEN

Gelet op artikel 5 van het Huishoudelijk Reglement van de gemeenteraad, goedgekeurd in de gemeenteraad van 24 oktober 2019;

Gelet op de mogelijkheden voor gemeenteraadsleden om, na afhandeling van de openbare agenda van de gemeenteraad, mondelinge vragen te stellen over gemeentelijke aangelegenheden;

Neemt akte:

- van de tussenkomst van Tommy Van Loock in verband met het aanbrengen van beugels op het marktplein aan de kant van de bushalte om te voorkomen dat auto's via de bushalte op- of wegrijden en het antwoord van schepen Wouter Rombouts

- van de tussenkomst van Dieter Peeters in verband met het verdwijnen van de Waterbus op het Albertkanaal en het antwoord van burgemeester Maarten De Veuster

- van de tussenkomst van Kurt Vermeiren in verband met de geplande vergadering van Sportprom op een doordeweekse dag en het antwoord van schepen Paul De Swaef

- van de uitnodiging van burgemeester Maarten De Veuster voor Schoten Schol op 5 januari 2020.

 

 

 

Publicatiedatum: 31/01/2020